Tijdige inzet palliatieve zorg verlaagt het risico op niet-passende zorg in de laatste levensmaand

In welvaartslanden als Nederland maken we ons de laatste jaren in toenemende mate zorgen over mogelijke overbehandeling van mensen met een levensbedreigende ziekte zoals kanker. Onderzoeken tonen aan dat niet-passende zorg in de laatste maanden van het leven een negatief effect heeft op de kwaliteit van leven van patiënten die ongeneeslijk ziek zijn en hun naasten. Van de tijdige inzet van palliatieve zorg is aangetoond dat het de kwaliteit van leven en de tevredenheid over de kwaliteit van zorg verbetert. Onderzoekers van IKNL, PZNL en Vektis onderzochten de impact van de verstrekking en timing van palliatieve zorg op mogelijk niet-passende zorg in de laatste levensfase van patiënten met kanker.

 

Onderzoeksopzet

Om meer inzicht te krijgen in de verleende zorg aan patiënten met kanker in de laatste maand van hun leven in Nederland, is uit de database van Vektis - die data bevat van alle zorgverzekeraars in Nederland - gegevens verzameld van alle in 2017 overleden patiënten met kanker van 18 jaar en ouder. Daarnaast is bekeken bij wie er in het jaar voorafgaand aan het overlijden op enige manier palliatieve zorg was gedeclareerd; in het ziekenhuis, thuis of in het verpleeghuis. Vervolgens is onderzocht of er een verband is tussen het verlenen van palliatieve zorg en het ontvangen van potentieel niet-passende zorg in de laatste maand voor het overlijden. Tot niet-passende zorg is gerekend:

  • twee of meer SEH-bezoeken
  • behandeling met chemotherapie
  • twee of meer ziekenhuisopnames
  • lange ziekenhuisopname (14 dagen of langer)
  • IC-opname
  • overlijden in het ziekenhuis

Conclusie: met palliatieve zorg vijf keer lager risico op niet-passende zorg

In 2017 overleden er 43.067 patiënten met kanker. Van hen ontving 34% potentieel niet-passende zorg in de laatste maand voor hun overlijden. Van de 16.967 mensen (39%) die in de elf maanden voorafgaand aan de laatste levensmaand palliatieve zorg ontvingen, kreeg 16% potentieel niet-passende zorg. Van de 26.100 mensen (61%) die in diezelfde periode geen palliatieve zorg ontvingen, kreeg 45% potentieel niet-passende zorg.

Hieruit blijkt dat mensen mét palliatieve zorg een vijf keer lager risico hebben om niet-passende zorg in de laatste maand van het leven te ontvangen dan mensen zonder palliatieve zorg (gecorrigeerd voor leeftijd, geslacht en aantal diagnoses van kanker). De conclusie is daarmee dat tijdige inzet van palliatieve zorg het risico op niet-passende zorg in de laatste levensmaand aanzienlijk verlaagt.

Hiermee wordt het belang van andere projecten en initiatieven op het gebied van palliatieve zorg, zoals de leidraad Advance Care Planning (ACP) en Tijdige Integratie Palliatieve Zorg in de Oncologie (TIPZO) onderschreven.

Gerelateerd nieuws

Tijdige integratie palliatieve zorg in álle domeinen reguliere zorg nodig

Promovendus Manon Boddaert over hoogwaardige palliatieve zorg voor iedereen

Het aantal mensen met een levensbedreigende ziekte in Nederland neemt toe. Voor al deze mensen is palliatieve zorg - die je krijgt als je weet dat je niet meer kunt genezen - van groot belang. Om hoogwaardige palliatieve zorg op het juiste moment, op de juiste plek en door de juiste zorgverlener te realiseren is tijdige integratie van palliatieve zorg in álle domeinen van reguliere zorg nodig. Dat blijkt uit het promotieonderzoek van IKNL-onderzoeker Dr. Manon Boddaert, die hierop op 15 maart 2023 promoveerde. Het onderzoek geeft inzicht in de meerwaarde, beschikbaarheid én toegankelijkheid van palliatieve zorg in Nederland. Daarnaast beschrijft het de totstandkoming van het nationale Kwaliteitskader Palliatieve Zorg Nederland en presenteert het daaruit de essenties om zorgverleners te ondersteunen in het bieden van hoogwaardige palliatieve zorg. 

lees verder

Richtlijn Diarree in de palliatieve fase wordt herzien

Factsheet richtlijn diarree

De richtlijn Diarree in de palliatieve fase wordt herzien. Veel mensen in de palliatieve fase hebben last van diarree. Diarree is dunne ontlasting en duurt meestal kort, ook wel acute diarree. Houdt de diarree langer dan twee weken aan, dan is het chronische diarree. Daarnaast kan er nog sprake zijn van paradoxale diarree of overloopdiarree bij obstipatie: lekkage van dunne ontlasting langs een verstopping. Diarree gaat vaak gepaard met buikkrampen en schaamte. Ook is er kans op infecties en uitdroging. De huidige richtlijn Diarree in de palliatieve fase stamt uit 2010. Inmiddels hebben we meer kennis over dit onderwerp. Daarom wordt de richtlijn nu evidence based herzien door een multidisciplinaire werkgroep. IKNL is procesbegeleider bij het ontwikkelen en herzien van richtlijnen palliatieve zorg. 

 

lees verder