Studie naar invloed externe visitatie op kankerzorg in Nederland

Externe visitatieprogramma's hebben geleid tot enkele positieve effecten op verbetering van de kankerzorg in Nederland, maar de resultaten daarvan dienen voorzichtig geïnterpreteerd te worden. Dit vanwege de dubbelzinnigheid van deze uitkomsten en mogelijke verstorende factoren. Dat stellen Melvin Kilsdonk Msc (IKNL) en collega's in een recent gepubliceerd artikel in de British Journal of Cancer. Toekomstig onderzoek moet uitwijzen of aangepaste visitatie waardevol kan zijn bij complexe multidisciplinaire behandelingen. 

Het leveren van een hoge kwaliteit van zorg is de sleutel tot de moderne gezondheidszorg. Externe kwaliteitsbeoordeling programma's worden steeds vaker beschouwd als hoeksteen in de beoordeling en verbetering van de kwaliteit van geleverde zorg. In Nederland is visitatie de dominante, externe kwaliteitsbeoordelingsmethode en deze benadering wint langzaam aan populariteit in Europa. Het visitatiemodel werd in 1994 in Nederland geïntroduceerd met als doel de multidisciplinaire, oncologische zorg te verbeteren. 

Visitatie zorg colorectale tumoren
In deze studie is onderzocht wat de klinische effecten van het visitatieprogramma zijn geweest op de zorg voor patiënten met een colorectale tumor. De studie werd uitgevoerd aan de hand van gegevens van patiënten met primaire dikkedarmkanker die behandeld werden in 23 deelnemende ziekenhuizen. De uitkomsten werden vergeleken met 7 controleziekenhuizen. De ziekenhuizen in de interventiegroep werden dichotoom ingedeeld op basis van hun implementatieaandeel (IP) van de aanbevelingen tijdens elke visitatie (hoog IP versus lage IP). Als uitkomstmaten werden gehanteerd de introductie van nieuwe, multidisciplinaire therapieën en de overleving.

In totaal werden 45.705 patiënten geïncludeerd die gedurende de periode 1990 - 2010 waren gediagnostiseerd. In de interventieziekenhuizen bleken patiënten met stadium III dikkedarmkanker vaker behandeld te zijn met adjuvante chemotherapie. Patiënten met stadium T2-3 / M0 endeldarmkanker die behandeld werden in ziekenhuizen met een hoge IP, hadden een hogere kans op het krijgen preoperatieve radiotherapie (OR 1.31, 95% CI 1,11-1,55) in vergelijking met patiënten in de controleziekenhuizen en ziekenhuizen met een lage IP (OR 0.75, 95% CI 0.63-0,88). 

De onderzoekers vonden geen verschillen in het gebruik van preoperatieve chemoradiatie bij patiënten met T4 / M0 endeldarmkanker. Verder was de overleving van patiënten met dikkedarmkanker iets hoger in de interventieziekenhuizen, maar dit stond los van de fase van het visitatieprogramma waarin het ziekenhuis verkeerde op het moment van de diagnose.

Enkele positieve effecten
Melvin Kilsdonk en collega's concluderen dat er enkele positieve effecten zijn aan te wijzen met betrekking tot externe visitatieprogramma's op verbetering van de kankerzorg, maar dat de resultaten daarvan voorzichtig geïnterpreteerd moeten worden vanwege de dubbelzinnigheid van de uitkomsten en mogelijke verstorende factoren. Een van de aandachtspunten is dat externe kwaliteitsbeoordelingsprogramma's moeilijkheden hebben met het aantonen van de toegevoegde waarde op de klinische zorg. Hoewel alle ziekenhuizen bereid zijn deel te nemen aan visitaties, zijn er verschillen in de uitvoering van aanbevelingen die hieruit voortvloeien. 

Toekomstig onderzoek naar verschillende vormen van kanker moet aantonen of de gevonden resultaten kunnen worden gegeneraliseerd. Daarnaast kan een aangepaste, verbeterde visitatie waardevol zijn, zeker bij complexe multidisciplinaire behandelingen. Wanneer echter de visitatie gericht is op meetbare voordelen voor individuele kankerpatiënten, dan dienen visitatieprogramma's waarschijnlijk meer gericht te zijn op specifieke aspecten van de geleverde zorg en de klinische resultaten. 

Dit biedt volgens de onderzoekers meer mogelijkheden om de invloed op de kwaliteit van zorg kwantitatief te evalueren. Inzet van klinische controlesystemen en de Nederlandse Kankerregistratie (NKR) kan bijdragen aan vermindering van de administratieve last en acceptatie van visitatie binnen de oncologische zorg in de toekomst.

  • M.J. Kilsdonk, B.A.C. van Dijk, R. Otter, S. Siesling en W. H. van Harten: ‘The impact of organisational external peer review on colorectal cancer treatment and survival in the Netherlands'