Vulvakanker, incidentie, klachten en gevolgen

September is de internationale maand van de gynaecologische kanker (eierstokkanker, baarmoederkanker, baarmoederhalskanker, vaginakanker,  schaamlipkanker/vulvakanker en trofoblastziekten). In deze maand vragen Stichting Olijf, netwerk voor vrouwen met gynaecologische kanker, en IKNL aandacht voor deze kankersoorten en dit jaar in het bijzonder voor vulvakanker, oftewel schaamlipkanker. Een vorm van gynaecologische kanker waar veel vrouwen in stilte aan lijden, omdat ze daar te weinig over durven te praten. 

Incidentie

Schaamlipkanker of vulvakanker is een zeldzame vorm van kanker. Per jaar krijgen zo’n 400 vrouwen deze diagnose. De meeste vrouwen zijn ouder dan 70 jaar, hoewel het ook op  jongere leeftijd kan ontstaan. Risicofactoren voor het ontwikkelen van vulvakanker zijn het hebben van de huidaandoening Lichen Sclerosus en het ontstaan van huidafwijkingen aan de schaamlippen door besmetting met het HPV-virus. Uit cijfers van de Nederlandse Kankerregistratie blijkt dat de incidentie (voorkomen) van vulvakanker de afgelopen twintig jaar is gestegen.

Figuur 1: Incidentie van vulvakanker op basis van de Nederlandse Kankerregistratie 

 
Uit een onderzoek van IKNL in 2013 blijkt dat de incidentie vooral is toegenomen bij vrouwen onder de 60 jaar. Dit wordt in verband gebracht met meer HPV-infecties, met name in combinatie met roken. Daarnaast is het aandeel vrouwen met afweerstoornissen gestegen, zoals mensen met een auto-immuunziekte of na een orgaantransplantatie. 

Klachten en gevolgen

Hoewel schaamlipkanker zichtbaar en voelbaar aan de buitenkant is, wordt de ziekte vaak toch niet in een vroeg stadium ontdekt. De klachten, zoals irritatie of jeuk, worden door de huisarts vaak niet in verband gebracht met vulvakanker. 
De gevolgen van vulvakanker zijn erg ingrijpend. Bij vulvakanker wordt de tumor meestal weggesneden, soms betekent dat zelfs het volledig wegsnijden van de schaamlippen en de clitoris. Deze vrouwen worden daarna vaak ook nog bestraald in dat gebied, waardoor wondgenezing en eventuele reconstructie moeilijker wordt. 

Ervaringsverhalen

Nog geen jaar geleden ging Jeanne (52) naar de huisarts omdat ze een geïrriteerd en pijnlijk gevoel rondom de schaamstreek had. Met een receptje voor een zalfje werd ze naar de apotheek gestuurd. De bacteriële infectie moest daarmee overgaan. Dat ging het niet. En uiteindelijk bleek dat ze vulvakanker had. Twee operaties verder, waarbij ze o.a. lymfeklieren, clitoris en schaamlippen hebben verwijderd is Jeanne nu kankervrij. “Maar ik heb veel moeite om mijn draai weer te vinden.”

Op de website van Stichting Olijf leest u meer ervaringsverhalen van vrouwen met vulvakanker. 

Extra aandacht voor gynaecologische kanker

Stichting Olijf vraagt deze maand extra aandacht voor gynaecologische kanker.
Cindy Hoge van Stichting Olijf licht toe: ‘Meer aandacht betekent meer kans op een beter leven voor (ex)patiënten. Het maakt dat vrouwen tijdig de symptomen kunnen herkennen, dat vrouwen eerder praten over hun klachten en naar de dokter durven te stappen. Het is ook belangrijk dat er meer onderzoek komt en dat onderzoekers en zorgverleners zich bewust worden van de problemen die vrouwen en hun partners ervaren. Ook als de kanker al weg is. Gynaecologische kankers kennen vaak veel nare gevolgen. Voor (ex-)patiënten en hun naasten is het belangrijk te weten dat ze bij de patiëntenvereniging Olijf terecht kunnen met hun ervaringen en vragen en dat ze zich via Olijf ook kunnen inzetten voor anderen.’

Gerelateerd nieuws

Vijf gynaecologisch oncologische richtlijnen in de commentaarfase

Gynaecologische oncologie telt momenteel 15 gynaecologische oncologische richtlijnen, allen eigendom van de NVOG. In 2018 en 2019 heeft de NVOG SKMS-financiering ontvangen om negen gynaecologische oncologische richtlijnen te reviseren. Inmiddels zijn we met vijf richtlijnen zover dat de modules deze maand voor commentaar worden aangeboden aan de betrokken wetenschappelijke verenigingen.

lees verder

Ruud Bekkers: 'Gynaecologische kankers voorkomen & de gevolgen verminderen'

Professor dokter Ruud Bekkers

We moeten meer doen om gynaecologische kanker en de gevolgen ervan te voorkomen. Dat zegt prof. dr. Ruud Bekkers, gynaecoloog bij Catharina Ziekenhuis Eindhoven en sinds een half jaar hoogleraar aan de Universiteit Maastricht. ‘Preventie betekent het aantal kankerpatiënten verminderen. Voor het voorkomen van baarmoederhalskanker werkt de HPV-vaccinatie heel goed. Ook bij eierstokkanker lijkt er een kans te zijn door opportunistisch verwijderen van eileiders bij vrouwen met een voltooide kinderwens. Preventie gaat ook over de gevolgen van de kanker zo beperkt mogelijk houden. We moeten blijven zoeken naar minder belastende behandeling met minder late gevolgen.

lees verder