
Nederlandse studie bevestigt: jonge vrouwen met baarmoederhalskanker zijn vaak niet gevaccineerd
Alle onderzochte vrouwen kwamen in hun tienerjaren in aanmerking voor de toen nieuwe HPV-vaccinatie “We zagen afgelopen jaren meerdere jonge vrouwen met baarmoederhalskanker die niet gevaccineerd waren”, licht gynaecoloog-oncoloog Luc van Lonkhuijzen van Amsterdam UMC toe. “Ik worstel met het besef dat hun ziekte misschien voorkomen had kunnen worden. We willen met deze studie aandacht vragen voor het belang van vaccineren tegen HPV (humaan papillomavirus). Het kan veel ellende voorkomen.”
Eerste Nederlandse studie
De beschermende werking van vaccinatie tegen (de voorstadia van) baarmoederhalskanker bleek al eerder uit enkele grote internationale onderzoeken. Deze studie toont voor het eerst het effect aan van de HPV-vaccinatie bij jonge vrouwen in Nederland. De onderzoekers keken ook naar de impact van de behandelingen die de vrouwen met baarmoederhalskanker kregen. 58% van de in totaal 135 onderzochte vrouwen onderging een kankerbehandeling waardoor hun vruchtbaarheid verloren ging. Van Lonkhuijzen: “Dat is uiteraard zeer ingrijpend, nog los van het risico dat vrouwen overlijden aan baarmoederhalskanker. Als we er met een vaccinatie voor kunnen zorgen dat vrouwen minder vaak baarmoederhalskanker krijgen, dan zouden deze behandelingen en dus onvruchtbaarheid helemaal niet nodig zijn.”
Als we er met een vaccinatie voor kunnen zorgen dat vrouwen minder vaak baarmoederhalskanker krijgen, dan zouden deze behandelingen en dus onvruchtbaarheid niet nodig zijn.
HPV en kanker
Baarmoederhalskanker wordt meestal veroorzaakt door een infectie met HPV, een virus dat bijna iedereen in zijn leven een keer oploopt. In de meeste gevallen ruimt het lichaam het virus zelf op. Maar soms gebeurt dat niet. Dan kan HPV, jaren later, baarmoederhalskanker veroorzaken (en kanker aan de vagina en de schaamlippen, bij mannen peniskanker en bij beiden anus- en mondkeelholtekanker).
De HPV-vaccinatie is in Nederland in 2010 in het Rijksvaccinatieprogramma opgenomen, in eerste instantie alleen voor meisjes en vanaf 2022 ook voor jongens. De inenting wordt momenteel aangeboden in het jaar dat ze 10 jaar worden maar tot 2022 kregen meisjes de vaccinatie aangeboden in het jaar dat ze 13 werden. In 2009, 2022 en 2023 zijn er extra inhaalcampagnes geweest voor (oudere) meisjes en vanaf 2022 ook jongens. Helaas kiest lang niet iedereen ervoor om de HPV-vaccinatie te halen: in de eerste jaren ging het om slechts 50-60% van de meisjes. De huidige vaccinatiegraad onder meisjes geboren tussen 1997 en 2010 is door inhaalvaccinaties inmiddels wel verder toegenomen naar tenminste 60-70-% (bron: RIVM).
“We moeten er alles aan doen om dat percentage hoger te krijgen”, zegt hoofdonderzoeker Maaike van der Aa van IKNL, die betrokken was bij de studie. “In recente campagnes konden jongeren alsnog een vaccin krijgen, maar een groot deel blijft ongevaccineerd. Onze studie wijst uit dat het grootste deel van de gevallen van baarmoederhalskanker optreedt in de ongevaccineerde groep.”
We moeten er alles aan doen om dat percentage gevaccineerden hoger te krijgen
Vaccin tegen het licht
Hoewel een HPV-vaccinatie de kans op baarmoederhalskanker aanzienlijk verkleint, laat de studie zien dat ook gevaccineerde vrouwen deze vorm van kanker kunnen krijgen. Dat vraagt volgens Van der Aa om meer onderzoek: “In Nederland hebben we een zogeheten ‘bivalent’ vaccin, dat alleen beschermt tegen de HPV-typen 16 en 18 en niet tegen alle hoogrisico HPV-typen. Er is meer onderzoek nodig onder de groep gevaccineerde vrouwen met baarmoederhalskanker om uit te zoeken wat daar aan de hand is. Kregen zij kanker door een ander type hoogrisico HPV? Of zijn er ook vrouwen die ondanks de vaccinatie tegen HPV 16 en 18 toch wel dat type kanker krijgen?”
Screening blijft belangrijk
Omdat de HPV-vaccinatie het risico op kanker vermindert, maar niet uitsluit, is het voor alle vrouwen belangrijk om, naast de HPV-vaccinatie, ook mee te doen aan het bevolkingsonderzoek baarmoederhalskanker. Als daarbij een HPV-infectie aangetoond wordt, dan is het nodig om een uitstrijkje te laten maken. Van Lonkhuijzen: “Dat bevolkingsonderzoek is tegenwoordig heel makkelijk met de HPV-zelftest. Helaas staat ook de deelnamegraad aan die screening onder druk. Van alle vrouwen boven de 30 jaar neemt maar zo’n 50% deel.” (bron: RIVM, 2023). Van Lonkhuijzen voegt eraan toe dat een vroege opsporing met het bevolkingsonderzoek (vaak gaat het dan om een voorstadium van kanker) ertoe kan leiden dat vrouwen een minder ingrijpende behandeling kunnen ondergaan. “Los van de betere prognose, betekent het voor een vrouw in de vruchtbare leeftijd heel veel als zij een behandeling kan ondergaan waarbij ze op een later tijdstip nog wel kinderen kan krijgen.”
Over de studie
Onderzoekers van IKNL en Amsterdam UMC deden de studie met data uit de Nederlandse Kankerregistratie (NKR). Ze richtten zich op de medische dossiers van in totaal 135 vrouwen, geboren tussen 1993 en 2010, die voor hun dertigste de diagnose baarmoederhalskanker kregen. Van 84 vrouwen was de vaccinatiestatus bekend. De belangrijkste conclusies uit de studie:
85% (71/84) van de onderzochte vrouwen met baarmoederhalskanker van wie de vaccinatiestatus bekend was, was niet gevaccineerd.
58% van de totale groep van 135 vrouwen met baarmoederhalskanker onderging een behandeling waardoor hun vruchtbaarheid verloren ging.
Het artikel naar aanleiding van het onderzoek is geprepubliceerd.
* Tenminste 55% van de vrouwen geboren tussen 1993 en 2010 was op 14-jarige leeftijd volledig gevaccineerd tegen HPV. De niet-gevaccineerde vrouwen uit deze groep hebben na hun 14de kunnen deelnemen aan verschillende inhaalrondes voor de HPV-vaccinatie. Daardoor ligt de huidige vaccinatiegraad voor deze leeftijdsgroep aanzienlijk hoger dan 55% (Bron: RIVM).
Meer weten?
Voor perszaken kunt u contact opnemen met Marjon Kranenbarg, woordvoerder / persvoorlichter.
Voor meer informatie over de studie, kunt u contact opnemen met IKNL-hoofdonderzoeker Maaike van der Aa.