Nieuws
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Chemoradiatie met capecitabine is een patiëntvriendelijker alternatief voor chemoradiatie met 5-fluorouracil (5-FU) bij patiënten met spierinvasief blaascarcinoom. Er is geen verschil in toxiciteit en overleving, terwijl een op capecitabine gebaseerd behandelschema minder medische handelingen met zich meebrengt. Omdat deze optie minder belastend is voor zowel patiënten als zorgverleners, zou chemoradiatie op basis van capecitabine de voorkeur moeten krijgen. Deze aanbeveling blijkt uit een recente studie naar de blaaskankerzorg in Nederland.
lees verderRecente behandelpatronen voor kleincellig longkanker (SCLC) in Nederland waren onbekend. Daarom voerden Jelle Evers en zijn collega’s een landelijk onderzoek uit, dat trends en variaties beschrijft in de behandeling van kleincellig longkanker bij stadium I tot en met III in Nederland in de periode 2008-2019. Het meest opvallende resultaat dat daaruit naar voren kwam, is dat behandelingsregimes en fractioneringsschema's voor radiotherapie varieerden tussen patiëntengroepen, regio's en ziekenhuizen. Meer onderzoek is volgens de onderzoekers nodig om mogelijk ongewenste variaties in behandeling tegen te gaan.
lees verderPatiënten met leverkanker kregen in de periode 2009-2016 vaker een kankerbehandeling en hadden mede daardoor een betere overleving. Tegelijkertijd signaleren Margot Reinders (UMCU) en collega’s dat er nog significante verschillen waren tussen de regio’s wat betreft het type verrichtte behandelingen. Volgens de onderzoekers is het wenselijk de potentiële bijdrage van centralisatie van diagnostiek en behandeling van leverkanker te verkennen om de uitkomsten voor deze patiënten verder te verbeteren.
lees verderTussen 2010 en 2016 werd slechts 4,5% van de patiënten met stadium IIIA niet-kleincellige longkanker (NSCLC) geselecteerd voor behandeling met neoadjuvante therapie gevolgd door een chirurgische resectie. Dat blijkt uit onderzoek van Pieter Joosten, Koen Hartemink (NKI-AvL) en collega’s. De absolute 5-jaarsoverleving van deze patiënten lag boven de 50%, wat relatief hoog is in vergelijking met recente fase-III-trials. In verband met mogelijke overstadiëring wordt overschatting niet uitgesloten.
lees verderTussen ziekenhuizen in Nederland bestaat aanzienlijke variatie in het geven van voorbehandeling bij endeldarmkanker voorafgaand aan een eventuele operatie. Dat blijkt uit een studie van Tijmen Koëter (Radboudumc) en collega’s. Deze verschillen werden waargenomen in alle risicogroepen. In ziekenhuizen die vaak neoadjuvante chemoradiotherapie geven aan patiënten met hoogrisico endeldarmkanker, werd een verbeterde algehele overleving gevonden. De onderzoekers pleiten voor implementatie van regionale tumorbesprekingen en verder onderzoek naar deze variatie.
lees verderPreoperatieve chemoradiotherapie levert geen significante verbetering van de overleving van patiënten met resectabele of mogelijk resectabele alvleesklierkanker ten opzichte van eerst opereren. Dat blijkt uit een studie van Eva Versteijne (Amsterdam UMC, AMC) en collega’s. Preoperatieve chemoradiotherapie levert wel voordeel op voor de secundaire uitkomstmaten, zoals ziektevrije overleving en het percentage microscopisch volledige (R0) resecties, maar voor het definitieve bewijs van het voordeel zijn meer trials nodig.
lees verderTrastuzumab en pertuzumab toevoegen aan de huidige standaard neoadjuvante chemoradiotherapie is een haalbare en veilige behandeloptie voor patiënten met HER2-positief slokdarmadenocarcinoom. Dat blijkt uit een fase-II-studie van Charlotte Stroes (Amsterdam UMC, AMC) en collega’s. Een HER2-blokkade lijkt dus een haalbare, veelbelovende behandeloptie. Met name patiënten met een 3+ overexpressie en patiënten met een Grb7-positieve tumor hebben potentieel de grootste kans op een betere overleving na toevoegen van deze middelen.
lees verderDe algehele overleving van patiënten met niet-gemetastaseerde proximale slokdarmkanker is in Nederland sinds 1989 significant verbeterd. Waarschijnlijk hangt dit samen met het frequenter aanbieden van chemoradiotherapie. Ondanks de toegenomen overleving is de absolute overleving van deze patiënten op lange termijn nog steeds slecht, zo blijkt uit onderzoek van Judith de Vos-Geelen, Maastricht UMC en Valery Lemmens van IKNL. Bij patiënten met gemetastaseerde ziekte was er weinig verbetering zichtbaar in de overleving tussen 1989 - 2014.
lees verder