Nieuws
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
De overleving van patiënten met schildklierkanker is tussen 2000 en 2007 toegenomen in Europa. Dat blijkt uit een omvangrijke studie met data van bijna 50% van de Europese populatie in 29 EU-landen. Volgens de auteurs kan de stijgende overleving, maar ook de variatie tussen landen, voornamelijk worden verklaard door verschillen in het type schildklierkanker en de sterke toename van het papillaire type. Ook wordt gewezen op het risico van overdiagnostiek en potentieel schadelijke behandelingen. Dit vraagt om meer specifieke diagnostiek en aanvullend onderzoek naar de langetermijnprognoses en de kwaliteit van leven van deze patiënten.
lees verderPatiënten met niet-kleincellige longkanker (NSCLC) kregen tussen 1990 en 2014 vaker een behandeling met curatieve intentie. Dit heeft tevens bijgedragen aan verbetering van de relatieve overleving. Deze ontwikkeling was minder duidelijk zichtbaar bij patiënten van 70 jaar en ouder, zo blijkt uit onderzoek van Lizzy Driessen (VieCuri Medisch Centrum, Venlo) en collega’s. De verschillen tussen de leeftijdsgroepen (tot 70 jaar versus 70 jaar en ouder) leken in de loop der tijd kleiner te zijn geworden bij stadium I, maar bleven onveranderd voor patiënten met stadium II. Bij stadium III en IV liepen de uitkomsten verder uiteen, vooral ten nadele van ouderen.
lees verderDe overleving van patiënten met maagkanker is tussen 1989 en 2013 sterk gestegen. Deze verbetering hangt waarschijnlijk samen met de sterke toename van het aandeel patiënten dat een maagoperatie plus chemotherapie kreeg aangeboden. Uit onderzoek van Stijn Nelen (Radboudumc) en collega’s blijkt echter dat jonge patiënten (tot 70 jaar) vaker een operatie en chemotherapie krijgen dan oudere patiënten. Waarschijnlijk is daardoor de overlevingskloof tussen beide patiëntengroepen toegenomen. Volgens de auteurs is er meer onderzoek nodig naar behandelopties voor (kwetsbare) ouderen met maagkanker om hun overlevingskansen te verbeteren.
lees verderOudere patiënten (90+) met een histologisch bevestigd basaalcelcarcinoom en een beperkte levensverwachting hebben een vergelijkbare levensverwachting als mensen met dezelfde leeftijd uit de algemene bevolking. Dat blijkt uit een studie van dermatoloog Rick Waalboer-Spuij (Elisabeth-Twee Steden Ziekenhuis, Erasmus MC) en collega’s uitgevoerd met data uit de Nederlandse Kankerregistratie (NKR). Hoewel de onderzoekers hadden verwacht dat Nederlandse artsen een beperkte levensverwachting mee zouden wegen in hun besluitvorming, zagen ze geen significant verschillen. Extra onderzoek kan uitwijzen of dit niet ook leidt tot onnodige behandeling van ouderen.
lees verderDe behandelmogelijkheden en overlevingskansen van patiënten met een tumor in het bovenste deel van het maagdarmkanaal zijn de afgelopen twintig jaar nauwelijks verbeterd. Ondanks het toegenomen gebruik van chemotherapie heeft deze behandeling alleen bij patiënten met uitgezaaide slokdarmkanker geleid tot een verbetering van de overleving. Dat blijkt uit het proefschrift ‘Hard to digest’ waarop Nienke Bernards (Catharina Ziekenhuis, IKNL) donderdag 14 april is gepromoveerd aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam.
lees verderHet percentage patiënten met colorectale peritoneale metastasen dat een op genezing gerichte HIPEC-behandeling krijgt, verschilt enorm tussen ziekenhuizen die de diagnose stellen in Nederland. Patiënten in een HIPEC-ziekenhuis hebben een significant hogere kans op een HIPEC-behandeling dan patiënten in een ‘verwijzend ziekenhuis’. Ook hebben zij een betere levensverwachting. Dat concluderen Koen Rovers (Catharina Ziekenhuis) en collega’s van IKNL en acht Nederlandse ziekenhuizen die HIPEC-behandelingen verrichten. Volgens de onderzoekers duiden deze verschillen op een suboptimale selectie van patiënten, waardoor er mogelijk sprake is van onderbenutting van behandeling met CRS + HIPEC in verwijzende ziekenhuizen.
lees verderDe zorg voor patiënten met glandulaire, vulvaire maligniteiten in Nederland kan worden verbeterd door meer onderzoek te verrichten naar de oncogenese en biologische kenmerken van deze tumoren. Die conclusie staat te lezen in een publicatie in Gynecologic Oncology van Michelle van der Linden (Radboudumc) en collega’s uit dat zelfde ziekenhuis in samenwerking met IKNL. Volgens de onderzoekers zouden histologische monsters standaard herzien moeten worden door een gynaeco-patholoog. Ook benadrukken ze het belang van behandeling in een gespecialiseerd gynaecologisch centrum, vanwege de kleine aantallen patiënten en het grote aantal subtypen.
lees verderOverlevenden van dikkedarmkanker die hoog scoren op ‘negatieve affectiviteit’ zouden kunnen profiteren van meer patiëntgerichte zorg door het aanbieden van een op maat gesneden aanpak. Zorgverleners dienen daarbij alert te zijn op de neiging van patiënten om negatieve emoties te ervaren en hun ziekte en gedrag negatief te evalueren. Dat schrijven Olga Husson en collega’s in de Journal of Psychosocial Oncology op basis van een studie naar de invloed van type-D-persoonlijkheid. Volgens de onderzoekers is het zinvol om strategieën op lange termijn te ontwikkelen om patiënten met chronische aandoeningen beter te ondersteunen met een individuele benadering.
lees verder