Nieuws
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Het geven van radiotherapie aan patiënten met endeldarmkanker leidt niet tot een verhoogde incidentie van tweede tumoren in het bekken. Het lijkt zelfs een beschermend effect te hebben op de ontwikkeling van tweede tumoren; vooral bij prostaatkanker. Die conclusie staat te lezen in een publicatie van Anouk Rombouts (Radboudumc) en collega’s in Annals of Oncology uitgevoerd met data van de Nederlandse Kankerregistratie. Daarin onderzochten zij tevens de kans dat patiënten na behandeling van endeldarmkanker een secundaire tumor in het bekken ontwikkelen. Vergeleken met de algemene Nederlandse populatie was deze kans marginaal verhoogd, namelijk een toename van 28 extra casussen per 10.000 personen per jaar.
lees verderPatiënten met stadium T1-2N2 borstkanker die borstsparende chirurgie aangevuld met radiotherapie krijgen, hebben een algehele, relatieve en afstandsmetastasevrije 10-jaarsoverleving die minstens gelijk is aan die van patiënten die mastectomie en radiotherapie kregen. Die conclusie trekken Marissa van Maaren (IKNL) en collega’s op basis van de eerste population-based studie naar het resultaat van beide behandelopties in deze specifieke patiëntengroep. De onderzoekers benadrukken dat deze uitkomst voorzichtig geïnterpreteerd dient te worden, maar geven tevens aan dat deze bevinding aansluit bij een eerdere studie gepubliceerd in The Lancet Oncology. Ze adviseren arts en patiënt om samen tot een goed besluit te komen, waarin de risico's en voordelen van beide behandelopties worden meegewogen.
lees verderAdjuvante chemotherapie tijdens en na radiotherapie lijkt ‘haalbaar’ bij vrouwen met hoog-risico baarmoederkanker, ondanks toename van de toxiciteit zoals die door zowel artsen als patiënten wordt gerapporteerd. Dat blijkt uit voorlopige analyses van de PORTEC-3-trial. Na de behandeling treedt volgens Stephanie de Boer (LUMC) en collega’s relatief snel herstel op van de meeste klachten. Bij een kwart van de patiënten blijven echter sensorische, neurologische symptomen aanwezig. De onderzoekers wachten verdere analyse van de PORTEC-3-studie af, voordat er definitieve conclusies getrokken kunnen worden.
lees verderRadiotherapeutische behandeling van de milt is weliswaar een oude methode, maar een behandeloptie die zeker niet mag worden vergeten bij kwetsbare (oudere) patiënten met symptomatische, chronische lymfatische leukemie (CLL) die daarnaast te maken hebben met comorbiditeiten. Die conclusie trekken Anna Aalbers (Reinier de Graaf Ziekenhuis) en collega’s in een artikel in The Netherlands Journal of Medicine. Volgens de onderzoekers kan bestraling van de milt bij deze patiënten bijdragen aan langere perioden van hematologische remissie en verbeterd welbevinden met slechts geringe of geen toxiciteit.
lees verderVrouwen met endometriumcarcinoom die uitwendige radiotherapie kregen, hebben 7 jaar na die behandeling meer last van darmklachten met een impact op hun dagelijkse activiteiten. Ook hebben zij vaker te maken met andere klachten, zoals aandrang om naar het toilet te gaan. Hoewel deze symptomen en klachten niet direct leiden tot een slechtere algehele kwaliteit van leven, is het delen van deze informatie met de patiënt wel belangrijk. Verder adviseren Stephanie de Boer (Leiden UMC) en collega’s uitwendige radiotherapie alleen toe te passen wanneer de voordelen opwegen tegen de risico’s van bijwerkingen.
lees verderIn België, Nederland en Engeland is chemotherapie tussen 2003 en 2006 uitgegroeid tot de standaardbehandeling voor jongere patiënten met maligne pleura mesothelioom. Voor oudere patiënten, die momenteel de helft van deze patiëntenpopulatie uitmaken, zijn minder toxische behandelingen nodig om hun vooruitzichten te verbeteren. Ronald Damhuis (IKNL) en collega’s stellen vast dat, ondanks vele jaren van onderzoek, er nog steeds weinig bekend is over de optimale combinatie van chemotherapie, chirurgie en radiotherapie. “Op het hoogtepunt van de epidemie, is er nog tijd om antwoorden te vinden.”
lees verderEr lijkt geen reden te zijn om patiënten met dikkedarmkanker adjuvante chemotherapie te onthouden voor wat betreft langetermijneffecten op hun gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven of ziektespecifieke symptomen. Dat concluderen drs. Simone Verhaar (TweeSteden Ziekenhuis), prof. dr. Lonneke van de Poll (IKNL) en collega’s op basis van een studie onder 1.600 overlevenden van dikkedarmkanker die tussen januari 2000 en juni 2009 werden gediagnosticeerd. De bevindingen gelden zowel voor patiënten ouder als jonger dan 70 jaar, en ongeacht of zij uitsluitend chirurgie of een combinatie van chirurgie en adjuvante chemotherapie kregen.
lees verderHet tijdsinterval tussen chirurgie en het krijgen van adjuvante radiotherapie vertoont significante verschillen bij patiënten met borstkanker die eerder een borstsparende operatie of mastectomie ondergingen. Het percentage patiënten dat 42 dagen of meer na een operatie startte met radiotherapie varieerde van 14 tot 94 procent. Dat blijkt uit een studie van Sukran Katik (master student Health Science; Universiteit Twente), begeleid door dr. Sabine Siesling (IKNL) en radiotherapeuten. Volgens de onderzoekers wordt de variatie waarschijnlijk veroorzaakt door de verwijsprocedure vanuit het ziekenhuis naar het radiotherapiecentrum. Dit inzicht biedt mogelijkheden voor verbetering op beide niveaus.
lees verder