Nieuws
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
Selecteer een onderwerp in de filter, zoals een kankersoort, een behandelsoort of een onderzoeksdomein.
De inzet van chemotherapie bij patiënten met alvleesklierkanker is tussen 2003 en 2014 toegenomen in Europa en de VS, vooral bij chirurgische behandeling. Doch, het aandeel patiënten dat chemotherapie kreeg was meestal laag en bovendien heterogeen bij zowel chirurgisch als niet-chirurgisch behandelde patiënten in Europa. Dat concluderen Lei Huang (Deutsches Krebsforschungszentrum, Universität Heidelberg) en collega’s in de International Journal of Cancer. Volgens de onderzoekers onderstrepen deze bevindingen de behoefte aan standaardisatie van de behandeling van alvleesklierkanker. Het voordeel van radiotherapie blijft controversieel en vraagt om aanvullend onderzoek.
lees verderUit onderzoek met gegevens uit de Nederlandse Kankerregistratie (NKR) blijkt dat een langer tijdsinterval tussen chirurgie en chemotherapie geassocieerd is met een slechtere overleving voor patiënten met gevorderde eierstokkanker (ovariumcarcinoom). Dit geldt zowel voor patiënten die met neoadjuvante chemotherapie zijn behandeld, als voor patiënten die initieel geopereerd zijn zonder chemotherapie voorafgaand aan de operatie. Het onderzoek is uitgevoerd door Maite Timmermans, arts-onderzoeker bij IKNL en collega’s. Het is het eerste onderzoek naar de wachtperiode tussen debulking en chemotherapie met Nederlandse data van ovariumcarcinoom patiënten.
lees verderOncologisch chirurg dr. Ignace H. De Hingh wordt benoemd tot bijzonder hoogleraar aan de Universiteit Maastricht. De Hingh is chirurg bij het Catharina Ziekenhuis Eindhoven en medisch adviseur bij Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL). Hij wordt benoemd op de IKNL/MUCM+ leerstoel ’Integrale benadering van patiënten met een gastro-intestinale maligniteit’. Het doel van zijn onderzoek naar uitkomsten van behandelingen is het continu verbeteren van de patiëntenzorg. De Hingh: "Afstemmen van zorg voor kankerpatiënten leidt tot betere overlevingskansen.”
lees verderDe uitkomsten van behandeling met vemurafenib bij patiënten met een BRAF-mutatie en gemetastaseerd melanoom én een gunstig risicoprofiel, zijn vergelijkbaar met de resultaten gebaseerd op klinische trials. Dat concluderen Maartje Schouwenburg (LUMC) en collega’s. De onderzoekers benadrukken echter dat de resultaten van klinische trials niet generaliseerbaar zijn naar heterogene patiëntenpopulaties, omdat een meerderheid van deze patiënten in de dagelijkse praktijk een minder gunstig risicoprofiel heeft. Het combineren van prognostische factoren tot een risicoscore zou daarom een waardevolle bijdrage kunnen zijn om patiënten te stratificeren met een gunstige en slechte prognose.
lees verderDe uitkomsten van het gebruik van ipilimumab in de klinische praktijk bij de behandeling van patiënten met gemetastaseerd cutaan melanoom verschilt enigszins van de resultaten die eerder zijn gerapporteerd in fase III-trials. Dat concluderen Anouk Jochems (UMC Leiden) en collega’s op basis van een studie met gegevens van patiënten die tussen juli 2012 en juli 2015 zijn behandeld. De onderzoekers betwisten het belang niet van fase III-trials, die blijven cruciaal voor het vaststellen van de werkzaamheid van medicijnen en behandelingen. Maar gegevens uit de dagelijkse praktijk hebben een grote toegevoegde waarde om de generaliseerbaarheid van uitkomsten van behandeling met ipilimumab in de klinische praktijk te vergroten.
lees verderMedisch-oncologen in Nederland (met name in niet-academische centra) beschouwen neoadjuvante chemotherapie gevolgd door interval-debulking-chirurgie (NACT-IDS) als eerste keus voor eerstelijnsbehandeling van patiënten met primaire, gevorderde eierstokkanker. Dit in tegenstelling tot de meeste gynaecologen die de voorkeur geven aan primaire debulking-chirurgie (PDS). Dat blijkt een studie van Maite Timmermans (IKNL) en collega’s. De beslissing om patiënten te plannen voor PDS of NACT-IDS is voornamelijk gebaseerd op pre-operatieve beeldvorming. De deelnemende specialisten vinden het optimaliseren van het selectieproces van patiënten die baat kunnen hebben bij behandeling met PDS van het allergrootste belang.
lees verderIKNL is in samenwerking met het Catharina Ziekenhuis een population-based onderzoek gestart naar de chemotherapeutische behandeling van patiënten met synchroon gemetastaseerd adenocarcinoom van de dunnedarm. Doel is inzicht te krijgen in de verschillende systemische en doelgerichte therapieën die tussen 2007-2016 in Nederland zijn gebruikt bij de behandeling van deze patiënten. De studie wordt uitgevoerd door Laura Legué (Catharina ziekenhuis, IKNL) onder leiding van dr. Geert-Jan Creemers, dr. Felice van Erning en prof. dr. Valery Lemmens. Het onderzoek is mede mogelijk dankzij een subsidie van het Catharina Onderzoekfonds.
lees verderPathologen en (long)oncologen worden bij de diagnose en behandeling van patiënten met grootcellig neuro‐endocrien longcarcinoom (LCNEC), een zeldzame vorm van longkanker, geconfronteerd met allerlei problemen. Jules Derks beschrijft in zijn proefschrift mogelijkheden die kunnen bijdragen aan betere diagnostiek en behandeling van deze ziekte. Zo kunnen patiënten met bevestigd LCNEC mogelijk voordeel hebben bij gecombineerde chemotherapie met platinum‐gemcitabine of platinum‐taxaan, een regime dat tot dusver bij patiënten met niet-kleincellig longcarcinoom werd ingezet.