Overleving longkanker

De vijfjaars-overleving is de afgelopen decennia verdubbeld van 12% in 1995-2004 naar 25% in 2015-2021. Binnen de datatool NKR cijfers kan men zelf analyses naar leeftijd, geslacht en stadium uitvoeren. Bij relatieve overleving wordt overlijden aan andere doodsoorzaken buiten beschouwing gelaten.

Algemene trend

NSCLC I-III

Stadium I

De vijfjaarsoverleving is bij stadium I duidelijk beter dan bij hogere stadia. Na chirurgische behandeling is de vijfjaarsoverleving 71% versus 41% na radiotherapie. Dit verschil in overleving wordt deels verklaard door verschillen in patiëntkarakteristieken.

Relevante publicaties:

Stadium II

De standaardbehandeling bij stadium II is chirurgie, eventueel gevolgd door adjuvante chemotherapie. De algemene vijfjaarsoverleving is 58%, maar die varieert van 66% voor de leeftijdsgroep 18-64 jaar tot 40% voor patiënten van 75 jaar en ouder.

Relevante publicaties:

Stadium III

De standaardbehandeling bij stadium III is chemoradiotherapie. De vijfjaarsoverleving is tegenwoordig 30% maar aanzienlijk lager bij patiënten met een slechte performance score. In 2018 werd nabehandeling met immunotherapie geïntroduceerd, op het eerste gezicht met goede resultaten. De driejaarsoverleving verbeterde aanzienlijk van 40% in 2015-2017 naar 48% in 2018-2019.

Relevante publicaties:

NSCLC IV

De behandeling van stadium IV is de afgelopen jaren sterk gewijzigd dankzij de introductie van immunotherapie in 2017 en de introductie van combinatiebehandeling met immunotherapie en chemotherapie in de tweede helft van 2018. Hierdoor is de overlevingsduur sterk verbeterd. De mediane overleving na chemotherapie, immunotherapie en combinatiebehandeling is tegenwoordig respectievelijk 7.5 maanden, 17.7 maanden en 12.1 maanden. Vijfjaarsoverleving is respectievelijk 6%, 25% en 17%.

Relevante publicaties:

NSCLC IV mutaties

Sinds een aantal jaren is er bij sommige moleculaire alteraties (mutaties, translocaties) behandeling mogelijk met doelgerichte therapie. In de meeste gevallen betreft dit tyrosinekinaseremmers die in tabletvorm gegeven kunnen worden. Door de komst van een nieuwe generatie middelen worden de resultaten steeds beter. Voor EGFR, ALK en BRAF is de vijfjaarsoverleving respectievelijk 11%, 46% en 22%. De mediane overleving voor EGFR, ALK en BRAF bedraagt respectievelijk 23, 48 en 19 maanden. De overleving is aanzienlijk minder bij een slechtere performance score.

Relevante publicaties:

SCLC

Bij niet-gemetastaseerd SCLC is chemoradiotherapie de standaardbehandeling, de vijfjaarsoverleving is 43% bij stadium I tegen 25% en 24% bij stadium II of III.

Relevante publicaties:

Stadium IV

Bij gemetastaseerd SCLC bestaat de standaardbehandeling uit chemotherapie. De mediane overleving is 7 maanden, de eenjaarsoverleving 25%. De prognose is sterk afhankelijk van de performance score bij diagnose.

Relevante publicaties:

Neuro-endocrien

Bij de niet-kleincellige neuro-endocriene carcinomen maakt men onderscheid tussen typisch carcinoid, atypisch carcinoid en het grootcellig neuro-endocrien carcinoom (LCNEC). Bij chirurgische behandeling van stadium I-II tumoren is de prognose van carcinoiden relatief goed. De vijfjaarsoverleving voor carcinoid, atypisch carcinoid en LCNEC is respectievelijk 92%, 87% en 51%.

Relevante publicaties:

Mesothelioom

De systemische behandeling bij pleura mesothelioom bestond in deze periode vooral uit chemotherapie. Slechts een klein deel van de patiënten werd in trialverband behandeld met immunotherapie. De mediane overleving na start systemische behandeling bedraagt 12 maanden en is iets lager bij patiënten ouder dan 74 jaar. Het histologisch subtype van de tumor is een belangrijke prognostische factor; bij epitheloid tumoren is de prognose duidelijk beter dan bij sarcomatoid tumoren.

Relevante publicaties:

Definities

  • Algemene uitleg NKR cijfers
  • Overleving werd berekend vanaf diagnosedatum volgens de Kaplan-Meier methode, censuurdatum 01-02-2021
  • TNM editie 7 gold voor 2015-2016, TNM editie 8 vanaf 2017
  • Klinische diagnoses zonder PA-bevestiging werden meegeteld als NSCLC, dit komt vooral voor bij behandeling met radiotherapie van stadium I en bij stadium IV zonder actieve behandeling.
  • Chemoradiotherapie omvat zowel concurrent als sequentiële bestraling
  • Chirurgie betreft alleen de anatomische resecties
  • ECOG performance status betreft de toestand voor start van de behandeling en was in een deel van de gevallen onbekend

Meer informatie

Lees ook cijfers rondom de incidentie en behandeling van longkanker of de algemene uitleg over NKR-cijfers.