Bijna alle vrouwen hebben gezondheidsproblemen na borstkanker
Bijna alle vrouwen die behandeld zijn voor niet-uitgezaaide borstkanker hebben na de behandeling last van gezondheidsproblemen. Het gaat om een grote variëteit aan klachten, zoals vermoeidheid, tintelende handen en voeten (neuropathie) en problemen met geheugen en concentratie. Voor een deel van deze gezondheidsproblemen werd geen zorg gevraagd. Chemotherapie is de behandeling die tot de meeste klachten leidde. Dat blijkt uit onderzoek van IKNL en onderzoeksinstituut NIVEL in samenwerking met de Universiteit Twente.
lees verderVertraging in de behandeling van borstkanker na overdracht ander ziekenhuis
Bijna 5% van alle vrouwen met borstkanker in Nederland worden na diagnose overgedragen aan een ander ziekenhuis voor primaire chirurgie. Bij neo-adjuvante chemotherapie ligt dit aandeel op 25%. Onderzoek van Erik Heeg en collega’s met data uit de Nederlandse Kankerregistratie (NKR) toont aan dat deze overdrachten leiden tot vertraging. De grootste vertragingen (gemiddeld negen dagen) komen voor na overdrachten voor een borstamputatie met directe borstreconstructie. Hoewel er nog geen sluitend bewijs is gevonden, vermoeden de onderzoekers dat het ontbreken van deskundigheid en integratie van plastisch chirurgen in mammateams de meest waarschijnlijke verklaring is voor deze vertraging.
lees verderINFLUENCE: valide voor schatten kans op locoregionaal recidief borstkanker
Het INFLUENCE-nomogram, een Nederlands instrument dat wordt gebruikt om het risico op locoregionale recidieven van borstkanker in te schatten, is ook bruikbaar bij patiënten in Duitsland. Dat blijkt uit een validatiestudie uitgevoerd door onderzoekers in Nederland en Duitsland. Hoewel de toewijzing van therapieën tot op zekere hoogte verschillen, worden in Duitsland dezelfde chirurgische technieken, geneesmiddelen voor hormonale en chemotherapie en radiotherapieschema’s gebruikt. Met dit model kunnen artsen bepalen welke patiënten een hoger risico lopen op het ontwikkelen van recidieven en een intensieve follow-up nodig hebben.
lees verderInformatiestandaarden nodig als invulling van zorginformatiebouwstenen
Op basis van een informatieanalyse van het zorgproces voor borstkanker blijkt dat zorginformatiebouwstenen (zibs) alléén onvoldoende specifiek zijn voor de informatie-uitwisseling die nodig is van en naar het multidisciplinaire overleg (mdo) en voor ondersteuning van behandelbeslissingen. De zibs bieden wel een behoorlijke dekking van de informatie in het zorgproces op hoofdlijnen. In de analyse van IKNL zijn de zibs vergeleken met de informatiestandaard borstkanker van het Nationaal Borstkanker Overleg Nederland (NABON) die is ontworpen op basis van de medische richtlijn.
lees verderRadiotherapie heeft geen invloed op 5- en 10-jaarsoverleving RAAS-patiënten
Radiotherapiegerelateerd angiosarcoom (RAAS) is een ernstige, maar late en zeldzame complicatie van radiotherapie als behandeling voor borstkanker. Uit onderzoek van Anouk Rombouts (Radboudumc) en collega’s blijkt dat, ongeacht het wel of niet toevoegen van radiotherapie, de 5- en 10-jaarsoverleving van de patiënten met RAAS stabiel blijft op 41% respectievelijk 25%. In lijn met eerdere studies heeft het toevoegen van radiotherapie, vergeleken met uitsluitend chirurgische behandeling, géén significant effect op de overleving van RAAS-patiënten. Wel toont deze studie aan dat chirurgie altijd een onderdeel dient te zijn van de behandeling van RAAS.
lees verderInvloed adjuvante systemische therapieën op risico contralaterale borstkanker
Endocriene therapie, chemotherapie, en trastuzumab in combinatie met chemotherapie verlagen het risico op het ontwikkelen van contralaterale borstkanker. Echter, elke vorm van adjuvante systemische therapie blijkt een andere impact te hebben op de verdeling van het subtype van de contralaterale borstkanker. Die conclusie staat te lezen in een publicatie van Iris Kramer (NKI) en collega’s in de Journal of the National Cancer Institute (Oxford University Press). De grootste risicoreductie werd waargenomen bij taxaanbevattende chemotherapie en bij aromataseremmers. De uitkomsten van deze studie leveren (nog) geen duidelijke indicatie om de huidige richtlijnen voor adjuvante, systemische therapie te herzien.
lees verderVrouwen met diabetes type 2 hebben grotere kans op agressieve borstkanker
Vrouwen met diabetes type 2 lijken, in vergelijking met vrouwen zonder diabetes, een verhoogd risico te hebben op het ontwikkelen van een agressievere vorm van borstkanker. Jetty Overbeek (VUmc, PHARMO Institute) en collega’s komen tot deze conclusie op basis van een studie, waarin een koppeling is gemaakt tussen gegevens uit de Nederlandse Kankerregistratie (NKR) en de PHARMO-databank over geneesmiddelengebruik. De onderzoekers vonden geen verschillen in borstkankerkenmerken tussen vrouwen met diabetes type 2 die wel of geen insuline gebruikten.
lees verderPredictiemodel kan bijdrage leveren aan verzekerbaarheid (ex-)patiënten
Overlevenden van borstkanker ondervinden na de behandeling vaak problemen met het afsluiten van een levensverzekering. Hogere premies en afwijzingen zijn gebruikelijk. Onderzoekers van IKNL hebben in samenwerking met het Verbond van Verzekeraars en Nederlandse Federatie van Kankerpatiëntenorganisaties (NFK) een predictiemodel ontwikkeld dat het extra sterfterisico inschat van (ex-)patiënten met borstkanker, rekening houdend met het aantal jaren dat zij hebben overleefd. Het model wordt een jaar ingezet, waarna de resultaten meegenomen worden in discussies tussen NFK en het Verbond van Verzekeraars. De verwachting is dat het model bijdraagt aan betere verzekerbaarheid van (ex-)patiënten.
lees verder