Presentatie Peter Huijgens Medilex-conferentie ‘Over- en uitbehandeld’

Tijdens de afgelopen Medilex-conferentie, waar het thema ‘Over- en uitbehandeld’ centraal stond, sprak ook IKNL-bestuursvoorzitter Peter Huijgens. ‘Sterven is geen passief proces’, zo vertelde hij tijdens zijn presentatie die de titel ‘Doen en laten?’ droeg. Huijgens: ‘In tegendeel, “goed sterven” is integraal onderdeel van het leven zelf. Net als de wens om lang te leven, het leven in goede kwaliteit te leiden en het leven zin te geven.’

Huijgens pleitte tijdens de conferentie, die op 20 oktober jl. plaatsvond, voor een systeem waarin mogelijkheden van patiënten centraal staan. Dit zodat de patiënt die dingen kan doen waaraan hij waarde hecht. ‘Zo kan het best voorkomen dat een naaste, die geen ervaring heeft met het toedienen van pijnstillende injecties, dit aangeleerd krijgt. Om zo een patiënt in de laatste levensfase zo goed mogelijk te kunnen verzorgen.’

Waardevolle bijdrage
Onder Huijgens’ leiding streeft IKNL naar richtlijnen waarin ook ruimte is voor het individu en alle betrokkenen. ‘Zodat zij ondersteuning krijgen om een waardevolle bijdrage te leveren aan (palliatieve) zorg’, aldus Huijgens. Hij legde daarbij de nadruk op het belang van een zogenaamde ‘coördinator on the spot’. ‘Bij elke gebeurtenis bepaalt de patiënt wie de zorg regelt’, aldus Huijgens. ‘De ene keer is dat een professional uit de palliatieve thuiszorg, een hospice of ziekenhuis. Maar het kan vaak ook een familielid, vriend of vrijwilliger zijn. Met meer dan honderdduizend overlijdens per jaar is immers een schat aan ervaring beschikbaar.’

Integratie
Daarnaast stipte Huijgens nog twee andere belangrijke punten aan: het integreren van palliatieve zorg in het behandelproces en het belang van registreren van interventies in datzelfde ziekteproces. Huijgens: ‘Te vaak is er een strikte scheiding tussen het curatieve – en palliatieve traject. Het is belangrijk te bedenken dat niet alle zorgverleners goed zijn in zorg aan het begin én aan het einde van een ziekteproces. Net zoals ook ‘dé patiënt’ niet bestaat: hij verandert mee met zijn ziekteproces.’ Ook het evalueren van de effecten van nieuwe ideeën moet volgens Huijgens centraal staan.

Thuis sterven
Tijdens de daarop volgende discussie kwam zowel de veelzijdigheid als complexiteit van palliatieve zorg aan de orde. Waar voor sommige patiënten het ziekenhuis verwordt tot “een tweede thuis”, wenst toch nog een groot deel van de patiënten thuis te sterven. Dit doet een groot beroep op mantelzorgers. Sterven hoort bij het leven, maar deskundigen zijn van vitaal belang om familie en vrienden de juiste instrumenten te geven, zodat zij niet overbelast raken.

Leven met de dood
Naast Huijgens spraken ook Ivan Wolffers (arts en ervaringsdeskundige), prof. dr. Gerrit van der Wal (voorzitter stuurgroep Passende zorg in de laatste fase) en prof. dr. Hanneke de Haes (emeritus hoogleraar Medische Psychologie). Het middagprogramma stond in het teken van gesprekken over leven met de dood. Geeske Hendriksen (journalist en nabestaande) en Leonie Vogels (psycholoog en coach) verzorgden dit programmaonderdeel. 

Het verslag van de gehele dag is hier te lezen. 

Gerelateerd nieuws

Project Alertness; naar snellere en betere revisie van (oncologische) richtlijnen

Laptop vrouw maakt notitie

Richtlijnen zijn van cruciaal belang bij het aanreiken van evidence-based aanbevelingen voor artsen en multidisciplinaire teams om weloverwogen beslissingen te kunnen nemen met betrekking tot diagnostiek en behandeling. Onderzoek heeft aangetoond, dat de implementatie van richtlijnen ongewenste variabiliteit vermindert en de uitkomst van de zorg verbetert. Het monitoren van de naleving van richtlijnen is echter een uitdaging. In een recent gepubliceerde studie wordt een methodiek beschreven voor het doorlopend evalueren van richtlijngebruik in de klinische praktijk. Er is een prototype dashboard ontwikkeld om deze methodiek te implementeren. Via dit dashboard kan een signaal (ALERT) worden gegenereerd wanneer nieuwe ontwikkelingen mogelijk om een update van de richtlijn vragen. 

lees verder

Oproep tweede pilot proactief gegevens delen in de palliatieve fase

Handen zorgprofessional op laptop

Proactieve zorgplanning houdt in dat zorgprofessionals de persoonlijke wensen en grenzen van patiënten met hen en hun naasten bespreken, vastleggen en zo nodig herzien. De uitkomsten van die gesprekken zijn op verschillende momenten en in verschillende zorgomgevingen relevant. Echter, proactieve zorgplanning gebeurt niet bij één zorgverlener of –organisatie. Ook de gekozen technische oplossing voor het delen van gegevens over proactieve zorgplanning beperkt zich in de praktijk niet tot één softwaresysteem of zorgproces. Binnen het project ‘Proactief gegevens delen in de palliatieve fase’ gaat eind januari 2024 de tweede pilot van start ten behoeve van het delen van gegevens tussen zorgorganisaties. Zorgorganisaties die hulp kunnen gebruiken bij het digitaliseren van gegevens over palliatieve zorg of bij het digitaal delen van deze gegevens tussen zorgorganisaties, kunnen zich nu aanmelden voor deelname aan de pilot.

lees verder