
Meer bezorgde patiënten na totale schildklierverwijdering
Na een totale schildklierverwijdering in verband met schildklierkanker zijn patiënten aanzienlijk meer bezorgd over hormoonsuppletie dan patiënten bij wie alleen een schildklierkwab is verwijderd. Dat blijkt uit onderzoek van universitair hoofddocent Floortje Mols (Tilburg University, IKNL) en collega’s dat in het tijdschrift Supportive Care in Cancer verscheen.
Zorgen over medicatie
De 24 patiënten die een totale schildklierverwijdering ondergingen waren bezorgder over de hormoonsuppletie na de operatie dan de 34 patiënten die alleen een kwabverwijdering ondergingen. Zo waren ze het significant vaker eens met stellingen als: mijn leven zou onmogelijk zijn zonder mijn medicijnen en zonder mijn medicijn zou ik erg ziek worden. Alle patiënten waren geopereerd vanwege schildklierkanker met een grote kans op langdurige overleving.
Bij schildklierkanker is meestal een totale schildklierverwijdering noodzakelijk. Alleen bij een beperkte groep van patiënten komen de langetermijnoverleving en kans op terugkeer van de ziekte na een totale schildklierverwijdering of een kwabverwijdering vrijwel overeen. Zij kunnen dus kiezen welke behandelingen ze willen. Dat gold ook voor de 58 studiedeelnemers. Bij hen werd tussen 1990 en 2008 gedifferentieerde (papillaire of folliculaire) schildklierkanker vastgesteld. Na de operatie vond geen aanvullende behandeling meer plaats. De gegevens kwamen uit de regio Zuid-Nederland en waren verzameld in de PROFILES-registratie en de Nederlandse Kankerregistratie (NKR).
De uitkomst verraste onderzoeker Floortje Mols niet. 'Als je de totale schildklier verwijdert, heb je altijd hormoonsuppletie nodig en dat is bij een gedeeltelijke verwijdering niet altijd zo. Dus eigenlijk is het logisch dat patiënten zich na een totale schildklierverwijdering meer zorgen maken. Maar soms is het toch belangrijk om zo’n open deur bevestigd te zien. Nu hebben we een duidelijke boodschap aan artsen: patiënten vinden goede informatie over medicatiegebruik na de operatie heel erg belangrijk.'
Onderbelichte vorm van kanker
Acht-en-vijftig deelnemers lijkt een klein aantal, maar volgens Mols is dat nog behoorlijk wat, want naar de ervaringen van patiënten met schildklierkanker wordt weinig onderzoek gedaan. 'Schildklierkanker is een ondergeschoven kindje. Het is vrij zeldzaam en de overleving is meestal erg lang, maar dat wil niet zeggen dat mensen met schildklierkanker geen klachten ervaren.'
Meer onderzoek naar de ervaringen van mensen met schildklierkanker is dus hard nodig vindt Mols. Zelf is ze inmiddels met haar collega’s bezig een nieuwe prospectieve studie op te zetten. 'We zijn nu bezig met de WaTCh-studie. Voor deze studie benaderen we patiënten uit 13 ziekenhuizen verspreid door Nederland, direct nadat de schildklierkanker is vastgesteld. Als ze mee willen doen, sturen we ze onder andere vragenlijsten toe en nemen we bloed af. Zo verzamelen we allerlei gegevens en volgen we ze voor langere tijd.' Ook voor deze studie maakt Mols gebruik van PROFILES en de NKR.
Referentie
Van Gerwen M, Cooke PV, Alpert N, Mols F, Genden E, Schwartz RM. Patient-reported outcomes following total thyroidectomy and lobectomy in thyroid cancer survivors: an analysis of the PROFILES Registry data. Support Care Cancer. 2021.
Beter onderscheid tussen agressieve en minder agressieve carcinoïden van de long

Het correct diagnosticeren van atypische versus typische carcinoïden (zeldzame, neuro-endocriene tumoren van de long) enkel op basis van een preoperatief biopt blijkt lastig. Dit terwijl atypische carcinoïden een slechtere prognose hebben – die lange follow-up vereist - dan typische carcinoïden én de diagnose de omvang van de operatieve behandeling mogelijk beïnvloedt. Extra (preoperatieve) biomarkers zorgen voor betere prognostische voorspelling bij longcarcinoïden, waardoor voor een deel van de patiënten jarenlange follow-up in de toekomst mogelijk vermeden kan worden. Dit concludeert Laura Moonen (MUMC+) in haar proefschrift, onder andere op basis van gekoppelde data uit de Nederlandse Kankerregistratie (NKR) en Palga. Moonens onderzoek werd gefinancierd door KWF.
lees verderPatiënten met zeldzame kanker ervaren lagere kwaliteit van leven in alle fasen van het ziektetraject

Patiënten met een zeldzame kanker ervaren over het algemeen een lagere kwaliteit van leven dan patiënten met een veelvoorkomende vorm van kanker - in alle fasen van het ziektetraject, bij curatieve en ongeneeslijke kanker. Dit blijkt uit de onderzoeken van Esmee Driehuis en Anouk van Oss (beiden IKNL). Zij onderzochten beiden het verschil in de ervaren kwaliteit van leven tussen patiënten met zeldzame kanker en patiënten met een veelvoorkomende kanker. Van Oss focuste specifiek op de palliatieve fase.
lees verder