vrouw in grijs houdt uit papier gesneden afbeelding van darmen voor haar buik

Positief effect bevolkingsonderzoek voor darmkankerpatiënten met uitzaaiingen in het buikvlies

Het bevolkingsonderzoek darmkanker helpt niet alleen door preventie en vroege opsporing, maar vermindert ook het aantal diagnoses met buikvliesuitzaaiingen. Dat blijkt uit onderzoek van Laskarina Galanos (IKNL/Catharina Ziekenhuis) met data uit de Nederlandse Kankerregistratie. Daarnaast krijgen gescreende patiënten met buikvliesuitzaaiingen vaker een behandeling met curatieve intentie en is hun overleving beter dan van patiënten bij wie de ziekte pas bij klachten wordt ontdekt.

Darmkankerpatiënten met uitzaaiingen in het buikvlies hebben weinig opties voor behandeling en een slechte prognose. Zo’n 10% van de darmkankerpatiënten krijgt uitzaaiingen naar het buikvlies. Voor de invoering van het bevolkingsonderzoek (bvo) darmkanker was de jaarlijkse incidentie van darmkanker met uitzaaiingen in het buikvlies stabiel. De verwachting was dat deze zou gaan stijgen door onder andere de verouderende bevolking, maar Galanos en collega’s laten zien dat sinds de start van het bevolkingsonderzoek het aantal nieuwe darmkankerpatiënten met buikvliesuitzaaiingen jaarlijks met 2.2% afneemt in Nederland. Dit wijst erop dat het bvo darmkanker naast het voorkomen en vroeg opsporen van darmkanker, ook bijdraagt aan het voorkomen van gevorderde stadia van darmkanker.

HIPEC-operatie

Op dit moment is de enige beschikbare behandeling met curatieve intentie voor darmkankerpatiënten met uitzaaiingen in het buikvlies een HIPEC-operatie. Dit is een grote ingreep waarbij een chirurg al het zichtbare tumorweefsel uit de buikholte verwijdert gevolgd door een spoeling met verwarmde chemotherapie. Het geven van deze spoeling moet de eventueel achtergebleven tumorcellen bestrijden.

Betere behandelopties en langere overleving via bevolkingsonderzoek

Uit een tweede onderzoek van Galanos en collega’s bleek dat patiënten die via het bvo de diagnose darmkanker met buikvliesuitzaaiingen kregen, vaker een behandeling met curatieve intentie kregen dan patiënten die naar aanleiding van klachten de diagnose darmkanker met buikvliesuitzaaiingen kregen. Van de patiënten die via het bvo hun diagnose kregen, onderging 28% een HIPEC-operatie terwijl maar 14% van de patiënten die hun diagnose n.a.v. klachten kregen deze ingreep onderging. Uit deze studie bleek ook dat patiënten die via het bvo een diagnose krijgen langer overleven (20 maanden) dan patiënten die n.a.v. klachten een diagnose krijgen (10,8 maanden).

Correctie op bias bevestigt positief effect

De positieve resultaten zijn deels te verklaren doordat sommige patiënten via het bevolkingsonderzoek eerder een diagnose kregen dan patiënten met klachten, waardoor het lijkt alsof patiënten langer leven. Galanos en collega’s hebben hiervoor gecorrigeerd en laten zien dat deelname aan het bevolkingsonderzoek ook dan nog een positief effect heeft op de overleving.

Bevolkingsonderzoek ook van belang voor gevorderde darmkanker

Galanos: ‘Tot nu toe richtte het meeste onderzoek zich op de voordelen van screening in het voorkomen en vroeg opsporen van darmkanker. Onze resultaten laten zien dat ook patiënten met een gevorderde ziekte baat kunnen hebben bij het bevolkingsonderzoek. Het maakt ook bij darmkanker in een gevorderd stadium uit of de ziekte eerder, via het bevolkingsonderzoek, of later, dankzij klachten, ontdekt wordt. Dit benadrukt nog maar eens het belang om mee te doen aan het bevolkingsonderzoek.’

Meer informatie

Neem contact op met Laskarina Galanos, junior onderzoeker, of lees de volledige onderzoeken:

Medewerkers

Felice van Erning

portret Felice van Erning

senior onderzoeker

lees verder

Marloes Elferink

portretfoto van Marloes, een witte vrouw met halflang lichtblond haar. Ze glimlacht de camera in. Ze draagt een donkerblauw met zwart stippenblousje.

senior onderzoeker

lees verder

Ignace de Hingh

medisch adviseur

lees verder