Nieuws
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Borstkankerpatiënten kunnen als gevolg van hun behandeling kampen met klachten die de kwaliteit van hun leven beïnvloeden. Een studie van Kelly de Ligt (Antoni van Leeuwenhoek) en onderzoekers van IKNL en het Nivel brengt in kaart in hoeverre vrouwen meerdere klachten tegelijk ervaren en wat de invloed daarvan is op hun kwaliteit van leven. Daaruit blijkt dat ruim een kwart (29%) van de vrouwen een goede kwaliteit van leven ervaart, terwijl bij circa één op de zes vrouwen (15%) dit juist niet het geval is. De Ligt presenteert deze bevindingen tijdens de ESMO Breast Conference van 5 tot 8 mei 2021. Met de studieresultaten kan toegewerkt worden naar meer maatgerichte nazorg voor borstkankerpatiënten.
lees verderGedurende de eerste coronagolf werden er ruim éénderde minder borstkankerdiagnoses gesteld. Ook kregen meer vrouwen een andere behandeling aangeboden, om daarmee de druk op de zorg te ontlasten. Dat blijkt uit een studie naar de impact van de coronapandemie op diagnostiek, stadiumverdeling en initiële behandeling bij borstkankerpatiënten van Anouk Eijkelboom (IKNL) en collega’s. De studie, gepubliceerd in het Journal of Hematology Oncology, is de eerste die op basis van de Nederlandse Kankerregistratie inzichtelijk maakt wat het effect is van COVID-19 op de behandeling van kankerpatiënten.
lees verderTussen 1989 en 2017 is de incidentie van eerste, primaire borstkanker in Nederland aanzienlijk gestegen, hoewel in recente jaren een veelbelovende daling is te zien. De overleving van patiënten verbeterde aanzienlijk voor de meeste vormen van borstkanker door minder intensieve chirurgie en toegenomen gebruik van systemische therapieën en/of combinaties met andere behandelingen. Overeenkomstig daalde de sterfte substantieel, ongeacht de leeftijd van deze vrouwen. Dat blijkt uit onderzoek van Daniël van der Meer (NKI) en collega’s met data uit de NKR.
lees verderVrouwen die deelnemen aan het bevolkingsonderzoek hebben significant minder vaak een hoog stadium borstkanker bij diagnose dan vrouwen die niet of onregelmatig deelnemen aan de screening. Dat is een van de conclusies uit het proefschrift ‘Breast cancer: screening stage and outcome’ dat Linda de Munck op 30 november verdedigt. Naast het effect van het bevolkingsonderzoek gaat De Munck in op borstkankerchirurgie en nacontrole.
De deelnamegraad bij de bevolkingsonderzoeken naar borst- en darmkanker is nog steeds hoog, maar neemt licht af. Daarnaast is het screeningsinterval bij het bevolkingsonderzoek borstkanker toegenomen door gebrek aan personele capaciteit. Dat blijkt uit de monitoren van het bevolkingsonderzoek die IKNL verzorgt in opdracht van het RIVM. De monitoren rapporteren over 2018 en 2019, dus de effecten van de coronacrisis zijn nog niet zichtbaar.
lees verderDoor de coronacrisis dit voorjaar zijn minder diagnoses borst- en darmkanker gesteld. In de leeftijdsgroepen die voor de bevolkingsonderzoeken worden uitgenodigd was de daling in het aantal diagnoses veel groter dan in de andere leeftijdsgroepen. Bij borstkanker en de voorstadia daarvan gaat het om een derde minder diagnoses bij 50-74-jarigen en bij darmkanker om een vijfde minder diagnoses bij 55-75-jarigen, de leeftijdsgroep die voor het bevolkingsonderzoek wordt uitgenodigd. Dat schrijven Avinash Dinmohamed, Sabine Siesling en anderen in het tijdschrift Journal of Hematology & Oncology op basis van gegevens uit de Nederlandse Kankerregistratie gebaseerd op voorlopige diagnoses van de pathologiedatabase PALGA.
lees verderOnderzoek naar kanker wordt steeds specifieker en de behandeling complexer. De coronapandemie onderstreept daarbij nog eens dat zorgverleners en beleidsmakers vaker behoefte hebben aan actuele en relevante data. Jaap Feijer, teamleider registraties bij IKNL, vertelt hoe hij en zijn team de kwaliteit borgen en wat er nodig is om ook aan de datavraag van de toekomst te kunnen voldoen.
Vrouwen met stadium I of II borstkanker en een hogere sociaaleconomische status hebben meer kans op het krijgen van een directe borstreconstructie na een mastectomie (borstamputatie). Dat blijkt uit onderzoek van het Erasmus MC, het Universitair Medisch Centrum Utrecht en Universiteit Twente op basis van NKR-data. Wat de onderliggende oorzaken rond verschillen tussen de sociaaleconomische klassen zijn, is nog terrein van nader onderzoek; de conclusies onderstrepen echter het belang van gelijke kansen op behandeling, ongeacht sociaaleconomische status.