Filters Filter Created with sketchtool.
  • Kankersoort
  • Stadium
  • Behandelsoort
  • Zorgfase
  • Pathologie
  • Epidemiologie
  • Onderzoeksdomein
  • Patiëntgroep
  • Persberichten

Nieuws

Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein. 

Chemotherapie in de praktijk bij ouderen met uitgezaaide darmkanker

Oudere patiënten met uitgezaaide dikkedarmkanker krijgen niet alleen vaker een eerstelijnsbehandeling met één cytostaticum (meestal zonder doelgerichte therapie), maar komen in de praktijk ook minder vaak toe aan vervolgtrajecten van een behandeling. Dat staat in een publicatie in Acta Oncologica van Lieke Razenberg (IKNL, Catharina Ziekenhuis) in samenwerking met collega’s van Elisabeth-Tweesteden, Bernhoven, VieCuri en Erasmus MC. Volgens de auteurs is aanvullend onderzoek gewenst om de mogelijkheden van andere behandelopties, zoals doelgerichte therapie, bij oudere patiënten met uitgezaaide dikkedarmkanker te verduidelijken.

lees verder

Chemotherapie-geïnduceerde neuropathie: een onderschatte bijwerking

Patiënten met stadium II of III dikkedarmkanker die behandeld zijn met platinumderivaten hebben veel last van bijwerkingen, waaronder chemotherapie-geïnduceerde perifere neuropathie. Bij patiënten met multipel myeloom komen dergelijke bijwerkingen eveneens vaak voor, zo blijkt uit promotieonderzoek van Tonneke Beijers (Máxima Medisch Centrum). Genoemde klachten treden niet alleen op tijdens en kort na de behandeling, maar kunnen twee tot zelfs elf jaar later nog steeds voorkomen. Daarom is het belangrijk om deze klachten tijdig op te sporen, zodat behandeling van patiënten met een verhoogd risico -indien nodig- kan worden aangepast. Het onderzoek is uitgevoerd met behulp van PROFILES, het patiëntenvolgsysteem van IKNL en Tilburg University.

lees verder

PLCRC-cohort: infrastructuur voor observationeel, gerandomiseerd onderzoek

Een unieke verzameling multidisciplinaire data, een biobank en gegevens over patiëntgerapporteerde uitkomsten. Dat is kort samengevat het Prospectief Landelijk CRC cohort, een infrastructuur opgezet door de Dutch Colorectal Cancer Group (DCCG) voor het verrichten van wetenschappelijk onderzoek  om de zorg voor patiënten met dikkedarmkanker te verbeteren. Het PLCRC-cohort verschilt van alle andere registraties door zijn dynamisch design, onbeperkte uitbreidingsmogelijkheden en opname van patiënten met alle stadia van dikkedarmkanker, onafhankelijk van de klinische behandeling. Het is een veelomvattend model dat kan dienen als voorbeeld voor andere tumorsoorten. J.P. Burbach (UMC Utrecht) en collega’s belichten de achtergronden.

lees verder

Vergelijking endoscopische resectie en primaire chirurgie bij T1 darmkanker

Een aanvullende darmoperatie na endoscopische resectie zou alleen overwogen moeten worden bij patiënten met stadium T1 darmkanker met een hoog histologisch risico of een positieve resectiemarge. Dat advies geven Tim Belderbos (UMC Utrecht) en collega’s van IKNL, Catharina Ziekenhuis, AMC en Radboudumc op basis van een studie met data van de Nederlandse Kankerregistratie (NKR). Een risicovolle histologie verhoogt de kans op lymfekliermetastasen, maar hangt niet samen met een grotere kans op recidieven op lange termijn. De onderzoekers verwachten dat goed geselecteerde patiënten baat kunnen hebben bij een additionele operatie na initiële endoscopische resectie.

lees verder

Inzicht in medicatie-uitgiftes ouderen in jaar vóór diagnose dikkedarmkanker

Het percentage ouderen dat een of meer medicatie-uitgiftes ontvangt gedurende het hele jaar voor de diagnose dikkedarmkanker, is hoger vergeleken met een controlegroep zonder kanker met vergelijkbare leeftijd en geslacht. Dit aandeel neemt verder toe tijdens de laatste drie maanden voorafgaand aan de kankerdiagnose, zo blijkt uit onderzoek van Felice van Erning (IKNL) en collega’s van onder meer MMC en PHARMO Institute. Het verhoogde medicatiegebruik bij ‘toekomstige’ patiënten is voornamelijk gerelateerd aan comorbiditeit(en), terwijl de medicatie-uitgiftes in de laatste maanden voor de kankerdiagnose voornamelijk gerelateerd lijken te zijn aan (symptoombestrijding van) dikkedarmkanker.

lees verder

Niet standaard oxaliplatin bij ouderen met stadium III dikkedarmkanker

Ouderen met stadium III dikkedarmkanker hebben eenzelfde voordeel van adjuvante chemotherapie wat betreft het verkleinen van het risico op een afstandsrecidief als jongere patiënten. Daarom dient adjuvante chemotherapie ook bij oudere patiënten overwogen te worden. Dat stelt Felice van Erning (IKNL) in haar proefschrift waarop ze woensdag 21 december promoveert aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam. Het promotieonderzoek toont tevens aan dat monotherapie met capecitabine in de dagelijkse, klinische praktijk beter door ouderen wordt verdragen en voor minder bijwerkingen zorgt, zonder beperking van de overlevingswinst. Combinatietherapie met oxaliplatin zou om die reden niet langer standaard mogen zijn bij oudere patiënten met stadium III dikkedarmkanker. 

lees verder

1000e patiënt met dikkedarmkanker geïncludeerd in het PLCRC-cohort

Woensdag 2 november 2016 is een mijlpaal bereikt met het includeren van de 1000e patiënt met dikkedarmkanker in het Prospectief Landelijk CRC cohort. Momenteel staat deelname aan deze trial open in 13 medische centra. De komende maanden zal nog een groot aantal centra gaan deelnemen aan deze studie. Dit om de inclusie van een zo groot mogelijk aantal patiënten met dikkedarmkanker in dit cohort mogelijk te maken.

lees verder

Voordeel adjuvante combinatietherapie beperkt voor ouderen met darmkanker

Oudere patiënten met stadium III dikkedarmkanker die na een operatie adjuvante chemotherapie krijgen met CAPOX (oxaliplatin en capecitabine) of CapMono (uitsluitend capecitabine) hebben zowel een betere ziektevrije als algehele overleving. Deze toegenomen overleving lijkt echter niet samen te hangen met de gekozen adjuvante therapie, maar vooral met het kunnen afronden van deze behandeling. Felice van Erning (IKNL) en collega’s concluderen op basis van deze studie dat oxaliplatin waarschijnlijk geen extra overlevingsvoordeel oplevert en dat het toevoegen van dit middel mogelijk niet gerechtvaardigd is. Vanwege de observationele opzet van de studie dienen deze bevindingen vooralsnog voorzichtig geïnterpreteerd te worden.

lees verder