rapport PZIZ

Toename palliatieve zorgbehoeften vraagt om versterking positie van teams palliatieve zorg binnen ziekenhuizen

Palliatieve zorg wordt steeds beter geïntegreerd in het zorgaanbod van ziekenhuizen, zo blijkt uit het nieuwe rapport ‘Palliatieve zorg in de Nederlandse ziekenhuizen 2023’ van IKNL. Dit is noodzakelijk aangezien het aantal complexe zorgvragen in de palliatieve fase toeneemt. In deze driejaarlijkse uitvraag hebben onderzoekers van IKNL opnieuw de teams palliatieve zorg in Nederlandse ziekenhuizen bevraagd, met als doel inzicht te krijgen in de ontwikkeling van 2012 tot 2023.

De teams palliatieve zorg (teams PZ) van 58 Nederlandse ziekenhuizen hebben deelgenomen aan het onderzoek, dat eens in de drie jaar wordt uitgevoerd en dit keer een respons van 81% behaalde. Het rapport biedt voor de vijfde keer inzicht in de stand van zaken rond palliatieve zorg in ziekenhuizen. Met het oog op de verwachte groei van patiënten met palliatieve zorgbehoeften is integratie van palliatieve zorg in de reguliere zorg noodzakelijk. De kwaliteit van de onderlinge samenwerking tussen generalistische en specialistische palliatieve zorgverleners speelt hierin een belangrijke rol.

Palliatieve zorgbehoefte beter in beeld bij ziekenhuizen

De resultaten laten zien dat de palliatieve zorgbehoefte beter in beeld is in de ziekenhuizen. Driekwart van de ziekenhuizen screent routinematig op palliatieve zorgbehoeften bij poliklinische patiënten. Daarnaast screent ruim de helft van de ziekenhuizen (59%) regelmatig op symptomen bij poliklinische patiënten in de palliatieve fase, waarbij het Utrecht Symptoom Dagboek (USD-4D) steeds vaker wordt gebruikt. Twee derde van de teams PZ verricht poliklinische consulten en ongeveer de helft van de teams PZ heeft een poliklinisch spreekuur (53%). Onderzoek heeft aangetoond dat de beschikbaarheid van een poliklinisch spreekuur palliatieve zorg samenhangt met meer en eerdere verwijzingen naar het team PZ. Er wordt daarom aanbevolen om als ziekenhuis te investeren in de poliklinische bereikbaarheid en beschikbaarheid van het team PZ, om het aantal verwijzingen naar het team PZ voor patiënten met een complexe zorgvraag te verhogen en de tijdigheid van deze consulten te verbeteren.

Positie teams PZ verbeterd

Ook laten de resultaten zien dat de positie van de teams PZ geleidelijk aan sterker wordt. In 2023 worden de teams PZ steeds vaker geconsulteerd en is er een toename in het aantal klinische consulten per team PZ. Dit kan wijzen op een versterkte positie binnen het ziekenhuis. Ondanks deze toename blijft de dekkingsgraad, het aantal klinische consulten van het team PZ als percentage van het jaarlijks aantal klinische opnames, nog beperkt (1,7 %). Mogelijk worden patiënten met complexe palliatieve zorgbehoeften in Nederland dus nog onvoldoende gezien door het team PZ. Vroegtijdige inzet van het team PZ draagt bij aan betere zorg in de laatste levensfase en minder potentieel ongewenste (dure) zorg. Investeringen in de capaciteit, het opleidingsniveau en de bereikbaarheid van de teams PZ via poliklinische spreekuren kunnen de druk op de teams verlichten, waardoor er meer passende zorg kan worden geleverd in de laatste levensmaanden.

Complexere palliatieve zorgvraag

De toename in het aantal consulten kan wijzen op een complexere zorgvraag, veroorzaakt door nieuwe behandelmogelijkheden en langere overlevingsduur van patiënten met een ongeneeslijke ziekte. Tegelijkertijd kan deze stijging ook aangeven dat teams PZ vaker worden ingeschakeld in situaties waarin generalistische palliatieve zorg eigenlijk toereikend zou moeten zijn. Dit kan komen door beperkte kennis van en ervaring met palliatieve zorg van generalistische zorgverleners. Het verbeteren van de deskundigheid van zorgverleners in palliatieve zorg, zou de druk op teams PZ kunnen verlichten, waardoor hun capaciteit behouden blijft voor patiënten met complexere zorgvragen. Ziekenhuizen wordt daarom geadviseerd om enerzijds te blijven investeren in de positie van de teams PZ, zodat zij tijdig worden ingezet en anderzijds om zorgverleners beter op te leiden om zelfstandig basis palliatieve zorg te kunnen bieden. Dit is van cruciaal belang gezien de verwachte toename van patiënten met (complexe) palliatieve zorgbehoeften. Hiervoor zijn goede scholingen beschikbaar.

Meer transmurale samenwerking

Daarnaast is een toename in transmurale consultaties te zien. Dit duidt op een betere integratie van palliatieve zorg in de reguliere zorg buiten het ziekenhuis. Bij ruim de helft van de teams PZ (55%) is de huisarts een vast onderdeel van het team. Driekwart van de teams PZ (76%) werkt transmuraal middels deelname van professionals uit de eerste lijn in het MDO van het team PZ. Dit is een forse stijging ten opzichte van het jaar 2020, waarin dit bij twee derde van de teams PZ het geval was. Daarnaast bieden teams PZ telefonische consultatie aan zorgprofessionals van patiënten buiten het ziekenhuis (64%). Een derde van de teams PZ is bovendien beschikbaar voor huisbezoek (34%). Ziekenhuizen wordt aangeraden de transmurale overdracht en beschikbaarheid van het team PZ voor patiënten in de thuissituatie en hun zorgverleners te bevorderen.

Proactieve zorgplanning nog niet structureel ingebed

In deze enquête is voor het eerst expliciet gevraagd naar proactieve zorgplanning. Slechts één op de drie ziekenhuizen heeft proactieve zorgplanning als vast onderdeel opgenomen in het zorgbeleid voor patiënten met palliatieve zorgbehoeften. Volgens de doelstellingen van het Integraal Zorgakkoord (IZA) over passende zorg in de laatste levensfase zou met alle patiënten in de palliatieve fase en hun naasten een gesprek moeten plaatsvinden over behandelwensen, grenzen en keuzes. Dit helpt om hun waarden, wensen en behoeften inzichtelijk te maken. Bijna de helft van de teams PZ (42%) geeft echter aan dat binnen hun ziekenhuis geen structurele gesprekken over proactieve zorgplanning worden gevoerd. Bekende barrières zijn de complexiteit van het onderwerp, beperkte communicatievaardigheden en deskundigheid van zorgverleners, en de financiering van proactieve zorgplanning.

Teams PZ spelen een belangrijke rol in het vergroten van de expertise op dit gebied. Twee derde van de teams (67%) heeft proactieve zorgplanning al opgenomen in de bij- en nascholing voor zorgverleners. Om dit verder te bevorderen, wordt ziekenhuizen aanbevolen structureel te investeren in de deskundigheidsbevordering van (nieuwe) medewerkers, bijvoorbeeld via scholing in palliatieve zorg.

Er komt een dag dat de oncoloog zegt, ik heb geen behandeling meer voor de ziekte. Je kunt nu alvast nadenken over vragen als: waar en hoe wil je jouw laatste levensfase doorbrengen? […] Daarnaast kan het naasten in een moeilijke tijd steun bieden als zij weten wat de wensen en grenzen van de patiënt zijn. Er komt al genoeg op je pad als iemand ziek wordt. Dus maak keuzes als je nog goed genoeg bent.  Jill van Houten, naaste

Conclusie

De resultaten laten zien dat de palliatieve zorgbehoefte beter in beeld is: driekwart van de ziekenhuizen screent routinematig op palliatieve zorgbehoeften bij poliklinische patiënten. Het aantal consultaties door de teams PZ is verder toegenomen, wat kan wijzen op een betere bekendheid van de teams binnen het eigen ziekenhuis, maar ook op een toename van complexere zorgvragen. Andere positieve ontwikkelingen: meer dan de helft van de teams PZ heeft inmiddels een poliklinisch spreekuur en er wordt meer transmuraal samengewerkt met de eerste lijn.

Toch is er nog ruimte voor verbetering. De transmurale overdacht kan verbeterd worden. Bijna de helft van de teams PZ geeft aan dat binnen hun ziekenhuis geen structurele gesprekken worden gevoerd over proactieve zorgplanning. Het rapport benadrukt de noodzaak van een geïntegreerde aanpak waarbij enerzijds de specialistische expertise van de teams PZ wordt versterkt en anderzijds dat generalistische zorgverleners genoeg kennis in huis hebben om zelfstandig basis palliatieve zorg te kunnen verlenen. Deze werkverdeling verlicht de druk op de teams PZ, waardoor hun capaciteit behouden blijft voor patiënten met complexere zorgvragen. Daarnaast blijft het urgent om de teams PZ vroegtijdig in te schakelen zodat - middels proactieve zorgplanning- zorg in de laatste levensfase wordt gegeven die past bij de wensen en behoeften van patiënten en die ongewenste (dure) zorg kan voorkomen.  

Meer informatie

Bekijk hier het Rapport Palliatieve zorg in de Nederlandse ziekenhuizen 2023

Voor vragen over dit rapport kunt u contact opnemen met Nienke van Velzen en Sytske Wiegersma.

 

Gerelateerd nieuws

Behandeling bij uitgezaaide blaaskanker vaak te zwaar

Man in ziekenhuisbed Voor mensen met uitgezaaide blaaskanker is de behandeling die in de richtlijn wordt aanbevolen, vaak niet haalbaar. 35% maakt de voorgeschreven 4 tot 6 chemokuren niet af, en bij de helft van de patienten die wel 4 tot 6 kuren ontvangt, is een aanpassing van de chemotherapie nodig. Vaak gaat het om een verlaging van de dosis omdat de bijwerkingen te zwaar zijn. Dat zijn de uitkomsten van een studie die IKNL-onderzoeker Ellis Slotman deed met data uit de Nederlandse Kankerregistratie. lees verder

Nieuw digitaal systeem geeft zorgverleners Gelderse Vallei direct inzage in behandelwensen patiënten

man achter beeldscherm

In de Gelderse Vallei hebben IKNL en regionale zorginstellingen de pilot ‘Proactief gegevens delen in de palliatieve fase’ afgerond. De resultaten zijn zo positief dat de geteste werkwijze in de hele regio stapsgewijs zal worden ingevoerd. Zo kunnen zorgverleners in de Gelderse Vallei op ieder moment afspraken van patiënten over behandelwensen en -grenzen inzien, uiteraard alleen als deze hiervoor toestemming heeft gegeven.

lees verder