Alvleesklierkanker: de belangrijkste cijfers op een rij

Waar in dit overzicht gesproken wordt over alvleesklierkanker doelen we op het subtype adenocarcinoom, het meest voorkomend type. In 2019 waren er rond de 2700 diagnoses alvleesklierkanker (adenocarcinoom). De vijfjaarsoverleving van alvleesklierkanker is minder dan 5 procent. Daarmee heeft alvleesklierkanker, zeker in vergelijking met andere kankersoorten, een slechte prognose. Patiënten die de diagnose krijgen zijn vaak ouder dan 70 jaar. Bij meer dan de helft van de patiënten is de tumor al uitgezaaid tijdens diagnose.

 


 


 

Vijfjaarsoverleving

De gemiddelde 5-jaarsoverleving van alle kankersoorten (invasief) is 65 procent. Bij alvleesklierkanker is dit minder dan vijf procent.

 

Nieuwe diagnoses

Het aantal diagnoses is de afgelopen jaren toegenomen, van rond de 1000 in 1989 tot ca 3000 in 2019.

 

 

Overleving

De overleving is de afgelopen jaren iets toegenomen. De grootste stijging is te zien bij de 1-jaarsoverleving.

 

Leeftijdsverdeling

De meeste patiënten die de diagnose alvleesklierkanker krijgen zijn 70 jaar of ouder.

 

Meer cijfers?

Download het rapport ‘alvleesklierkanker in Nederland. In kleine stappen vooruit

 

Gerelateerd nieuws

Verschuivingen in operaties bij darm-, maag- en alvleesklierkanker, sterfte na operatie neemt af

Artsen in de OK Patiënten met dikkedarm- en endeldarmkanker worden minder vaak geopereerd dan 20 jaar geleden, terwijl mensen met niet-uitgezaaide maag- en alvleesklierkanker en periampullaire kanker vaker geopereerd worden. Dat blijkt uit een landelijke studie op basis van de Nederlandse Kankerregistratie (NKR). Onderzoekers van Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL) analyseerden gegevens van meer dan 319.000 patiënten met kanker aan de spijsverteringsorganen in de periode 2005–2020. lees verder

Netwerkzorg bij alvleesklierkanker: hoe verloopt die en hoe ervaart de patiënt de continuïteit?

Beeld proefschrift Jana Hopstaken Sinds de centralisatie van alvleesklierchirurgie (in 2011) ontvangen mensen met alvleesklierkanker ‘netwerkzorg’. Daarbij kan de zorg voor een patiënt plaatsvinden in verschillende ziekenhuizen, bijvoorbeeld de diagnostiek in het ene ziekenhuis en de operatie in het andere. In haar promotieonderzoek aan de Radboud Universiteit onderzocht arts-onderzoeker Jana Hopstaken voor het eerst of deze netwerkzorg nadelige effecten heeft op de kwaliteit van de zorg en op de ervaren continuïteit door patiënten. Haar bevindingen zijn juist nu relevant omdat complexe oncologische behandelingen in de toekomst verder gecentraliseerd worden.  lees verder