Nieuws
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Informatie over het histologische type lijkt geen geschikte parameter om de behandelvoorkeur te bepalen bij vroege stadia van longcarcinoom. Dat schrijven Max Dahele (VUmc) en Ronald Damhuis (IKNL) in een redactionele bijdrage in Journal of Thoracic Oncology. De tumorgrootte heeft, ongeacht de behandeling, de belangrijkste invloed op de overleving. Daarnaast kunnen andere determinanten, zoals tumorlocatie, de uitkomsten selectief beïnvloeden. Volgens de auteurs kunnen met vergelijkende effectiviteitsstudies wellicht relevante subgroepen worden opgespoord, maar dit vergt nader onderzoek.
lees verderPatiënten met stadium T1-2N2 borstkanker die borstsparende chirurgie aangevuld met radiotherapie krijgen, hebben een algehele, relatieve en afstandsmetastasevrije 10-jaarsoverleving die minstens gelijk is aan die van patiënten die mastectomie en radiotherapie kregen. Die conclusie trekken Marissa van Maaren (IKNL) en collega’s op basis van de eerste population-based studie naar het resultaat van beide behandelopties in deze specifieke patiëntengroep. De onderzoekers benadrukken dat deze uitkomst voorzichtig geïnterpreteerd dient te worden, maar geven tevens aan dat deze bevinding aansluit bij een eerdere studie gepubliceerd in The Lancet Oncology. Ze adviseren arts en patiënt om samen tot een goed besluit te komen, waarin de risico's en voordelen van beide behandelopties worden meegewogen.
lees verderPatiënten met stadium II of III dikkedarmkanker die behandeld zijn met platinumderivaten hebben veel last van bijwerkingen, waaronder chemotherapie-geïnduceerde perifere neuropathie. Bij patiënten met multipel myeloom komen dergelijke bijwerkingen eveneens vaak voor, zo blijkt uit promotieonderzoek van Tonneke Beijers (Máxima Medisch Centrum). Genoemde klachten treden niet alleen op tijdens en kort na de behandeling, maar kunnen twee tot zelfs elf jaar later nog steeds voorkomen. Daarom is het belangrijk om deze klachten tijdig op te sporen, zodat behandeling van patiënten met een verhoogd risico -indien nodig- kan worden aangepast. Het onderzoek is uitgevoerd met behulp van PROFILES, het patiëntenvolgsysteem van IKNL en Tilburg University.
lees verderHet aandeel patiënten met stadium II dikkedarmkanker dat adjuvante chemotherapie krijgt, varieert aanzienlijk in Europa. Die conclusie trekken Anne Breugom (LUMC) en collega’s in een publicatie in de European Journal of Cancer op basis van data van bijna 60.000 patiënten uit Nederland, Denemarken, Zweden, Engeland, Ierland, België en Litouwen. De onderzoekers vonden geen duidelijk lineair patroon tussen het gebruik van adjuvante chemotherapie en relatieve overleving. Aanvullend onderzoek is volgens de onderzoekers nodig naar de selectiecriteria van patiënten die in aanmerking komen voor adjuvante chemotherapie.
lees verderBorstsparende chirurgie met radiotherapie heeft een vergelijkbare overleving als mastectomie bij vrouwen met een vroeg stadium van borstkanker. Dat concluderen Marissa van Maaren (IKNL) en collega’s in een publicatie in The Lancet Oncology op basis van een studie naar de algehele 10-jaarsoverleving en borstkankerspecifieke overleving van patiënten na een borstsparende operatie met radiotherapie vergeleken met een mastectomie
lees verderFrequent voorkomende complicaties na chirurgie, zoals naadlekkage, (buik)sepsis en overmatig bloedverlies, hebben bij patiënten met dikkedarmkanker ernstige gevolgen voor de uitkomsten op korte en lange termijn. Die conclusie staat te lezen in een publicatie van Anne Breugom (LUMC) en collega’s op basis van een studie in vijf ziekenhuizen in West-Nederland. De studie bevestigt de langdurige effecten van chirurgische complicaties die onder meer leiden tot een verminderde 1-jaarsoverleving, daling van de algehele 5-jaarsoverleving en toegenomen kans op recidieven bij deze patiënten.
lees verderAdjuvante chemotherapie bij patiënten met hoog-risico stadium II dikkedarmkanker lijkt alleen bij patiënten met een pathologische T4 (pT4) geassocieerd te zijn met een betere overleving. Voor de andere hoog-risicofactoren (slecht of ongedifferentieerde tumoren, een spoedoperatie of minder dan tien onderzochte lymfeklieren) is geen verband gevonden tussen adjuvante chemotherapie en toename van de overleving. Dat blijkt uit een studie van Sarah Verhoeff (Jeroen Bosch Ziekenhuis) en collega’s. De onderzoekers stellen voor om de risicofactoren bij stadium II dikkedarmkanker te herzien, zodat een adequate selectie van patiënten kan profiteren van adjuvante chemotherapie.
lees verderTussen 2003 en 2011 waren er nog steeds belangrijke verschillen in het klinisch beleid ten aanzien van de okselklieren van patiënten met borstkanker in Europa. Dat blijkt uit een internationale studie aan de hand van data van toonaangevende kankercentra in Europa en kwalitatief hoogwaardige population-based kankerregistraties. Volgens de onderzoekers onderstrepen de uitkomsten van deze studie de noodzaak van internationaal vergelijkende studies naar zorgpatronen binnen de oncologie. De beschikbaarheid van gestandaardiseerde data van zowel institutionele, regionale als nationale kankerregistraties dient hierbij hoge prioriteit te krijgen. Dit vraagt om coördinatie op zowel Europees als lokaal niveau.
lees verder