Nieuws
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Onderzoekers van IKNL en Maastricht UMC zijn er in geslaagd een Bayesiaans-netwerk te ontwikkelen, waarmee patiënten met niet-kleincellig longcarcinoom gereclassificeerd kunnen worden in TNM-stadiumgroepen volgens uiteenlopende TNM-edities. Het TNM-classificatiesysteem wordt gebruikt voor prognose, behandeling en onderzoek naar kanker. Ook is het gelukt om met dit model de overleving van bijna alle patiënten accuraat te voorspellen.
lees verderBelanghebbenden (onderzoekers, artsen, zorgbestuurders, patiëntenverenigingen, etc.) kunnen gegevens uit de Nederlandse Kankerregistratie (NKR)aanvragen voor onder andere wetenschappelijk onderzoek of beleidsinformatie. Verzoeken over darmkanker worden altijd getoetst door de Commissie van Toezicht op de Kankerregistratie en ook de wetenschappelijke raad van het Prospectief Landelijk CRC cohort (PLCRC). Meer informatie over het aanvragen van NKR-gegevens is te vinden op de website van IKNL.
lees verderDe overleving van patiënten met klassiek hodgkinlymfoom is de afgelopen decennia (1989 – 2017) in Nederland verbeterd door introductie van nieuwe therapieën en verbeteringen in ondersteunende zorg. Deze vooruitgang was echter minder significant zichtbaar bij patiënten van 60 jaar en ouder. Daarom zijn er volgens Julia Driessen (Amsterdam UMC) en collega’s nieuwe therapieën nodig om de oversterfte bij ouderen patiënten met klassiek hodgkinlymfoom te reduceren.
lees verderBij niet-kwetsbare vrouwen van 80 jaar en ouder met stadium I-II hormoonreceptorpositieve (HR+) borstkanker hangt afzien van chirurgie samen met een slechtere overleving, zo blijkt uit onderzoek van Anna de Boer (LUMC) en collega’s. Op basis van deze bevinding zou hormoontherapie bij oudere patiënten met een levensverwachting tot vijf jaar gerechtvaardigd kunnen zijn. Maar gelet op mogelijke neveneffecten zijn er ook redenen om bij deze patiënten terughoudend te zijn met hormoontherapie als alternatief voor chirurgie.
lees verderDe overleving van patiënten met galblaaskanker is slecht en in het laatste decennium slechts beperkt verbeterd in Nederland. Dat concluderen Elise de Savornin Lohman (Radboudumc) en collega’s met behulp van data uit de Nederlandse Kankerregistratie. Uitgebreide chirurgie draagt bij aan een betere overleving, maar deze optie is bij slechts een op de drie patiënten ingezet. Een regionale, multidisciplinaire benadering rond uitgebreide chirurgie en systemische therapie kan mogelijk bijdragen aan verbetering van de overleving van deze patiënten.
lees verderDe incidentie en overleving van slokdarm- of maagadenocarcinoom verschilt naar gelang het histologische subtype van deze tumoren. De prognose van patiënten met een intestinale tumor is significant beter dan van lotgenoten met een diffuse tumor. Dat blijkt uit een landelijke studie van Rosa van der Kaaij (NKI-AvL, Amsterdam), waarin data van de Nederlandse Kankerregistratie (NKR) en Pathologisch-Anatomisch Landelijk Geautomatiseerd Archief (PALGA) zijn gekoppeld.
lees verderDe algehele overleving van patiënten met niet-gemetastaseerde proximale slokdarmkanker is in Nederland sinds 1989 significant verbeterd. Waarschijnlijk hangt dit samen met het frequenter aanbieden van chemoradiotherapie. Ondanks de toegenomen overleving is de absolute overleving van deze patiënten op lange termijn nog steeds slecht, zo blijkt uit onderzoek van Judith de Vos-Geelen, Maastricht UMC en Valery Lemmens van IKNL. Bij patiënten met gemetastaseerde ziekte was er weinig verbetering zichtbaar in de overleving tussen 1989 - 2014.
lees verderDe leeftijdgestandaardiseerde incidentie van chronische lymfatische leukemie is in Nederland tot 2003 geleidelijk blijven stijgen en bleef in de jaren daarna relatief stabiel. Dat blijkt uit onderzoek van Lina van der Straten (IKNL & Albert Schweitzer Ziekenhuis) en collega’s met data uit de Nederlandse Kankerregistratie (NKR). De relatieve overleving van deze patiënten vertoont nog steeds een opgaande lijn. De hoop is daarbij vooral gevestigd op bijdragen door nieuwe medicijnen, zoals kinaseremmers en pro-apoptotische middelen.
lees verder