Palliatieve zorg

Iedere dag overlijden er ongeveer 125 mensen aan kanker. Met 45.500 overlijdens per jaar zijn mensen met kanker de grootste groep van de in totaal 111.500 mensen die overlijden met een palliatieve zorgbehoefte. De verwachting is dat de groep met ongeneeslijke kanker alleen maar groter wordt, enerzijds door vergrijzing en anderzijds doordat mensen langer leven met ongeneeslijke kanker. Daarom is palliatieve zorg een belangrijk thema voor IKNL. 

Mensenmassa-(4).jpg

Als blijkt dat een patiënt met kanker niet meer zal genezen, gaat de palliatieve fase in. Hoelang de palliatieve fase duurt is voor iedereen verschillend: van enkele weken tot enkele maanden of jaren. In deze fase staan palliatieve behandeling van de ziekte en symptomen, gezamenlijke besluitvorming en proactieve zorgplanning en ondersteuning centraal. De zorg in deze fase wordt idealiter tijdig besproken en steeds afgestemd op de individuele waarden en wensen en behoeften van de patiënt en diens naasten. Daarbij is aandacht voor zowel lichamelijke, psychische als sociale aspecten en voor zingevingsvraagstukken, zoals is vastgelegd in het Kwaliteitskader palliatieve zorg Nederland (2017). 

Rol IKNL in de palliatieve zorg

Meer dan de helft van mensen met ongeneeslijke kanker ervaart veel pijn, benauwdheid en vermoeidheid in de laatste drie maanden van het leven. Om bij te dragen aan waardig sterven en kwaliteit van leven is de tijdige inzet van palliatieve zorg van cruciaal belang. Dit alles geeft inhoudelijke urgentie om de palliatieve fase bij kanker binnen de doelstellingen van IKNL stevig te verankeren. IKNL is lid van de stuurgroep van het Nationaal Programma Palliatieve zorg 2022-2026 (NPPZ II); een positie waarin we onze inhoudelijke kennis en expertise meebrengen en delen op het gebied van het tweesporenbeleid, data-inzichten generen met behulp van digitale gegevensuitwisseling, innovatie en onderzoek. 

Datagedreven palliatieve zorg

Landelijke cijfers over palliatieve zorg en zorg in de laatste levensfase zijn er nog weinig. Om meer inzicht te krijgen in de kwaliteit van zorg in de laatste levensfase, gebruikt IKNL landelijke databronnen, zo zijn de Kerncijfers palliatieve zorg ontstaan. 

Daarnaast wordt met registraties zoals de Nederlandse Kankerregistratie en LBZ-data (Landelijke Basisregistratie Ziekenhuis) zorgwetenschappelijk onderzoek gedaan om variatie in behandelpatronen in de laatste levensfase inzichtelijk te maken. Deze inzichten hebben als doel bij te dragen aan de verbetering van deze zorg.

Markering 

Om ervoor te zorgen dat de waarden, wensen en behoeften van de patiënt bekend zijn, is het van belang de start van de palliatieve fase, en daarmee van de palliatieve zorg, te markeren. Hiervoor stelt de behandelend arts zichzelf de zogenoemde surprise question: ‘Zou het mij verbazen als deze patiënt binnen een jaar zou overlijden?’ Als het de professional niet verbaast, is dat een signaal om bijtijds met de patiënt in gesprek te gaan over zijn vooruitzichten en wensen voor verdere behandeling, begeleiding en zorg. 

Tweesporenbeleid 

Voor patiënten met uitgezaaide kanker liggen leven en dood dicht bij elkaar; uit het rapport ‘Uitgezaaide kanker in beeld’ blijkt dat patiënten een mediane overleving hebben van 6,3 maanden na diagnose van uitgezaaide kanker. Soms is er kans op genezing of mogelijkheid om met (innovatieve) behandeling nog jaren te leven. Maar als de behandeling niet aanslaat kan de situatie snel omslaan richting spoedig overlijden. Patiënten met uitgezaaide kanker hebben daarom baat bij een tweesporenbeleid; naast ziektegerichte behandeling is er gelijktijdig aandacht voor kwaliteit van leven en het levenseinde, zelfs als dat nog ver weg lijkt. 

Proactieve Zorgplanning

Essentieel in het tweesporenbeleid is proactieve zorgplanning. De zorgverlener (vaak behandelend arts) en patiënt bespreken gedurende de behandeling op verschillende momenten wat de mogelijkheden en beperkingen van (palliatieve) behandelingen zijn, wat de wensen en behoeften van de patiënt zijn en komen zo via gedeelde besluitvorming tot een vervolg van het (palliatief) behandeltraject. Zulke gesprekken zijn de aanzet voor proactieve zorgplanning. Daarbij bespreken arts en patiënt ook wat de wensen zijn wanneer de situatie verandert bijvoorbeeld bij plotselinge progressie. In deze gesprekken is er continu aandacht voor de verschillende dimensies van kwaliteit van leven en is er oog voor de naasten van de patiënt. Door proactieve zorg in te zetten, kan de arts - samen met de patiënt - beter bepalen wanneer palliatieve zorg nodig is. Tijdige inzet van palliatieve zorg leidt tot betere kwaliteit van leven, minder symptomen en meer passende zorg in de laatste levensfase. Ook kan door de tijdige inzet van palliatieve zorg over- of onderbehandeling worden voorkomen of verminderd.

Meer informatie 

Meer inhoudelijke informatie over palliatieve zorg (ook ook over andere diagnosegroepen dan kanker) voor zorgprofessionals is te vinden op Palliaweb. Hier vindt u onder andere hulpmiddelen, onderwijsmaterialen en opleidingen. Hier kunt u ook de palliatieve richtlijnen raadplegen.

Patiënten en hun naasten kunnen voor meer informatie terecht op Overpalliatievezorg.nl en kanker.nl 

 

 

 



Consortium bezoekt scholen voor meer verbinding en samenwerking

Hogeschool Inholland en de Hogeschool van Amsterdam zien diverse mogelijkheden voor samenwerking met het consortium Noord-Holland & Flevoland. Er is behoefte aan samen optrekken rond concrete activiteiten. Deze wens wordt met name geuit vanuit de ROC’s. Mogelijke thema’s voor samenwerking zijn: kennis, innovatief onderwijs, onderzoek, inhoudelijke ontwikkeling, beeldvorming en de verbinding met de Netwerken Palliatieve Zorg.

lees verder

Steeds meer consortiumbrede 24-uursconsultatie in Nederland

Binnen de consortia Zuid-West Nederland en Limburg-Zuidoost-Brabant is sinds 1 februari een consortiumbreed consulententeam beschikbaar voor vragen van zorgprofessionals die niet kunnen wachten tot de volgende werkdag. Het team is bereikbaar in de avond, nacht en tijdens weekenden. Met deze uitbreiding is consultatie in steeds meer delen van Nederland 24 uur per dag en 7 dagen per week beschikbaar.

lees verder

‘Pijn is heel vaak de oorzaak van onbegrepen gedrag bij dementie’

‘Ik heb een zeer gevarieerde baan’, vindt Bob Ekdom. En dat blijkt nog een behoorlijk understatement, als de specialist ouderengeneeskunde vervolgens toelicht wat hij allemaal doet. Zestien jaar geleden begon hij als consulent palliatieve zorg in Palliatie Team Midden-Nederland. ‘Zorg rondom dementie, toch per definitie palliatieve zorg, mag wat mij betreft meer aandacht krijgen.’

lees verder

Agora, Fibula en IKNL gaan samen in een nieuwe organisatie in de palliatieve zorg

Agora, Fibula en het onderdeel palliatieve zorg van IKNL hebben in de afgelopen periode intensief samengewerkt. Het positieve resultaat daarvan vormt nu aanleiding om de krachten definitief te bundelen in een nieuwe organisatie in de palliatieve zorg.

lees verder

Digitale ondersteuning voor PaTz-groepen: pilot met portal

In PaTz-groepen (Palliatieve Thuiszorg) werken zorgprofessionals samen om de afstemming over de zorg voor hun palliatieve patiënten goed te organiseren. Om huisartsen, wijkverpleegkundigen, consulenten palliatieve zorg en andere zorgprofessionals te helpen efficiënter en beter samen te werken is er in Rotterdam een digitaal palliatief zorgregister ontwikkeld, de PaTz-Portal. Er is een pilot gestart waarbij 12 PaTz-groepen de werking van het registratiesysteem gaan testen. Het streven is om na deze pilot vanaf september 2017, de portal toegankelijk te maken voor alle PaTz-groepen in Nederland.

lees verder

Open en eerlijke gesprekken kunnen taboe op ‘opgeven’ doorbreken

Met de komst van nieuwe therapieën en behandelingen is er de afgelopen jaren grote vooruitgang geboekt in de oncologie. Deze extra mogelijkheden hebben echter ook een keerzijde. Kiezen we voor het toevoegen van leven aan de dagen, of dagen aan het leven? Het lijkt vaak te gaan over het laatste. Dr. Linda Brom (IKNL), dr. Inge Henselmans (AMC), dr. Art Vreugdenhil (MMC) en prof. dr. Peter Huijgens (IKNL) beschrijven welke mechanismen daaraan ten grondslag liggen. Wat geef je eigenlijk op als je stopt met de behandeling om de kanker te remmen ? Hoe kunnen we het taboe op 'opgeven' doorbreken? Volgens de auteurs is er niet één oplossing. Betere zorg begint met een goed gesprek.

lees verder

Snelle toename van aantal teams palliatieve zorg in ziekenhuizen

Het aantal ziekenhuizen in Nederland met een team palliatieve zorg is de afgelopen jaren in hoog tempo toegenomen. Tussen deze teams zijn wel aanzienlijke verschillen als het gaat om het inschakelen van diverse disciplines, procedures en het aantal consulten. Dat blijkt uit een studie van Arianne Brinkman-Stoppelberg (Erasmus MC) en collega’s van IKNL onder professionals in 74 ziekenhuizen. De onderzoekers stellen daarentegen ook vast dat de betrokkenheid van deze teams bij de zorg voor ongeneeslijk zieke patiënten relatief beperkt is. Ze doen daarom enkele aanbevelingen, waaronder het ontwikkelen van een kwaliteitskader om (transmurale) palliatieve consultatie te stimuleren.

lees verder

Consulent Carel Veldhoven: ‘Goede, palliatieve zorg kan best lastig zijn’

Carel Veldhoven is huisarts in Berg en Dal en volgde in 2001/2002 de kaderopleiding Palliatieve Zorg. Kort daarna kreeg hij diverse malen het verzoek om consulent te worden. ‘Dat heb ik toen niet gedaan, omdat ik eerst meer praktijkervaring op wilde doen.’ Inmiddels is hij alweer tien jaar actief als consulent bij IKNL en sinds 2010 ook werkzaam als consulent in het palliatief consultatieteam van Radboudumc. Daarnaast is hij voorzitter van de Huisartsen Advies Groep Palliatieve Zorg (PalHAG) van het Nederlands Huisartsen Genootschap. ‘De praktijk van de palliatieve zorg vraagt om scenariodenken en proactief handelen. Dat moet in ons systeem landen.’ Een interview.

lees verder