Goed geïnformeerde patiënt kiest vaker voor een directe borstreconstructie

Elke vrouw die geadviseerd wordt over een borstamputatie dient vooraf ook informatie te ontvangen over de mogelijkheid van een directe borstreconstructie naast eventuele, andere behandelopties. Het ontvangen van informatie over een optionele, directe borstreconstructie heeft namelijk een positief effect op het uiteindelijk krijgen van een directe borstreconstructie, zo blijkt uit onderzoek van Kelly de Ligt (IKNL) en collega’s. De onderzoekers stellen tevens vast dat de informatievoorziening over borstreconstructies in de dagelijkse praktijk nog beter kan, omdat patiënten die géén borstreconstructie hebben gehad niet in alle gevallen over deze mogelijkheid waren geïnformeerd.
 

In eerder onderzoek van de NABON Breast Cancer Audit (NBCA) kon de waargenomen ziekenhuisvariatie bij directe borstreconstructies in Nederland niet volledig worden verklaard op basis van tumor-, patiënt- en ziekenhuiskenmerken. Het proces van informatievoorziening en besluitvorming kan ook bijdragen aan de waargenomen variatie. Het doel van deze studie is inzicht te geven in onderliggende besluitvormingsprocessen bij directe borstreconstructies en het mogelijke effect van informatievoorziening over directe borstreconstructies op het krijgen van zo’n chirurgische behandeling.

Opzet en resultaten 

De onderzoekers stuurden 502 patiënten die een directe borstreconstructie kregen en 716 zónder directe borstreconstructie een uitnodiging om een online vragenlijst in te vullen met vragen over de informatie die zij ontvingen over de mogelijkheid van een directe borstreconstructie en de besluitvorming hieromtrent. Genoemde patiënten waren geselecteerd op basis van de Nederlandse Kankerregistratie (NKR) en afkomstig uit 29 verschillende ziekenhuizen. Het effect van het krijgen van informatie over een directe borstreconstructie bij het ontvangen van deze behandeling werd bepaald met logistische regressieanalyse.

In totaal werden de antwoorden van 510 patiënten (229 mét en 281 zónder directe borstreconstructie) geanalyseerd. Patiënten met een directe borstreconstructie vertoonden, ten opzichte van patiënten zonder reconstructie, een verschil in patiënt-, tumor-, behandeling (inclusief radiotherapie) en ziekenhuiskenmerken. Het ligt voor de hand dat patiënten die een directe borstreconstructie kregen, vaker geïnformeerd werden over een directe borstreconstructie als behandelingsoptie (99% versus 73%).

Doch patiënten die deze informatie ontvingen én een directe borstreconstructie kregen, bespraken vaker de voor- en nadelen van deze behandeling met hun arts (86% versus 68%). Ook waren patiënten die een directe borstreconstructie kregen vaker betrokken bij gedeelde besluitvorming (91% versus 67%) vergeleken met patiënten zonder directe borstreconstructie. Multivariate, logistische regressieanalyse toonde aan, na correctie voor mogelijk verstorende factoren, dat het ontvangen van informatie over directe borstreconstructie de kans op het krijgen van een dergelijke operatie met een factor veertien verhoogde.

Conclusie en aanbevelingen

Kelly de Ligt en collega’s concluderen aan de hand van deze studie dat het ontvangen van informatie over een directe borstreconstructie een positief effect heeft op het uiteindelijk krijgen van een directe borstreconstructie. Deze bevinding benadrukt het belang van het verstrekken van toereikende informatie aan patiënten over directe borstreconstructies en alle andere behandelopties tijdens het besluitvormingsproces. De onderzoekers adviseren daarom elke vrouw die een borstamputatie krijgt hierover te informeren, ook als dit betekent dat een patiënt naar een ander ziekenhuis moet worden verwezen voor een specifieke borstreconstructie.

Verder stellen zij dat idealiter alle patiënten doorverwezen dienen te worden naar een plastisch chirurg voor een afgewogen beslissing over het wel of niet uitvoeren van directe borstreconstructie. De onderzoekers wijzen in dit verband op een recent (nog niet gepubliceerd) Nederlands onderzoek van ACM van Bommel et al. (‘Discrepancies between surgical oncologists and plastic surgeons in patient information provision and personal opinions towards immediate breast reconstruction’), waaruit blijkt dat chirurgen patiënten anders informeren dan plastisch chirurgen.

  • De Ligt KM, van Bommel ACM, Schreuder K, Maduro JH, Vrancken Peeters MTFD, Mureau MAM, Siesling S: ‘NABON Breast Cancer Audit Working Group. ‘The effect of being informed on receiving immediate breast reconstruction in breast cancer patients’. Eur J Surg Oncol. 2018 Feb 2.

  • Meer informatie over deze publicatie is verkrijgbaar via bibliotheek@iknl.nl

Gerelateerd nieuws

Vertraging in de behandeling van borstkanker na overdracht ander ziekenhuis

Bijna 5% van alle vrouwen met borstkanker in Nederland worden na diagnose overgedragen aan een ander ziekenhuis voor primaire chirurgie. Bij neo-adjuvante chemotherapie ligt dit aandeel op 25%. Onderzoek van Erik Heeg en collega’s met data uit de Nederlandse Kankerregistratie (NKR) toont aan dat deze overdrachten leiden tot vertraging. De grootste vertragingen (gemiddeld negen dagen) komen voor na overdrachten voor een borstamputatie met directe borstreconstructie. Hoewel er nog geen sluitend bewijs is gevonden, vermoeden de onderzoekers dat het ontbreken van deskundigheid en integratie van plastisch chirurgen in mammateams de meest waarschijnlijke verklaring is voor deze vertraging.

lees verder

Aandeel borstsparende operaties ’89-’15 sterk gestegen; grote regionale variatie

Het aandeel patiënten met borstkanker dat een borstsparende operatie kreeg, is tussen 1989 en 2015 sterk toegenomen in Nederland. Wel bestonden er grote regionale variaties die, hoewel gedaald, nog steeds voortduren. Dat blijkt uit een landelijke studie van Marissa van Maaren (IKNL) en collega’s. De gevonden variatie duidt volgens de onderzoekers op het ontbreken van volledige consensus over de indicaties voor initiële chirurgie en onderstreept de noodzaak van implementatie van een uniforme behandel- en besluitvormingsstrategie. Andere factoren die meespelen zijn persoonlijke ervaringen van chirurgen en -zeker niet als laatste- persoonlijke voorkeuren en psychologische overwegingen van patiënten. 

lees verder