Effect chirurgie op ouderen met dikkedarmkanker en een functionele afhankelijkheid

Een operatie heeft, mits ingebed in een onco-geriatrisch zorgpad, een positief effect op de kwaliteit van leven van oudere patiënten met dikkedarmkanker met een functionele afhankelijkheid. Matig functionele afhankelijkheid mag volgens Daniël Souwer (HagaZiekenhuis) en collega’s géén generieke reden zijn om een operatie bij ouderen achterwege te laten. Een belangrijke bevinding die artsen dienen te betrekken bij gedeelde besluitvorming. Aanvullend onderzoek kan uitwijzen of onco-geriatrische zorg op zichzelf de negatieve impact van chirurgie beperkt of dat deze zelfs bijdraagt aan verbetering van de gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven van oudere patiënten met dikkedarmkanker.

Oudere patiënten die functionele beperkingen ervaren of kwetsbaar zijn, lopen mogelijk risico op verlies van kwaliteit van leven na chirurgische behandeling van dikkedarmkanker. In deze prospectieve studie is de gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven onderzocht en de samenhang met functionele afhankelijkheid op meerdere momenten voor en na een dikkedarmkankeroperatie.

Opzet

De onderzoekers includeerden patiënten van 70 jaar en ouder die tussen 2014 en 2015 een dikkedarmkankeroperatie kregen gecombineerd met een onco-geriatrisch zorgpad. De gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven (EORTC QLQ-C30 en CR38) en dagelijkse activiteiten werden gemeten met een vragenlijst over algemene dagelijkse levensverrichtingen (ADL) en Barthel-index op vier verschillende momenten, namelijk vóór de operatie en vervolgens drie, zes en twaalf maanden na de operatie. De functionele afhankelijkheid werd gedefinieerd als een Barthel-index <19. Met een mixed-model regressieanalyse werd de samenhang tussen afhankelijkheid, tijd en gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven getest en gecorrigeerd voor eventueel verstorende factoren. 

Resultaten

Het responspercentage op twee of meer vragenlijsten was 67% (n= 106). Een kwart van de patiënten (n= 26) was functioneel afhankelijk. Over het algemeen ervaarden functioneel onafhankelijke patiënten een hogere gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven dan patiënten die functioneel afhankelijk waren. Bij functioneel afhankelijke patiënten werden, in vergelijking met de situatie vóór de operatie, significante en klinisch relevante verbeteringen in de gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven na chirurgie waargenomen. Het ging hierbij om betere rolfunctie, een hogere algehele gezondheid, een hogere algemene score, minder vermoeidheid en minder gastro-intestinale problemen. Bij functioneel onafhankelijke patiënten zagen de onderzoekers géén klinisch relevante verandering in de gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven.

Conclusie en impact

Daniël Souwer en collega’s concluderen dat chirurgie die goed is ingebed in een onco-geriatrisch zorgpad een positieve invloed heeft op de kwaliteit van leven van oudere, functioneel afhankelijke patiënten met dikkedarmkanker. Daarom mag matige, functionele afhankelijkheid volgens de onderzoekers niet worden beschouwd als een generieke reden om een chirurgische behandeling achterwege te laten. Dit is een belangrijke bevinding die artsen dienen te betrekken bij gezamenlijke besluitvorming met oudere patiënten. In eerdere studies is al aangetoond dat leeftijd geen bruikbaar selectiecriterium is voor het onthouden van een oncologische behandeling.

Aanvullend onderzoek is volgens de onderzoekers nodig om vast te stellen of onco-geriatrische zorg op zichzelf de negatieve impact van chirurgie beperkt of zelfs bijdraagt aan verbetering van de gezondheidsgerelateerde kwaliteit van leven van oudere patiënten met dikkedarmkanker. De onderzoekers wijzen er op dat in recente jaren veel inspanningen zijn verricht om de chirurgische zorg voor deze patiënten te verbeteren, waaronder perioperatieve zorg, betere selectie van patiënten en introductie van aanvullende onco-geriatrische zorg. Al deze verbeteringen binnen de chirurgische zorg en afname van chirurgische complicaties kunnen eveneens hebben geleid tot daling van het aantal patiënten met functionele afhankelijkheden.