Nader onderzoek mogelijk naar regionale verschillen in chemotherapie voor borstkankerpatiënten
Onderzoekers van IKNL gaan samen met de NBCA (NABON Breast Cancer Audit) de oorzaken onderzoeken van regionale verschillen in het toepassen van chemotherapie van patiënten met borstkanker voorafgaand aan de operatie. Vrouwen met borsttumoren in stadium III komen in aanmerking voor chemotherapie voorafgaand aan de operatie (neo-adjuvante chemotherapie). Het toepassen van deze chemotherapie vindt slechts bij 70% van deze patiënten plaats, dat blijkt uit het rapport Kankerzorg in Beeld en de NBCA-rapportage 2013. Dit ondanks de aanbevelingen in de NABON-mammarichtlijn (www.oncoline.nl).
lees verderZorgpad borstkanker leidt tot betere zorg voor patiënten
Ziekenhuizen kunnen de zorg voor vrouwen met borstkanker verbeteren door een multidisciplinair zorgpad in te voeren. In zo’n zorgpad staat beschreven welke stappen er gezet moeten worden rond diagnose en behandeling. Uit onderzoek van IKNL blijkt dat introductie van een zorgpad voor borstkanker bijdraagt aan betere naleving van de nationale richtlijnen en dat daardoor de zorg voor vrouwen met borstkanker verbetert. De studie werd uitgevoerd in drie ziekenhuizen in Friesland door IKNL, UMC Groningen, Universiteit Groningen en Universiteit Twente.
lees verderGeen onderbouwing gevonden voor verhogen volumenorm borstkankeroperaties
Het aantal borstkankeroperaties dat een ziekenhuis jaarlijks uitvoert, speelt in Nederland geen rol van betekenis bij de kans op genezing van patiënten met borstkanker. Dit blijkt uit onderzoek van Sabine Siesling dat is gepubliceerd in Breast Cancer Research and Treatment. Het onderzoek werd uitgevoerd in samenwerking met de Vereniging Samenwerkende Algemene Ziekenhuizen en medisch specialisten.
lees verderImplementatie zorgpad leidt tot betere zorg patiënten met borstkanker
Implementatie van een multidisciplinair zorgpad voor borstkanker leidt tot betere naleving van de nationale richtlijnen en kan bijdragen aan het verbeteren van de zorg voor deze patiënten. Zo werden significante verbeteringen gezien in het aantal HER2/neu-bepalingen. Ook nam het aantal schildwachtklierprocedures toe. Het verminderen van het gelijktijdig inzetten van radiotherapie en chemotherapie, een van de beoogde doelen van het zorgpad, werd eveneens behaald. Dat blijkt uit een studie van Jolanda van Hoeve (IKNL) in samenwerking met collega's van UMC Groningen, Universiteit Groningen en Universiteit Twente.
lees verderBehandelde borstkankerpatiënt wordt te vaak gecontroleerd
De nacontrole van vrouwen die zijn behandeld voor borstkanker is vooral gericht op het snel vaststellen van een mogelijke terugkeer van de tumor. Hoewel er richtlijnen zijn voor het aantal nacontroles, worden vrouwen in de praktijk vaker gecontroleerd dan geadviseerd. Op 8 mei is Annemiek Kwast, onderzoeker IKNL, gepromoveerd op haar onderzoek naar onder andere de oorzaken van deze (te) intensieve controle.
lees verderDigitale beeldmammografie heeft hogere detectiegraad dan analoge film
Digitale grootbeeldmammografie heeft een significant hogere selectiviteit vergeleken met analoge filmmammografie. Dit betekent dat met de digitale techniek meer intervalkankers als daadwerkelijk negatief worden aangemerkt. De sensitiviteit tussen analoge en digitale mammografieën is echter vergelijkbaar. Dat stellen Joost Nederend en collega-onderzoekers op basis van een uitgebreide studie, waarvoor 120.000 analoge en digitale beelden van het bevolkingsonderzoek naar borstkanker opnieuw werden bekeken en beoordeeld. Bij de meeste bevolkingsonderzoeken naar borstkanker is de analoge filmmammografie vervangen door digitale grootbeeldmammografie. In dit onderzoek maakten Joost Nederend en collega's een vergelijking tussen de intervalkenmerken van kanker bij analoge en digitale grootbeeldmammografie.
lees verderDigitale beeldmammografie heeft hogere detectiegraad dan analoge film
Digitale grootbeeldmammografie heeft een significant hogere selectiviteit vergeleken met analoge filmmammografie. Dit betekent dat met de digitale techniek meer intervalkankers als daadwerkelijk negatief worden aangemerkt. De sensitiviteit tussen analoge en digitale mammografieën is echter vergelijkbaar. Dat stellen Joost Nederend en collega-onderzoekers op basis van een uitgebreide studie, waarvoor 120.000 analoge en digitale beelden van het bevolkingsonderzoek naar borstkanker opnieuw werden bekeken en beoordeeld. Bij de meeste bevolkingsonderzoeken naar borstkanker is de analoge filmmammografie vervangen door digitale grootbeeldmammografie. In dit onderzoek maakten Joost Nederend en collega's een vergelijking tussen de intervalkenmerken van kanker bij analoge en digitale grootbeeldmammografie.
lees verderGoede langetermijnprognose voor vrouwen met stadium I of II borstkanker
Vrouwen die behandeld zijn voor stadium I of II borstkanker hebben een (zeer) goede langetermijnprognose. De conditionele, relatieve 5-jaarsoverleving voor borstkanker stadium I bedraagt circa 95 procent en voor fase II 90 procent tot 15 jaar na de diagnose. Volgens dr. Maryska Janssen-Heijnen en collega's kunnen zorgverleners deze informatie gebruiken om patiënten te informeren over hun actuele prognose en vooruitzichten op langere termijn.
lees verder