Grote variatie in behandeling van stadium III NSCLC in Nederland en België
Er bestaat grote variatie tussen Nederland en België én binnen deze landen als het gaat om de behandeling van patiënten met niet-operabel (stadium III) niet-kleincellig longcarcinoom (NSCLC). Dat blijkt uit een observationele, population-based studie van Iris Walraven (NKI-AvL) en collega’s, waarin de verschillen tussen gelijktijdige en sequentiële chemoradiotherapie zijn onderzocht. De keuze voor sequentiële chemoradiotherapie bij deze patiënten hing significant samen met een hogere leeftijd en een gevorderd stadium van de ziekte. Volgens de onderzoekers is aanvullend onderzoek nodig om tot een betere behandelstrategie te komen voor individuele patiënten met gevorderd stadium van NSCLC.
lees verderMeeste kinderen en jongvolwassenen behandeld in kinderoncologische centra
Een ruime meerderheid (82%) van de Nederlandse kinderen en jongvolwassenen met kanker kreeg tussen 2004 en 2013 een behandeling op een kinderoncologische afdeling van een academisch ziekenhuis. Van de overige behandelingen vond 12% plaats op een andere afdeling van een academisch centrum en 6% in een niet-academisch centrum, zo blijkt uit onderzoek van Ardine Reekdijk (Prinses Máxima Centrum) en collega’s. De keuze voor een behandellocatie hangt mede af de leeftijd van de patiënt, het tumortype en stadium bij diagnose. Hoewel de onderzoekers onder 15 tot 17-jarigen een toename zagen van het aandeel behandelingen in kinderoncologische centra, pleiten ze voor nog actievere samenwerking met andere centra.
lees verderBeter inzicht in psychische, sociale en fysieke gevolgen en zorg bij kanker
Voor het project ‘Transparantie psychosociale gevolgen en zorg bij kanker’ gaat IKNL namens het Landelijk Overleg Psychosociale Oncologie aanvullende items registreren in de NKR bij borst- en dikkedarmkanker en rapporteren aan de betrokken behandelaars. De items betreffen frequentie van afname en bespreken van een signaleringsinstrument naar problemen op fysiek, psychisch en/of sociaal vlak, het type signaleringsinstrument en eventuele verwijzing naar psychosociale, paramedische en medisch specialistische revalidatiezorgverleners. Ook krijgen verpleegkundig(en) (specialisten) een e-learningmodule en masterclasses aangeboden over psychische, sociale en fysieke gevolgen van kanker, basale psychosociale zorg en verwijsmogelijkheden voor gespecialiseerde zorg.
lees verderVrouwen met survivorship care plan maken meer gebruik van eerstelijnszorg
Vrouwen met baarmoederkanker die een survivorship care plan ontvangen van hun medisch specialist, maken in het eerste jaar na de behandeling intensiever gebruik van gezondheidszorg in de eerstelijn (huisarts en aanvullende zorg). Dit geldt in het bijzonder voor vrouwen die behandeld zijn met radiotherapie en vrouwen met angstige symptomen, aldus Mette Jeppesen (University of Southern Denmark) en collega’s uit Nederland in een publicatie in de Journal of Cancer Survivorship. Volgens de onderzoekers kan een survivorship care plan bijdragen aan het vroegtijdig zoeken van ondersteunende zorg. Nader onderzoek moet uitwijzen of dit ook leidt tot betere patiëntgerelateerde resultaten op lange termijn.
lees verderVariatie in adjuvante therapie en genexpressieprofielen bij vroege borstkanker
Ondanks landelijke richtlijnen over aanvullende behandeling bij borstkanker, blijft er in de klinische praktijk controverse bestaan over het gebruik van adjuvante chemotherapie bij diverse subgroepen patiënten met een vroeg stadium van borstkanker. Verder blijkt dat inzet van genexpressieprofielen bij de helft van de patiënten met een positieve oestrogeenreceptor leidt tot wijziging van de besluitvorming over aanvullende chemotherapie. Deze en andere conclusies staan te lezen in het proefschrift van Anne Kuijer ‘Interplay Between Gene Expression Profiling and Adjuvant Systemic Therapy Decision-Making in Early Stage Breast Cancer Patients’. De verdediging vindt plaats op 26 oktober 2017 aan de Universiteit Utrecht.
lees verderBorstsparend en amputatie nader onderzocht: een groot nationaal onderzoek
Borstsparende chirurgie met radiotherapie laat op lange termijn een gelijke of betere borstkankerspecifieke overleving zien dan mastectomie bij patiënten met een vroeg stadium van borstkanker. Dat concluderen Mirelle Lagendijk (Erasmus MC) en collega’s aan de hand van een groot nationaal onderzoek met data van bijna 130.000 patiënten. De uitkomsten ondersteunen de hypothese dat borstsparende chirurgie met radiotherapie de voorkeur verdient bij de meeste patiënten met borstkanker bij gelijke geschiktheid van beide behandelopties. Dit geldt volgens de onderzoekers in het bijzonder voor patiënten ouder dan 50 jaar, patiënten met een comorbiditeit bij diagnose en patiënten die niet in aanmerking komen voor adjuvante chemotherapie.
lees verdereQuiPe krijgt vervolg: observationele cohortstudie naar gevorderde kanker
IKNL is begin 2017 gestart met het eQuiPe-project, een onderzoek naar de kwaliteit van leven en kwaliteit van zorg zoals patiënten met gevorderde kanker én hun naasten dit ervaren. Het gaat hierbij om een prospectieve, observationele cohortstudie die openstaat voor deelname door zowel patiënten als hun naasten. Primair komen in aanmerking patiënten die gediagnosticeerd zijn met een gevorderd stadium (IV) van long-, dikkedarm-, hoofd-hals-, prostaat- of borstkanker (met metastasen in meerdere orgaansystemen) en pancreas- of slokdarmkanker. Doel is met deze kennis de palliatieve zorg verder te optimaliseren. De eerste resultaten van een kwalitatieve voorstudie worden in dit nieuwsbericht gepresenteerd.
lees verderKlein voordeel chemoradiotherapie bij niet-voorbehandelde maagkanker
Adjuvante chemoradiotherapie bij patiënten met maagkanker, die géén neoadjuvante behandeling kregen, leidt tot een marginaal overlevingsvoordeel. Dat concluderen Vincent Ho (IKNL) en collega’s aan de hand van een studie met data uit de Nederlandse Kankerregistratie in Annals of Surgical Oncology. Volgens de auteurs kan adjuvante behandeling vooral overwogen worden bij patiënten met lymfeklierinvasie en patiënten met microscopische tumorresten. Ze verwachten dat concentratie van klinische expertise in hoogvolumecentra en multidisciplinaire besprekingen op termijn meer overlevingswinst kunnen opleveren voor patiënten met maagkanker.
lees verder