Nieuws
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Het aandeel locoregionale recidieven onder jonge vrouwen met een vroeg stadium van borstkanker is tussen 2003 en 2008 gedaald tot een relatief laag niveau. Hoewel een langere follow-up nodig is, geven de resultaten van deze studie belangrijke inzichten in het ontstaan van recidieven bij deze jonge patiënten bij wie het risico in enkele subgroepen verhoogd was in verband met de aanwezigheid van meer agressieve biomarkersubtypen. Dat schrijven Kim Aalders (Diakonessenhuis, Utrecht) en collega’s in de Journal of Clinical Oncology. Vanwege de observationele studieopzet dienen de uitkomsten van dit onderzoek met zorg geïnterpreteerd te worden, aangezien de mogelijkheid van verstorende indicaties niet helemaal zijn uit te sluiten.
lees verderDe wachttijd vanaf de diagnose tot aan de behandeling heeft geen invloed op de langetermijnuitkomsten bij patiënten met slokdarmkanker die een in opzet curatieve behandeling krijgen bestaande uit neo-adjuvante therapie gevolgd door chirurgie of uitsluitend primaire chirurgie. Dat concluderen Els Visser (UMCU) en collega’s in een publicatie in Surgical Oncology. Deze bevinding slaat alleen op de wachttijd ín het ziekenhuis en niet op de totale wachttijd die aanvangt bij de eerste symptomen, bezoek aan de huisarts en vervolgens afspraak voor een endoscopie in het ziekenhuis. Deze totale wachttijd kan nog steeds invloed hebben op de langetermijnresultaten bij de behandeling van patiënten met slokdarmkanker.
lees verderTussen 1991 en 2010 is het aantal patiënten met mondholtekanker in Nederland met 1,2% per jaar toegenomen. Dat blijkt uit een onderzoek van Boukje van Dijk (IKNL) en collega’s dat verschenen is in de International Journal of Cancer. De stijging van mondholtekanker was groter bij vrouwen; bij laag stadium (I) en bij hoog stadium (IV) tumoren; en voor tong- en tandvleeskanker. Chirurgie maakte bij 77% van de mondholtekankers deel uit van de behandeling; het aandeel patiënten dat uitsluitend een operatie kreeg, steeg vooral bij stadium I en III. De relatieve 5-jaarsoverleving van patiënten met mondholtekanker nam toe van 57% in 1991-1995 naar 62% in 2006-2010.
lees verderPatiënten die na behandeling van hoofd-halskanker een vroeg stadium van een tweede, primaire longkanker ontwikkelen, krijgen in Nederland steeds vaker radiotherapie aangeboden. Het aandeel chirurgie nam bij deze patiënten tussen 1997 en 2011 juist af. Dat blijkt uit onderzoek van Alex Louie (VUmc), Ronald Damhuis (IKNL) en collega’s. Uit analyses blijkt dat er ná 2005 geen verschil in algemene overleving werd gezien tussen chirurgie en radiotherapie. Dit wijst er op dat beide behandelmogelijkheden na 2005 even effectief zijn. Volgens de onderzoekers ondersteunen de resultaten het idee dat een radicale behandeling overwogen moet worden bij een vroeg stadium van een tweede, primaire longkanker na hoofd-halskanker.
lees verderAdjuvante chemotherapie bij patiënten met hoog-risico stadium II dikkedarmkanker lijkt alleen bij patiënten met een pathologische T4 (pT4) geassocieerd te zijn met een betere overleving. Voor de andere hoog-risicofactoren (slecht of ongedifferentieerde tumoren, een spoedoperatie of minder dan tien onderzochte lymfeklieren) is geen verband gevonden tussen adjuvante chemotherapie en toename van de overleving. Dat blijkt uit een studie van Sarah Verhoeff (Jeroen Bosch Ziekenhuis) en collega’s. De onderzoekers stellen voor om de risicofactoren bij stadium II dikkedarmkanker te herzien, zodat een adequate selectie van patiënten kan profiteren van adjuvante chemotherapie.
lees verderMet behulp van gegevens uit de dagelijkse praktijk is het mogelijk om organisatorische, klinische en economische aspecten van medische zorg te evalueren die generaliseerbaar zijn. Het analyseren van gegevens brengt echter ook uitdagingen met zich mee. Dat is één van de conclusies die Hedwig Blommestein (IKNL) trekt in het proefschrift ‘The Added Value of Real-World Evidence’. Hierin is onder meer onderzoek gedaan naar de kosten en effectiviteit van (dure) geneesmiddelen en stamceltransplantaties bij patiënten met een hematologisch ziekte. De promotie vond plaats op vrijdag 1 april aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam.
lees verderPatiënten met alvleesklierkanker die een pancreatoduodenectomie krijgen in een medisch centrum waar deze operatie 40 keer of vaker per jaar wordt uitgevoerd, hebben minder kans om binnen 90 dagen na de operatie te overlijden. Ook de langetermijnoverleving van deze patiënten is beter bij hogere operatievolumes. Dat blijkt uit onderzoek van Lydia van der Geest (IKNL) en Bengt van Rijssen (AMC) samen met de Dutch Pancreatic Cancer Group (DPCG). Volgens de onderzoekers staat het optimale volumeplafond nog niet definitief vast. Hiervoor is vervolgonderzoek nodig naar onder meer de case-mix, multidisciplinaire zorg, reisafstanden en voorkeuren van de patiënt.
lees verderZorgverleners dienen (ex-)patiënten met dikkedarmkanker met negatieve ziektepercepties te identificeren en ondersteuning te bieden bij het omgaan met hun ziekte of klachten. Wanneer mensen met negatieve ziektepercepties aangemoedigd worden, zijn zij mogelijk beter in staat tot adaptief zelfmanagement. Dat advies staat te lezen in een publicatie van Melissa Thong (AMC) en collega's in de Journal of Cancer Survivorship. Uit deze studie blijkt dat negatieve ziektepercepties, zoals emoties en ervaren gevolgen van ziekte op hun leven, samenhangen met een verhoogde mortaliteit.
lees verder