Nieuws
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
In Nederland krijgen patiënten met niet-kleincellig longcarcinoom, stadium III of IV, verschillende behandeladviezen, afhankelijk van het MDO waarin hun situatie wordt besproken. Een hoge leeftijd en de fysieke conditie van een patiënt lijken een belangrijke reden te zijn om af te wijken van de landelijke richtlijn. Dat blijkt uit een recente studie van Candiff et al, waarin 3 casussen werden besproken in 8 MDO’s.
lees verderVroegtijdige interventie op patiënt-gerapporteerde symptomen kan bijdragen aan kwaliteit van leven en kwaliteit van zorg. In de SYMPRO-lung trial melden patiënten via een app eventuele symptomen en therapietrouw. De app is onderdeel van PROFIEL, het patiëntenvolgsysteem van IKNL en Tilburg University. De inclusie van deze trial is recent gestart in 12 ziekenhuizen onder leiding van dr. Annemarie Becker (Amsterdam UMC, locatie VU), in samenwerking met onderzoekers van het Antoni van Leeuwenhoek ziekenhuis en IKNL.
lees verderDe Nederlandse Kankerregistratie (NKR) is van onschatbare waarde bij het vinden van risicofactoren voor kanker en verbetering van preventie, curatieve en palliatieve kankerzorg. Hoe draagt de NKR zoveel mogelijk bij aan de beste kankerzorg nu en in de toekomst? Die vragen stonden centraal in het programma van het jubileumsymposium. Met 400 IKNL-medewerkers en 200 externe gasten werd feestelijk stilgestaan bij deze mijlpaal.
lees verderIn de oncologie wordt, in tegenstelling tot andere disciplines, nauwelijks rekening gehouden met biologische verschillen tussen mannen en vrouwen en de invloed van geslachtschromosomen en geslachtshormonen op zowel lokale als systemische determinanten van carcinogenese. Een groep deskundigen die eind 2018 deelnam aan een ESMO-workshop, concludeert dat er meer onderzoek nodig is naar sekseverschillen in de kankerbiologie en meer trials met geslachtsspecifieke doseringsschema’s. Ook is meer onderzoek nodig naar niet-geslachtsgebonden vormen van kanker of subgroepen met significante verschillen in epidemiologie of uitkomsten van behandeling, omdat deze als ‘biologisch verschillend’ worden beschouwd.
lees verderDe meeste patiënten met kanker worden in Nederland over het algemeen besproken in een multidisciplinair overleg, hoewel er verschillen zijn tussen de diverse tumorsoorten. Dat blijkt uit onderzoek van Janneke Walraven (Radboudumc & IKNL) en collega’s met gegevens van ruim honderdduizend patiënten uit de Nederlandse Kankerregistratie (NKR). Gelet op het stijgend aantal patiënten lijkt efficiëntere organisatie van MDO’s nodig om ook in de toekomst hoogwaardige, oncologische zorg te kunnen garanderen. De auteurs doen daarom een aantal aanbevelingen voor een andere werkwijze van MDO’s als aftrap voor een inhoudelijk debat.
lees verderDe overleving van patiënten met dikkedarm- en borstkanker is tussen 2003 en 2012 in Nederland verbeterd, maar er zijn wel opmerkelijke verschillen te zien tussen oudere en jongere patiënten, met name bij borstkankerpatiënten. Dat concluderen Doris van Abbema (Universiteit Maastricht & Amsterdam) en collega’s. Bij oudere vrouwen met borstkanker is een opvallende toename te zien van endocriene therapieën en daling van het aandeel operaties. De onderzoekers vragen zich af of de richtlijnen bij deze groep patiënten consistent worden gevolgd. De gestegen overleving bij ouderen met dikkedarmkanker is vooral toe te schrijven aan ruimere inzet van adjuvante chemotherapie en verbeterde preoperatieve behandeling en chirurgie.
lees verderHet toevoegen van bevacizumab aan de eerstelijns, palliatieve behandeling van patiënten met gemetastaseerd adenocarcinoom van de dunnedarm heeft slechts een beperkt effect (circa twee maanden) op de algehele overleving van deze patiënten. Dat concluderen Laura Legué (Catharina Ziekenhuis) en collega’s in een studie met behulp van gegevens uit de Nederlandse Kankerregistratie (NKR). Om de overlevingskansen van deze patiënten te verbeteren zou toekomstig onderzoek gericht moeten zijn op het identificeren van een subgroep van patiënten die mogelijk baat heeft bij therapie met VEGF-remmers.
lees verderPreoperatieve MRI, als aanvulling op conventionele beeldvorming van de borst, leidt niet tot betere uitkomsten van chirurgie bij patiënten met primair ductaal carcinoom in situ. Dat concluderen Kristien Keymeulen (Maastricht UMC) en collega’s op basis van een studie met gegevens uit de Nederlandse Kankerregistratie (NKR). De kans op een borstamputatie was na een MRI zelfs twee keer zo hoog. Ook het risico op positieve resectiemarges na borstsparende chirurgie nam niet af na preoperatieve MRI. De onderzoekers benadrukken dat pas definitieve conclusies getrokken kunnen worden aan de hand van de uitkomsten van langetermijnstudies, waarin ook naar lokale controle van de tumor wordt gekeken.
lees verder