Wachttijd in ziekenhuis heeft geen invloed op overleving slokdarmkanker

De wachttijd vanaf de diagnose tot aan de behandeling heeft geen invloed op de langetermijnuitkomsten bij patiënten met slokdarmkanker die een in opzet curatieve behandeling krijgen bestaande uit neo-adjuvante therapie gevolgd door chirurgie of uitsluitend primaire chirurgie. Dat concluderen Els Visser (UMCU) en collega’s in een publicatie in Surgical Oncology. Deze bevinding slaat alleen op de wachttijd ín het ziekenhuis en niet op de totale wachttijd die aanvangt bij de eerste symptomen, bezoek aan de huisarts en vervolgens afspraak voor een endoscopie in het ziekenhuis. Deze totale wachttijd kan nog steeds invloed hebben op de langetermijnresultaten bij de behandeling van patiënten met slokdarmkanker. 

De wachttijd vanaf de diagnose tot aan de behandeling heeft zich ontpopt als een belangrijke kwaliteitsindicator binnen de oncologische zorg. Deze studie is opgezet om de gevolgen van de wachttijd te onderzoeken op de langetermijnresultaten van patiënten met slokdarmkanker die neoadjuvante therapie kregen gevolgd door chirurgie vergeleken met uitsluitend een primaire operatie. 

Studieopzet en resultaten
Geïncludeerd werden patiënten die tussen 2003 en 2014 een slokdarmresectie ondergingen vanwege slokdarmkanker in het Universitair Medisch Centrum Utrecht. Patiënten die neoadjuvante therapie kregen gevolgd door chirurgie werden afzonderlijk geanalyseerd ten opzichte van patiënten met primaire chirurgie. De invloed van de wachttijd op de overleving werd geanalyseerd met behulp van proportionele Cox-risico-analyses. Ook stelden de onderzoekers Kaplan-Meier curves op voor korte (<8 weken) en lange(re) wachttijden (≥8 weken). 

In totaal werden 351 patiënten opgenomen in de studie, van wie 214 patiënten een neoadjuvante behandeling plus chirurgie ontvingen en 137 primaire chirurgie. In de neoadjuvante groep bleek de wachttijd geen invloed te hebben op de ziektevrije overleving of de algehele overleving. Bijgevolg werden geen verschillen gevonden tussen de groep patiënten met neoadjuvante behandeling met wachttijden van <8 en ≥8 weken in termen van ziektevrije of algehele overleving.

In de groep patiënten met primaire chirurgie had de wachttijd eveneens geen invloed op de ziektevrije overleving of algehele overleving. De wachttijden <8 weken versus ≥8 weken leidde niet tot verschillen ten aanzien van ziektevrije overleving of algehele overleving. 

Wachttijd ziekenhuis: geen invloed 
Els Visser en collega’s concluderen dat de wachttijd vanaf de diagnose tot aan de behandeling geen invloed heeft op de langetermijnuitkomsten bij patiënten met slokdarmkanker die een in opzet curatieve behandeling krijgen met neo-adjuvante therapie gevolgd door chirurgie of uitsluitend primaire chirurgie. Dit is de eerste studie waarin deze relatie is onderzocht. De onderzoekers tekenen hierbij aan dat deze uitkomst alleen betrekking heeft op de wachttijd ín het ziekenhuis. 

Omdat de wachttijd van patiënten vaak langer is, dat wil zeggen de tijd vanaf de eerste symptomen tot aan het bezoek aan de huisarts en vervolgens de wachttijd tot aan de endoscopie in het ziekenhuis, kan de totale wachttijd nog steeds van invloed zijn op de langetermijnresultaten van deze patiënten. ‘Het zou interessant zijn om te bepalen welke termijn de juiste is en of een vertraging van welke specifieke tijdsduur een negatieve invloed heeft op de langetermijnuitkomsten van oncologische zorg bij deze patiënten’, aldus de onderzoekers. 

  • Visser E, Leeftink AG, van Rossum PS, Siesling S, van Hillegersberg R, Ruurda JP. ‘Waiting Time from Diagnosis to Treatment has no Impact on Survival in Patients with Esophageal Cancer.’

  • Meer informatie over deze publicatie is verkrijgbaar via bibliotheek@iknl.nl  

Gerelateerd nieuws

Trends in behandeling en overleving proximale slokdarmkanker in Nederland

Trends in behandeling en overleving proximale slokdarmkanker in Nederland

De algehele overleving van patiënten met niet-gemetastaseerde proximale slokdarmkanker is in Nederland sinds 1989 significant verbeterd. Waarschijnlijk hangt dit samen met het frequenter aanbieden van chemoradiotherapie. Ondanks de toegenomen overleving is de absolute overleving van deze patiënten op lange termijn nog steeds slecht, zo blijkt uit onderzoek van Judith de Vos-Geelen, Maastricht UMC en Valery Lemmens van IKNL. Bij patiënten met gemetastaseerde ziekte was er weinig verbetering zichtbaar in de overleving tussen 1989 - 2014.

lees verder

Overleving van patiënten met slokdarmkanker significant verbeterd

De overleving van patiënten met slokdarmkanker is in Nederland significant verbeterd, vooral in de meest recente periode (2005 - 2014). Dat concluderen Margreet van Putten (IKNL) en collega’s van UMC Maastricht, Catharina Ziekenhuis, Radboudumc en Erasmus MC in een studie uitgevoerd met gegevens van bijna 36.000 patiënten afkomstig uit de Nederlandse Kankerregistratie (NKR) uit de periode 1989 - 2015.  De gestegen overleving is volgens de onderzoekers  het gevolg van verbeterde stadiëring, betere selectie van patiënten en evolutie van behandelingen, waaronder neoadjuvante therapieën en centralisatie van slokdarmkankerchirurgie.  

lees verder