Bijna helft ouderen met longkanker krijgt potentieel ongeschikte medicatie aan het einde van hun leven
Medicatie in de laatste levensfase van mensen moet met name gericht zijn op symptoom- en klachtenverlichting. Als de mogelijke bijwerkingen groter zijn dan de verwachte positieve effecten van de medicatie wordt dit ‘potentieel ongewenste medicatie’ (gangbare Engelse afkorting: PIM) genoemd. Het gebruik van PIMs is gerelateerd aan een verminderde kwaliteit van leven. IKNL-onderzoeker Laurien Ham en haar collega’s onderzochten in welke mate PIMs door de apotheek zijn afgeleverd aan oudere patiënten met longkanker in de laatste maand voor overlijden.
lees verderSamen beslissen over adjuvante chemotherapie bij stadium II en III darmkanker
De kwaliteit van leven is bij stadium II en III darmkankerpatiënten met adjuvante chemotherapie iets lager (0,04 op de Health Utility schaal) dan bij stadium II en III darmkankerpatiënten die geen adjuvante chemotherapie kregen na operatie. Het is één van de uitkomsten van het kosteneffectiviteitsonderzoek naar de behandeling van darmkankerpatiënten van Gabrielle Jongeneel, dat januari 2021 is gepubliceerd in The International Journal of Cancer.
lees verderChemotherapie bij dikkedarmkanker leidt vaak tot langdurige neuropathie
Patiënten met dikkedarmkanker die behandeld zijn met chemotherapie kunnen tot twee jaar na diagnose symptomen hebben van perifere, sensorische en motorische neuropathie. Vaak gaat het hierbij om tintelingen en verdoofdheid in tenen of voeten met impact op de gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven. Dat blijkt uit onderzoek van Cynthia Bonhof (CoRPS, Tilburg University) en collega’s. Volgens de onderzoekers is het cruciaal dat patiënten hierover worden geïnformeerd. Ook zouden artsen passende ondersteuning kunnen aanbieden.
lees verderVaak urine-incontinentie en erectiestoornis na behandeling prostaatkanker
Een fors deel van patiënten met gelokaliseerde en lokaalgevorderde prostaatkanker rapporteert twee jaar na diagnose last te hebben van urine-incontinentie en erectiestoornissen. Dit geldt vooral voor patiënten die een prostatectomie hebben ondergaan. Dit blijkt uit een population-based studie van Robin Vernooij (IKNL) en collega’s op basis patiënt gerapporteerde data. Het deel van patiënten met deze klachten zoals gerapporteerd in deze studie is groter dan eerder is gerapporteerd op basis van klinische trials. Dit onderschrijft het belang van studies in ongeselecteerde patiëntpopulaties, uit de dagelijkse klinische praktijk
lees verderAandacht nodig voor pijnlijke neuropathie bij overlevenden dikkedarmkanker
Overlevenden van dikkedarmkanker kunnen nog jaren na de behandeling last hebben van neuropathie als gevolg van chemotherapie. Uit onderzoek van Cynthia Bonhof (IKNL, Tilburg University) en collega’s blijkt dat hierbij onderscheid gemaakt moet worden tussen pijnlijke en niet-pijnlijke neuropathie, omdat uitsluitend de pijnlijke variant samenhangt met een slechtere gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven. Volgens de onderzoekers dienen patiënten beter geïnformeerd te worden over de impact van pijnlijke neuropathie.
lees verderVeranderingen en wensen in internetgebruik bij overlevenden van kanker
Een aanzienlijk deel van de overlevenden van kanker in Nederland beschouwt internet als een belangrijke bron van informatie over hun ziekte. Hoewel het internetgebruik onder overlevenden de afgelopen 15 jaar met circa 25% is gestegen, blijkt er weinig te zijn veranderd in de prioriteiten en wensen ten aanzien van dit internetgebruik. Dat concluderen Mies van Eenbergen (IKNL) en collega’s. De wensen die overlevenden in 2005 hadden, blijken nauwkeurig overeen te komen met het feitelijk internetgebruik door de meeste ex-patiënten in 2017. Deze uitkomsten ondersteunen de overtuiging dat zorgverleners hun online diensten kunnen verbeteren en uitbreiden door deze nog beter af te stemmen op de behoeften van hun patiënten.
lees verderBewegingsinterventies hebben gunstig effect op vermoeidheid
Bewegingsinterventies hebben statistisch significante, gunstige effecten op het verminderen van vermoeidheid bij (ex-)patiënten met kanker. Dat blijkt uit een uitgebreide studie (POLARIS) uitgevoerd door Jonna van Vulpen (UMCU) en collega’s uit Nederland, VS, Canada, Duitsland, Groot-Brittannië, Noorwegen en Australië. De waargenomen effecten zijn consistent ongeacht de demografische en klinische kenmerken van de deelnemers. Begeleide bewegingsinterventies blijken een significant groter effect te hebben op afname van vermoeidheid dan niet-begeleide. Mogelijk is dit het gevolg van betere uitvoering van de oefeningen, hogere therapietrouw, selectie van patiënten, trouwere monitoring en verschil in doelstellingen.
lees verderMeeste patiënten tevreden met informatie over haarverlies en hoofdhuidkoeling
Patiënten die informatie krijgen over haarverlies ten gevolgen van chemotherapie (alopecia) en mogelijkheden om dit haarverlies te voorkomen of te verminderen door middel van hoofdhuidkoeling, zijn over het algemeen tevreden over deze informatie. Dat geldt in mindere mate voor patiënten uit de categorie 'actieve informatiezoekers'; bij hen is ruimte voor verbetering van de informatievoorziening. Dat blijkt uit onderzoek van Corina van den Hurk (IKNL) en collega’s. De bevindingen in deze studie zijn nuttig voor verpleegkundigen die patiënten moeten informeren over chemotherapie en kans op haarverlies en voor verpleegkundige protocollen.
lees verder