Behandeling vulvakanker

De behandeling van vulvakanker bestaat meestal uit een operatie (ruime lokale excisie) om de tumor te verwijderen. Daarbij worden vaak ook een of meer lymfeklieren uit de lies of liezen weggehaald. Soms krijgt de patiënt daarnaast bestraling. Als iemand niet fit genoeg is, kan worden gekozen voor alleen bestraling om de kankercellen te vernietigen.

Stadium 1 en 2

Bij vulvakanker in stadium 1 of 2 zijn er bij de diagnose geen uitzaaiingen in de lymfeklieren van de liezen. Bij deze diagnose bestaat de behandeling bijna altijd uit een operatie en soms nog een aanvullende behandeling met bestraling. Is de tumor kleiner dan 4 centimeter en zit deze maar op één plek, dan kan een schildwachtklierprocedure worden uitgevoerd. Daarbij wordt de schildwachtklier opgespoord en verwijderd om te kijken of er kankercellen, dus uitzaaiingen, in zitten. Als er kankercellen in de schildwachtklier gevonden worden, krijgt een vrouw een tweede operatie waarbij een lymfeklierdissectie wordt uitgevoerd. 

Is de tumor groter dan 4 centimeter of zitten er op verschillende plekken in de vulva een tumor, dan wordt geadviseerd om alle lymfeklieren uit de lies of liezen te verwijderen. 

Stadium 3 en 4

Ook bij vulvakanker in stadium 3 (uitzaaiingen in de lymfeklieren van een of beide liezen) wordt een operatie met lymfeklierdissectie geadviseerd. Na de operatie is soms ook bestraling nodig.  

De behandeling van vulvakanker in stadium 4 bestaat uit een operatie of chemoradiatie (een combinatie van chemotherapie en bestraling), afhankelijk van de uitzaaiingen. Chemoradiatie wordt onder meer ingezet als de tumor te groot is om te opereren of als die is ingegroeid in andere organen.