Nieuws
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Digitale grootbeeldmammografie heeft een significant hogere selectiviteit vergeleken met analoge filmmammografie. Dit betekent dat met de digitale techniek meer intervalkankers als daadwerkelijk negatief worden aangemerkt. De sensitiviteit tussen analoge en digitale mammografieën is echter vergelijkbaar. Dat stellen Joost Nederend en collega-onderzoekers op basis van een uitgebreide studie, waarvoor 120.000 analoge en digitale beelden van het bevolkingsonderzoek naar borstkanker opnieuw werden bekeken en beoordeeld. Bij de meeste bevolkingsonderzoeken naar borstkanker is de analoge filmmammografie vervangen door digitale grootbeeldmammografie. In dit onderzoek maakten Joost Nederend en collega's een vergelijking tussen de intervalkenmerken van kanker bij analoge en digitale grootbeeldmammografie.
lees verderDigitale grootbeeldmammografie heeft een significant hogere selectiviteit vergeleken met analoge filmmammografie. Dit betekent dat met de digitale techniek meer intervalkankers als daadwerkelijk negatief worden aangemerkt. De sensitiviteit tussen analoge en digitale mammografieën is echter vergelijkbaar. Dat stellen Joost Nederend en collega-onderzoekers op basis van een uitgebreide studie, waarvoor 120.000 analoge en digitale beelden van het bevolkingsonderzoek naar borstkanker opnieuw werden bekeken en beoordeeld. Bij de meeste bevolkingsonderzoeken naar borstkanker is de analoge filmmammografie vervangen door digitale grootbeeldmammografie. In dit onderzoek maakten Joost Nederend en collega's een vergelijking tussen de intervalkenmerken van kanker bij analoge en digitale grootbeeldmammografie.
lees verderVrouwen die behandeld zijn voor stadium I of II borstkanker hebben een (zeer) goede langetermijnprognose. De conditionele, relatieve 5-jaarsoverleving voor borstkanker stadium I bedraagt circa 95 procent en voor fase II 90 procent tot 15 jaar na de diagnose. Volgens dr. Maryska Janssen-Heijnen en collega's kunnen zorgverleners deze informatie gebruiken om patiënten te informeren over hun actuele prognose en vooruitzichten op langere termijn.
lees verderUit evaluatieonderzoek van IKNL naar bekendheid, gebruik en beoordeling van oncologische en palliatieve richtlijnen komt naar voren dat met name verpleegkundigen en verzorgenden uit de eerste en derde lijn de richtlijnen palliatieve zorg raadplegen.
lees verderUit onderzoek onder patiënten met uitgezaaide borst- of darmkanker blijkt het onderwerp ‘laatste levensfase’ vooruit te worden geschoven. Deze patiënten met een relatief gunstige prognose (een langere levensverwachting) lijken in het heden verder te willen blijven leven. Chemotherapie geeft structuur aan hun leven en biedt houvast.
lees verderFebruari 2014 start de nieuwe basismodule kinderpalliatieve zorg. Deze opleiding is ontwikkeld voor verpleegkundigen niveau 4 en 5, maatschappelijk werkers en psychologen. De opleiding borduurt voort op de kritische succesfactoren van de eerder door Stichting Pal verzorgde basisopleiding, waarbij in deze geheel vernieuwde training de nieuwe ‘Richtlijn Palliatieve Zorg voor Kinderen’ van IKNL als een rode draad door het driedaagse programma loopt.
lees verderElke vijf jaar brengt de 'International Agency for Research on Cancer' (IARC) een nieuwe versie uit van het standaardwerk over de kankerincidentie in de wereld 'Cancer Incidence in Five Continents’ (CI5). In de recent online gepubliceerde tiende editie staan gegevens van 290 kankerregistraties uit 68 landen, waaronder die van de Nederlandse Kankerregistratie. De publicatie is interessant voor iedereen die een overzicht wil hebben van het voorkomen van kanker in verschillende landen en regio’s van de wereld.
lees verderDe database is gebaseerd op het Oncoline-systeem van IKNL. Dit modulaire systeem maakt de integratie tussen (onderdelen van) richtlijnen makkelijker en onderlinge verwijzing mogelijk. Zo kan de professional eenvoudig schakelen tussen gerelateerde richtlijnen. Bijvoorbeeld de richtlijn ‘preoperatieve screening’ wordt gekoppeld aan de module ‘chirurgische resectie galblaascarcinoom’ maar ook aan de module ‘voeding en dieet bij kankerpatiënten’.
lees verder