Schildwachtklierbiopsie bij patiënten met pT1-melanoom heroverwegen

Sinds de introductie van het 7e stadiëringssysteem van de American Joint Committee on Cancer (AJCC) is het aantal schildwachtklierbiopsieën in Nederland gestegen bij patiënten met een pT1-melanoom. Dit heeft echter niet geleid tot het vinden van meer positieve biopten. Ook is er geen verbetering zichtbaar in de overleving (die de 100% al benaderde) bij diverse subgroepen met pT1-melanomen in de periode 2003-2009 en 2010-2014. Die conclusies trekken Charlotte Oude Ophuis (Erasmus MC) en collega’s in een studie met data van de Nederlandse Kankerregistratie (NKR). Volgens de onderzoekers zou uitvoering van schildwachtklierbiopsies bij deze patiënten heroverwogen dienen te worden.

In de 7e editie van het stadiëringssysteem van de American Joint Committee on Cancer (AJCC) is het Clark-niveau vervangen door het criterium ‘mitose-activiteit’ om het aandeel correcte classificaties te verhogen bij patiënten met een dun melanoom met een hoog risico (pT1b). Daarnaast wordt bij deze patiënten een schildwachtklierbiopt (SNB) aanbevolen om betrokkenheid en stadium van de lymfeklieren vast te stellen. In deze studie zijn de effecten geëvalueerd van substadiëring van dunne melanomen met een hoog risico en de klinische implicaties hiervan voor patiënten met de diagnose pT1-melanoom in Nederland. 

Patiëntenpopulatie
Voor de analyses selecteren de onderzoekers alle patiënten met pT1-melanomen die tussen 2003 en 2014 zijn gediagnosticeerd in Nederland en die opgenomen zijn in de Nederlandse Kankerregistratie van IKNL. De patiënten werden gestratificeerd in twee cohorten volgens het AJCC-systeem voor de perioden 2003-2009 (6e editie; cohort 1) en 2010-2014 (7e editie; cohort 2). De relatieve overleving werd berekend om een inschatting te kunnen maken van de melanoomspecifieke overleving. 

In totaal werden 29.546 patiënten met een pT1-melanoom opgenomen in de studie. Het aandeel patiënten met stadium pT1b steeg van 10,1% in cohort 1 (2003-2009) naar 21,5% in cohort 2 (2010-2014). Verder nam het percentage uitgevoerde schildwachtklierbiopsies bij patiënten met een pT1b-melanoom toe van 4,5% naar 13%. 

Het aandeel positieve schildwachtklierbiopsies daalde van 10,5% naar 8,8% voor de gehele patiëntenpopulatie met stadium pT1 en van 11,3% naar 8,6% bij patiënten met pT1b-melanomen. De relatieve 5-jaarsoverleving was gelijk voor de stadia pT1a en pT1b in beide cohorten, namelijk 100% bij pT1a versus 97% bij pT1b (cohort 1) respectievelijk 100% bij pT1a versus 98% bij stadium pT1b (cohort 2). 

Heroverwegen criterium mitose-activiteit
Charlotte Oude Ophuis en collega’s concluderen aan de hand van deze uitkomsten dat het 7e stadiëringssysteem van de AJCC heeft geleid tot een toename van het aantal patiënten dat een schildwachtklierbiopsie krijgt, maar dat dit niet heeft geresulteerd in een stijging van het aandeel positieve schildwachtklierbiopten. Ook is de overleving tussen de subgroepen met pT1-melanomen vergelijkbaar gebleven. Deze bevindingen brengen de onderzoekers tot de conclusie dat het criterium mitose-activiteit bij de classificatie van pT1b-melanomen en de aanbeveling voor het uitvoeren van een schildwachtklierbiopsie heroverwogen dient te worden bij deze patiënten.

•    Oude Ophuis CM, Louwman MW, Grünhagen DJ, Verhoef K, van Akkooi AC: ‘Implementation of the 7th edition AJCC staging system: Effects on staging and survival for pT1 melanoma. A Dutch population based study’.
•    Meer informatie over deze publicatie is verkrijgbaar via bibliotheek@iknl.nl