Nieuws Borstkanker



Borstsparend en amputatie nader onderzocht: een groot nationaal onderzoek

Borstsparende chirurgie met radiotherapie laat op lange termijn een gelijke of betere borstkankerspecifieke overleving zien dan mastectomie bij patiënten met een vroeg stadium van borstkanker. Dat concluderen Mirelle Lagendijk (Erasmus MC) en collega’s aan de hand van een groot nationaal onderzoek met data van bijna 130.000 patiënten. De uitkomsten ondersteunen de hypothese dat borstsparende chirurgie met radiotherapie de voorkeur verdient bij de meeste patiënten met borstkanker bij gelijke geschiktheid van beide behandelopties. Dit geldt volgens de onderzoekers in het bijzonder voor patiënten ouder dan 50 jaar, patiënten met een comorbiditeit bij diagnose en patiënten die niet in aanmerking komen voor adjuvante chemotherapie. 

lees verder

eQuiPe krijgt vervolg: observationele cohortstudie naar gevorderde kanker

IKNL is begin 2017 gestart met het eQuiPe-project, een onderzoek naar de kwaliteit van leven en kwaliteit van zorg zoals patiënten met gevorderde kanker én hun naasten dit ervaren. Het gaat hierbij om een prospectieve, observationele cohortstudie die openstaat voor deelname door zowel patiënten als hun naasten. Primair komen in aanmerking patiënten die gediagnosticeerd zijn met een gevorderd stadium (IV) van long-, dikkedarm-, hoofd-hals-, prostaat- of borstkanker (met metastasen in meerdere orgaansystemen) en pancreas- of slokdarmkanker. Doel is met deze kennis de palliatieve zorg verder te optimaliseren. De eerste resultaten van een kwalitatieve voorstudie worden in dit nieuwsbericht gepresenteerd.

lees verder

Inzet genexpressietest ligt deels buiten indicatiegebied richtlijn borstkanker

Genexpressieprofielen worden relatief vaak gebruikt in Nederland om de besluitvorming rond adjuvante chemotherapie te ondersteunen bij patiënten met een vroeg stadium van borstkanker, hoewel dat niet in alle gevallen wordt aanbevolen in oncologische richtlijnen. Dat blijkt uit onderzoek van Kay Schreuder (IKNL) en collega’s. Ook stellen zij vast dat de uitslag van genexpressieprofielen niet altijd wordt nageleefd. Dit duidt op de behoefte aan reproduceerbare en objectieve instrumenten om deze besluitvorming beter te kunnen onderbouwen.

lees verder

Subsidie Sonia-studie: onderzoek naar juiste moment verstrekken palbociclib

Het medicijn palbociclib is, zo blijkt uit onderzoek, effectief bij vrouwen met uitgezaaide, hormoongevoelige borstkanker. Verder onderzoek naar palbociclib en toekomstige middelen uit deze therapeutische klasse kan duidelijkheid geven of deze middelen het beste als start- of als vervolgbehandeling kunnen worden ingezet. In opdracht van het ministerie van VWS heeft ZonMw-programma Goed Gebruik Geneesmiddelen zes miljoen euro beschikbaar gesteld om dit te onderzoeken. Het onderzoek wordt uitgevoerd door de Borstkanker Onderzoek Groep (BOOG), een samenwerking van borstkankeroncologen.

lees verder

Intensievere follow-up borstkanker na eerder recidief lijkt niet (kosten)effectief

Hoewel het risico op een later recidief hoog is bij patiënten met stadium I-III invasieve borstkanker, is de absolute incidentie van recidieven laag. Dat concluderen Yvonne Geurts (IKNL) en Annemieke Witteveen (IKNL/Universiteit Twente) en collega’s met behulp van data van de NKR in Breast Cancer Research and Treatment. Volgens de onderzoekers zou een intensievere follow-up om latere recidieven vroegtijdig te detecteren waarschijnlijk niet (kosten)effectief zijn, omdat bijna de helft van de tweede recidieven al in het eerste jaar na een eerder recidief wordt gedetecteerd waarin al meerdere nazorgbezoeken plaatsvinden. En in meer dan 80% van de gevallen gaat het om een metastase, waarbij vroege ontdekking niet leidt tot een betere overleving.

lees verder

Organisatie ziekenhuis beïnvloedt kans op borstreconstructie na mastectomie

De kans dat vrouwen een directe borstreconstructie krijgen, neemt toe naarmate er meer plastisch chirurgen in een ziekenhuis werken. Ook deelname van een plastisch chirurg aan het multidisciplinair overleg heeft een positief effect op het aantal uitgevoerde directe borstreconstructies. Dat blijkt uit onderzoek van Kay Schreuder (IKNL) en collega’s. Opvallend is dat het aantal borstkankerchirurgen in een ziekenhuis géén invloed heeft op het aantal borstreconstructies. Dit komt volgens de onderzoekers doordat in Nederland, anders dan in andere landen, borstreconstructies uitsluitend worden uitgevoerd door plastisch chirurgen.

lees verder

Grote veranderingen in behandeling positieve okselklieren bij borstkanker

Uitzaaiingen in de okselklieren zijn een belangrijke prognostische indicator bij patiënten met invasieve borstkanker. Voorheen werden alle okselklieren chirurgisch verwijderd, wat tot serieuze complicaties en bijwerkingen kon leiden. Met echogeleide okselklierbiopsie of een schildwachtklierprocedure kan nu nauwkeuriger worden vastgesteld of er wel of geen uitzaaiingen in de oksel aanwezig zijn, zodat een okselklierdissectie achterwege kan blijven. Nicole Verheuvel promoveert 21 juni op een proefschrift, waarin ze de paradigmaverschuiving beschrijft sinds de introductie van deze technieken. Er bestaan echter nog grote verschillen bij de behandeling van diverse groepen patiënten met positieve klieren, waardoor een okselklierdissectie soms noodzakelijk blijft.

lees verder

Redelijk goede ramingen prognosetools bij borstkankerpatiënt tot 50 jaar​

Prognostische instrumenten als PREDICT en Adjuvant! geven over het algemeen redelijk goede ramingen voor de algehele 10-jaarssterfte bij patiënten met borstkanker tot 50 jaar. Bij een aantal subgroepen vertonen beide instrumenten echter onder- en overschattingen, zo blijkt uit onderzoek van Ellen G. Engelhardt (LUMC) en een groep collega’s uit binnen- en buitenland. Volgens de onderzoekers dienen prognostische instrumenten voorzichtig gehanteerd te worden, omdat schijnbaar geringe variaties aanzienlijke invloed kunnen hebben op de besluitvorming rond een medische behandeling.

lees verder