Uitzaaiingen darmkanker vaakst in lever en longen, lokale behandeling neemt toe
Uitzaaiingen zijn een belangrijke oorzaak voor de aan darmkanker gerelateerde sterfte, en bij een groot aantal patiënten worden uitzaaiingen ná diagnose gevonden (metachrone metastasen). Daarom maakten Yannick Meyer (Erasmus MC) en collega’s studie van deze patiëntgroep en brachten in kaart waar uitzaaiingen voorkomen, hoe deze behandeld worden en wat de overleving is. Ze publiceerden hun bevindingen in het European Journal of Surgical Oncology.
De onderzoekers selecteerden data uit de Nederlandse Kankerregistratie (NKR). De patiëntpopulatie bestond uit mensen die tussen 1 januari en 30 juni 2015 de diagnose darmkanker met stadium I-III kregen. De patiënten werden allemaal chirurgisch behandeld met curatieve intentie. Door extra verzamelde follow-up data, ten minste drie jaar na de behandeling, werd inzichtelijk bij welke patiënten uitzaaiingen werden gevonden en hoe deze behandeld werden.
Uitzaaiingen in de lever vaakst voorkomend
Bij 14 procent van de 5412 patiënten werden na de darmkankerdiagnose uitzaaiingen gevonden. De helft daarvan werd lokaal behandeld (chirurgie, ablatie of radiotherapie), 30 procent met alleen systemische therapie. Bij 19 procent bestond de behandeling uit best supportive care. De meeste uitzaaiingen waren gelokaliseerd in de lever (51 procent), gevolgd door de longen (33 procent) en het buikvlies (22 procent).
Overleving bij longuitzaaiing het grootste
De gemiddelde leeftijd was bij diagnose van de uitzaaiing 70 jaar en 61 procent was man. Bij 33 procent werden er uitzaaiingen in meerdere organen gevonden. De gemiddelde overleving van alle patiënten met een uitzaaiing was 22,5 maanden vanaf diagnose van de uitzaaiing. De driejaarsoverleving van patiënten met een longuitzaaiing was het grootst: 61,5%. Bij leveruitzaaiingen was drie jaar na diagnose nog 50 procent in leven. Met 18 procent is de driejaarsoverleving van patiënten met uitzaaiingen in het buikvlies aanzienlijk lager.
Toename in behandeling
De onderzoekers zagen dat darmkankerpatiënten met metachrone metastasen vaker behandeld worden. De meest recente studie in Nederland is gepubliceerd in 2015, en volgde patiënten tussen 2002 en 2003. Destijds werd 15 procent van alle patiënten met leveruitzaaiingen lokaal behandeld, en 19 procent van de patiëntgroep die alleen een uitzaaiing in de lever had. In deze studie liggen die percentages aanzienlijk hoger: respectievelijk 49 en 69 procent. Ook bij uitzaaiingen in de longen is een forse toename van lokale behandelingen te zien (van 7 naar 37 procent), en bij uitzaaiingen in het buikvlies is het aandeel patiënten dat behandeld wordt toegenomen van 11 naar 29 procent. De studie uit 2015 is gebaseerd op regionale data, en mogelijk niet representatief voor de hele Nederlandse populatie. De onderzoekers noemen verschillende redenen voor de toename in lokale behandelingen. Nieuwe technieken in radiotherapie maken het vaker mogelijk bestraling toe te passen bij uitzaaiingen in de longen. De combinatie van chirurgie met HIPEC maakt de behandeling van buikvliesuitzaaiingen weer vaker mogelijk. Daarnaast benoemen de onderzoekers het verband tussen centralisatie van darmkankerzorg en de hogere frequentie van behandelingen.
- Y. Meyer, P.B. Olthof, D.J. Grünhagen et al., Treatment of metachronous colorectal cancer metastases in the Netherlands: A population-based study, European Journal of Surgical Oncology, 2021