Nieuws
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
De incidentie van het chondrosarcoom is tussen 1989 en 2013 toegenomen van 2,9 naar 8,8 per één miljoen inwoners. Dat blijkt uit onderzoek van Veroniek van Praag (LUMC) en collega’s met gegevens uit de Nederlandse Kankerregistratie. Er is vooral een toename in laaggradige tumoren, mogelijk door de introductie van nieuwe, beeldvormende technieken en vergrijzing van de bevolking. Synchroon met de gestegen incidentie nam het aantal curettages toe, maar het veronderstelde preventieve effect van deze behandeling op het aandeel hooggradige tumoren bleef achterwege. Aanvullend onderzoek blijft nodig naar de bijwerkingen en potentiële voordelen van curettages.
lees verderWanneer patiënten met potentieel curabele maagkanker, die een gastrectomie hebben gekregen, binnen twaalf weken na de operatie starten met postoperatieve chemotherapie, dan heeft dat géén nadelig effect op hun algehele overleving. Dat concluderen Hylke Brenkman (UMC Utrecht) en collega’s op basis van een studie met patiëntengegevens uit de Nederlandse Kankerregistratie over de periode 2010-2014. Dit betekent volgens de onderzoekers dat de wachttijd tussen operatie en aanvang van de postoperatieve chemotherapie veilig kan worden gebruikt om deze patiënten te laten herstellen en de condities te optimaliseren voordat met de postoperatieve behandeling wordt gestart.
lees verderOndanks de introductie van nieuwe behandelopties is er tussen 1989 – 2014 geen significante verbetering opgetreden in de algehele overleving van patiënten met wekedelensarcoom met synchrone metastasen. Die conclusie staat te lezen in een publicatie van Melissa Vos (Erasmus MC) en collega’s in The Oncologist. Ook nieuwe geneesmiddelen zoals trabectedin (2007) en pazopanib (2012) hebben tijdens de onderzoeksperiode slechts geleid tot een minimale en niet-significante verbetering van de algehele overleving, hoe waardevol deze ook kan zijn voor individuele patiënten. Opmerkelijk is dat patiënten die een combinatie van chirurgie en radiotherapie kregen de meest gunstige mediane algehele overleving hadden van 19,9 maanden.
lees verderDe incidentie van kanker bij kinderen en adolescenten in Europa is tussen 1991 en 2010 licht gestegen. Dat blijkt uit onderzoek van een grote groep onderzoekers, onder wie emeritus hoogleraar Jan Willem Coebergh (Erasmus Universiteit) en Otto Visser (IKNL). Bij kinderen (leeftijd 0-14 jaar) steeg de gestandaardiseerde incidentie met 0,5% per jaar naar 137,5 per miljoen persoonsjaren. Bij adolescenten lag de incidentie op 176 per miljoen persoonsjaren en was er sprake van een gemiddelde toename van 1% per jaar met een vertraging in recentere jaren. Volgens de auteurs vormen deze uitkomsten aanleiding om de incidentietrends van deze jonge patiënten in bestaande kankerbestrijdingsprogramma’s te (her)overwegen.
lees verderDuctaal adenocarcinomen in de pancreas zijn vaak groter wanneer deze tumoren in het lichaam of de staart van de pancreas zijn gelokaliseerd. Ook zijn deze carcinomen vaker gemetastaseerd en minder vaak resectabel vergeleken met tumoren in de kop van de pancreas. Dat blijkt uit onderzoek van Felice van Erning en collega’s met data uit de Nederlandse Kankerregistratie (NKR). De overleving na resectie van PDAC is vergelijkbaar tussen alle drie de lokalisaties, terwijl de overleving van patiënten met gemetastaseerde ziekte iets lager is bij een PDAC in het lichaam of de staart van de pancreas.
lees verderPatiënten met stadium cT3-4aN0M0 blaaskanker die neo-adjuvante chemotherapie en een radicale cystectomie kregen, hebben een betere algehele overleving dan patiënten die uitsluitend zijn behandeld met radicale cystectomie. Bij patiënten met cT2N0M0 blaaskanker werd geen overlevingsvoordeel gevonden. Dat blijkt uit onderzoek van Tom Hermans (NKI-AvL) en collega’s met gegevens uit de Nederlandse Kankerregistratie. Verder suggereren de onderzoekers op basis van de uitkomsten van deze studie dat meer maatwerk nodig is bij het gebruik van peri-operatieve chemotherapie waarbij toepassing van neo-adjuvante chemotherapie bij patiënten met cT3-4aN0M0 blaaskanker sterk aanbevolen wordt.
lees verderHet Briganti-nomogram (2012) en het predictiemodel van het Memorial Sloan Kettering Cancer Center (MSKCC) zijn op dit moment de meest betrouwbare modellen om uitzaaiingen naar de lymfeklieren in de bekkenbodem te voorspellen bij patiënten met prostaatkanker. Dat blijkt uit een studie van Tom A. Hueting (Universiteit Twente) en collega’s gepubliceerd in het tijdschrift European Urology Oncology. De onderzoekers wijzen er op dat de geadviseerde drempelwaarden veelal gebaseerd zijn op zogenaamde ‘expert opinions’ zonder duidelijk onderliggend bewijs van de impact van de diverse drempelwaarden. Daarom is op basis van deze studie aanvullend onderzoek gestart naar de optimale risicodrempel voor uitgebreide lymfeklierdissectie in de bekkenbodem.
lees verderDe kankersterfte onder vrouwen in Nederland is de hoogste van alle landen in West-Europa. In Europa scoren maar liefst 34 landen beter als het gaat om de kankersterfte onder vrouwen. Slechts in zes Europese landen is deze sterfte hoger dan in Nederland. Dat blijkt uit een publicatie in het European Journal of Cancer. De kankersoorten waar de meeste vrouwen aan overlijden zijn longkanker, darmkanker en borstkanker. Deze kankersoorten komen bij vrouwen in Nederland vaker voor dan elders. Om de kankersterfte terug te dringen zijn daarom verdergaande preventieve maatregelen nodig.
lees verder