Afname kankerdiagnoses door coronacrisis ook internationaal van belang
Door de maatregelen tijdens de COVID-19-pandemie is de kankerzorg veranderd. PatiĆ«nten gingen niet of later naar de huisarts en werden later doorverwezen naar het ziekenhuis. Daardoor zijn er wekenlang een kwart minder kankerdiagnoses gesteld, zo blijkt uit de Nederlandse Kankerregistratie op basis van voorlopige diagnoses in de pathologiedatabase PALGA. Avinash Dinmohamed van Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL) en Sabine Siesling van IKNL en de Universiteit Twente en collega’s beschrijven deze daling in het aantal diagnoses in het hoog aangeschreven wetenschappelijke tijdschrift Lancet Oncology.
Siesling: “Deze voorlopige kankerdiagnoses in Nederland zijn internationaal uniek vanwege de landelijke dekking en de snelheid van oplevering. Op basis van deze data kan men snel ingrijpen op dalende diagnoses. Ook andere landen kunnen op basis van de trends in Nederland mogelijk vermoedens van effecten in hun eigen land bevestigen en hierop maatregelen treffen, opdat reguliere zorg weer breed wordt opgepakt.”
Door deze ontwikkeling in Nederland te delen met zorgprofessionals en onderzoekers wereldwijd kunnen andere landen, waar geen actuele landelijke registratie is, rekening houden met deze ontwikkeling in aantal diagnoses. Dankzij de nauwe en langdurige samenwerking tussen het IKNL en het landelijke pathologische archief PALGA is het aantal diagnoses kanker in Nederland reeds twee weken na een afname van tumormateriaal (biopt) in beeld. Dat is wereldwijd gezien uniek. Deze gegevens lieten een daling in diagnoses zien en dit heeft geleid tot een oproep aan burgers om bij klachten zich te melden bij de huisarts. Ook hebben de gegevens ziekenhuizen en huisartsen aangezet om actie te ondernemen. Zij werken hard om de niet-COVID gerelateerde reguliere diagnostiek en de kankerzorg weer op gang te brengen. De meest recente cijfers tonen een stijging in aantal diagnoses bij onder meer huid- en borstkanker, maar bij andere kankersoorten is in week 16 en 17 nog geen noemswaardige stijging te zien.
Daling in diagnoses
Het aantal diagnoses kanker, exclusief huidkanker, ligt meer dan een kwart lager dan het gebruikelijke aantal diagnoses per week. De daling wordt waarschijnlijk veroorzaakt door uitgestelde huisartsbezoeken en doorverwijzingen alsmede uitstel van diagnostiek in de ziekenhuizen.
Bij huidkanker was een aantal weken zelfs sprake van meer dan een halvering van het normale aantal diagnoses. De meest voorkomende types huidkanker, zoals plaveiselcelcarcinomen, komen veel bij ouderen voor, die in deze tijd huisartsbezoek kunnen mijden vanwege angst voor COVID-19. Bij deze kankersoorten die zelden levensbedreigend zijn, lijkt de gezondheidsschade van een verlate diagnose beperkt. Bij de andere kankersoorten zal een achterstand ingelopen moeten worden om negatieve gevolgen van late diagnose en behandeling te voorkomen.
Internationaal unieke data
Dankzij een zeer snel publicatieproces bij Lancet Oncology zijn de resultaten tot en met week 15 gepubliceerd. Hiermee zijn onderzoekers en zorgprofessionals geattendeerd en zij kunnen op basis van dit inzicht actie ondernemen om in hun eigen land de uitdaging aan te gaan om de kankerzorg op peil te houden tijdens deze pandemie. De Nederlandse Kankerregistratie en PALGA zijn internationaal uniek vanwege de landelijke dekking. Van deze data wordt geleerd om de zorg steeds verder te verbeteren. Daardoor is het ook tijdens deze coronacrisis mogelijk om snel inzicht te geven in het aantal diagnoses. Andere landen kunnen op basis van de trends die we in Nederland zien een inschatting maken wat de crisis voor de kankerzorg in hun land betekent.
Naast het aantal diagnoses monitort IKNL ook de gevolgen van de COVID-19-crisis op behandelpatronen en uiteindelijk ook de behandeluitkomsten. Wekelijks verschijnen updates op www.iknl.nl/COVID-19.
Referentie: Dinmohamed AG et al. Fewer cancer diagnoses during the COVID-19 epidemic in the Netherlands. Lancet Oncology, 2020; (published online April 30). DOI: 10.1016/s1470-2045(20)30265-5
Volg ook de berichten op social media over dit artikel, waarin wetenschappers en artsen wereldwijd over de waarde van deze publicatie bespreken.