Mondmasker en handschoenen op begraafplaats

COVID-19-maatregelen geen significante impact op welzijn van nabestaanden

Uit recent onderzoek in Palliative Medicine blijkt dat de COVID-19-pandemie tot op heden geen significante impact heeft op de kwaliteit van leven van nabestaanden van patiënten met gevorderde kanker. IKNL-onderzoeker Laurien Ham en haar team vergeleken hiervoor kwaliteit van leven data van nabestaanden van vóór de pandemie met data tijdens de pandemie. Het team benadrukt dat ondersteuning van nabestaanden wel noodzakelijk blijft en dat vervolgonderzoek naar langetermijngevolgen nodig is.

Het overlijden van een naaste is een van de meest stressvolle gebeurtenissen in een mensenleven. De COVID-19-pandemie, met de daarbij behorende maatregelen, beïnvloedt het proces van sterven en rouw. Denk aan een beperkt aantal bezoekers op een begrafenis, het houden van 1,5 meter afstand of het niet kunnen nemen van afscheid door quarantaine. Het rouwproces is erg belangrijk en wordt mogelijk negatief beïnvloed door dit soort COVID-19-maatregelen. ‘Dit kan resulteren in meer mensen die leiden aan een depressie of traumatische rouw, wat uiteindelijk de druk op de zorg kan vergroten’, verklaart Laurien Ham. Daarom vergeleek zij samen met haar team of de kwaliteit van leven van nabestaanden ten tijde van de pandemie lager was dan vóór de pandemie. Zo konden ze achterhalen of aanvullende steun voor nabestaanden tijdens de pandemie nodig is.

eQuipe-studie

Om dit te onderzoeken vergeleek het onderzoeksteam ingevulde vragenlijsten over kwaliteit van leven, sociale steun en zelfzorg. In totaal vulden 44 nabestaanden de vragenlijsten in vóór de pandemie en 47 tijdens de pandemie. De vragenlijsten waren onderdeel van de overkoepelende eQuipe-studie, een onderzoek naar ervaren kwaliteit van zorg en leven bij mensen met gevorderde kanker en hun naasten.

Geen verschil in kwaliteit van leven

Uit het onderzoek bleek dat de COVID-19-pandemie geen invloed heeft op de kwaliteit van leven van nabestaanden van patiënten met gevorderde kanker. Deze resultaten verschillen van vergelijkbare studies, waar ze wel een significant verschil vonden. Volgens onderzoeker Laurien Ham zijn hiervoor een aantal verklaringen. ‘In tegenstelling tot de meeste studies, zijn de patiënten in onze studie niet overleden aan COVID-19, maar aan kanker. Het overlijden was verwacht, waardoor de nabestaanden beter waren voorbereid op het verlies van hun geliefde.’

‘Daarnaast is het grootste deel van de patiënten in onze studie thuis overleden,’ vervolgt Ham, ‘zonder de strenge regels van ziekenhuizen en verpleeghuizen’. Verder heeft eerder onderzoek al aangetoond dat gedwongen isolatie ook een positief effect kan hebben op nabestaanden, omdat ze op deze manier tijd en ruimte hebben om te rouwen en een passende coping strategie te vinden.

Het is belangrijk dat palliatieve zorgprofessionals, rouwtherapeuten en beleidsmakers aandacht (blijven) geven aan de ondersteuning van nabestaanden.

Toekomst

‘De belangrijkste volgende stap is kijken naar de langetermijneffecten van de COVID-19-pandemie op de kwaliteit van leven van nabestaanden,’ vertelt Ham. ‘Daarnaast zijn we van mening dat er nog verbeteringen mogelijk zijn in de ondersteuning van nabestaanden, ongeacht de COVID-19 pandemie.’

  • Ham, L., Fransen, H. P., van den Borne, B., Hendriks, M. P., van Laarhoven, H. W., van der Padt-Pruijsten, A., ... & van de Poll–Franse, L. (2021). Bereaved relatives’ quality of life before and during the COVID-19 pandemic: Results of the prospective, multicenter, observational eQuiPe study. Palliative Medicine, 02692163211034120.
Gerelateerd nieuws

Afname kleincellig longkanker en steeds vaker behandeling gericht op kwaliteit van leven

arts en patiënt bij laptop met longfoto

De incidentie van kleincellig longkanker, ook wel SCLC, in Nederland is de afgelopen 30 jaar aanzienlijk gedaald. Dat blijkt uit een studie van Daphne Dumoulin van het ErasmusMC en collega’s op basis van de Nederlandse Kankerregistratie, waarover onlangs gepubliceerd werd in het European Journal of Cancer. Een toenemend aandeel ouderen en vrouwen kreeg de diagnose kleincellig longkanker. De man-vrouwverhouding werd daardoor vergelijkbaar. Waarschijnlijk als gevolg van meer oudere en waarschijnlijk kwetsbaardere patiënten kregen meer patiënten alleen behandeling gericht op kwaliteit van leven (best supportive care – ofwel BSC).

lees verder

Klachten na operatie bij slokdarm- of maagkanker in eerste drie maanden het meest intensief

Klachten na operatie bij slokdarm- maagkanker

Een belangrijk onderdeel van de behandeling bij niet-uitgezaaide slokdarm- of maagkanker bestaat uit een operatieve verwijdering van de tumor. Een aanzienlijk deel van de patiënten kampt hierna met spijsverteringsgerelateerde klachten. Felice van Erning (IKNL) en collega’s brachten in kaart welke klachten dit precies zijn, wanneer ze zich manifesteren en wat de impact is op kwaliteit van leven. 

lees verder