Nieuws
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Marissa van Maaren, onderzoeker bij IKNL, heeft donderdag 10 december een presentatie gegeven tijdens het San Antonio Breast Cancer Symposium (SABCS) in San Antonio (VS). Daar presenteerde zij de resultaten van een studie, waarin de 10-jaarsoverleving na borstsparende therapie (chirurgie plus radiotherapie) versus mastectomie is onderzocht bij vrouwen met een vroeg stadium van borstkanker. Van Maaren werd daarbij begeleid door Sabine Siesling, senior onderzoeker bij IKNL en hoogleraar aan UTwente. “Uit deze studie, uitgevoerd in samenwerking met specialisten in Nederland, blijkt dat borstsparende therapie tot betere resultaten leidt bij patiënten met een vroeg stadium van borstkanker.”
lees verderPatiënten met niet-uitgezaaid pancreascarcinoom hebben een grotere kans op het krijgen van een in opzet curatieve operatie wanneer de primaire diagnose is gesteld in een ziekenhuis dat pancreaschirurgie uitvoert. Indien de diagnose is gesteld in een niet-pancreascentrum is de kans op een operatie aanzienlijk kleiner. Het centrum van diagnose was niet geassocieerd met een verbeterde langetermijnoverleving indien gecorrigeerd voor de hogere kans op resectie in de pancreascentra. Dat blijkt uit een studie van Maikel Bakens (Catharina Ziekenhuis, IKNL) en collega’s die onlangs is verschenen in de British Journal of Surgery.
lees verderPatiënten met dikkedarmkanker en levermetastasen hebben een slechte prognose. Indien chirurgie niet direct mogelijk is, kan geprobeerd worden om met systemische therapie deze metastasen zodanig te verkleinen dat resectie in tweede instantie toch haalbaar is. Welke chemotherapie hierbij het beste werkt, is tot dusver niet bekend. Ook is er internationaal nog geen consensus welke levermetastasen resectabel zijn en welke niet. Joost Huiskens, prof. Cornelis Punt, prof. Thomas van Gulik (AMC Amsterdam) en collega’s geven in een publicatie in BMC Cancer een toelichting op de CAIRO5-studie die antwoord moet gaan geven op deze en andere vragen.
lees verderIn geselecteerde patiënten met dunnedarmkanker en peritoneale metastasen bij wie een volledige, macroscopische resectie kan worden bereikt, is met behulp van cytoreductieve chirurgie en hypertherme intraperitoneale chemotherapie (CRS + HIPEC) een overleving haalbaar die vergelijkbaar is met patiënten met dikkedarmkanker en peritoneale metastasen. Die conclusie staat te lezen in een publicatie van drs. Thijs van Oudheusden (Catharina Ziekenhuis), prof. dr. Valery Lemmens (IKNL) en collega’s in Oncology/Genetics. Volgens de onderzoekers is verder onderzoek nodig naar de rol van adjuvante chemotherapie bij deze patiënten.
lees verderIn België, Nederland en Engeland is chemotherapie tussen 2003 en 2006 uitgegroeid tot de standaardbehandeling voor jongere patiënten met maligne pleura mesothelioom. Voor oudere patiënten, die momenteel de helft van deze patiëntenpopulatie uitmaken, zijn minder toxische behandelingen nodig om hun vooruitzichten te verbeteren. Ronald Damhuis (IKNL) en collega’s stellen vast dat, ondanks vele jaren van onderzoek, er nog steeds weinig bekend is over de optimale combinatie van chemotherapie, chirurgie en radiotherapie. “Op het hoogtepunt van de epidemie, is er nog tijd om antwoorden te vinden.”
lees verderEr lijkt geen reden te zijn om patiënten met dikkedarmkanker adjuvante chemotherapie te onthouden voor wat betreft langetermijneffecten op hun gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven of ziektespecifieke symptomen. Dat concluderen drs. Simone Verhaar (TweeSteden Ziekenhuis), prof. dr. Lonneke van de Poll (IKNL) en collega’s op basis van een studie onder 1.600 overlevenden van dikkedarmkanker die tussen januari 2000 en juni 2009 werden gediagnosticeerd. De bevindingen gelden zowel voor patiënten ouder als jonger dan 70 jaar, en ongeacht of zij uitsluitend chirurgie of een combinatie van chirurgie en adjuvante chemotherapie kregen.
lees verderDe zorg voor jonge vrouwen met een lokaal recidief na borstsparende therapie kan verder worden verbeterd door meer aandacht te besteden aan vroege detectie. Dat blijkt uit een studie van M. van der Sangen en collega´s naar de prognose van jonge vrouwen met een lokaal recidief na borstsparende therapie. De uitkomsten van deze studie zijn onlangs verschenen in de European Journal of Surgical Oncology.
lees verderDe totale overleving van patiënten met borstkanker die een re-excisie ondergingen, wijkt niet significant af van de overleving van vrouwen die uitsluitend een primaire, borstsparende operatie kregen. Dat blijkt uit een studie van Elvira Vos (Erasmus MC) en collega’s. Volgens de onderzoekers ondersteunt deze uitkomst de aanbeveling van SSO / ASTRO-richtlijn om een re-excisie uit te voeren bij ‘inktsporen op de tumor’. Aangezien er geen bewijs is voor een specifieke veilige marge die verder gaat dan ‘geen inkt op tumor’, stellen ze voor de zoektocht naar een ideale, negatieve snijmarge te beëindigen.
lees verder