Subsidie voor studie risico 2e primaire tumoren na radiotherapie prostaatkanker

KWF heeft subsidie toegekend aan een gezamenlijke project van Erasmus MC en IKNL, getiteld “Zijn moderne bestralingstechnieken veilig als het gaat om de kans op nieuwe primaire tumoren na uitwendige bestraling voor prostaatkanker”. Meer inzicht in de mogelijk late effecten van moderne radiotherapie is belangrijk voor het bepalen van de meest optimale behandeling voor patiënten met prostaatkanker, zodat eventuele risico’s zo laag mogelijk gehouden kunnen worden. Voor dit onderzoek worden in de diverse Nederlandse radiotherapiecentra data over de technische aspecten van de radiotherapie verzameld en gekoppeld aan gegevens uit de Nederlandse Kankerregistratie (NKR).
 

De belangrijkste vragen die in dit onderzoek aan de orde komen zijn: 1) Wat is de invloed van moderne radiotherapietechnieken op het risico van nieuwe primaire tumoren na radiotherapie voor prostaatkanker in vergelijking met oudere technieken? En 2) In welke mate zijn specifieke aspecten van de moderne radiotherapietechnieken, bijvoorbeeld het monitoren van de tumorpositie gerelateerd aan het risico op het ontwikkelen van tweede primaire tumoren?

In Nederland is de incidentie van prostaatkanker de laatste decennia sterk gestegen naar circa 11.000 diagnoses per jaar. Ongeveer een kwart daarvan wordt behandeld met uitwendige radiotherapie. Een belangrijk nadeel van radiotherapie is dat er ook schade wordt toegebracht aan gezond omringend weefsel. De laatste decennia zijn de radiotherapietechnieken sterk verbeterd met als belangrijkste doel om omliggend weefsel (met name blaas en rectum) zo veel mogelijk te sparen om de toxiciteitsrisico’s te reduceren. Dit wordt onder andere bereikt door de dosis te verspreiden over grotere gebieden in het lichaam.

Scatterdosis en monitoring

Het geven van een lage dosis op een uitgebreider deel van het lichaam zou echter kunnen samenhangen met een hogere kans op het ontwikkelen van tweede primaire tumoren. Dit risico zou verder versterkt kunnen worden doordat met moderne radiotherapie-technieken een deel van de dosis verspreid in het lichaam terechtkomt. Deze zogeheten ’scatterdosis’ is niet gepland, maar bereikt het lichaam door het ‘weglekken’ van straling tijdens de behandeling. Ook de moderne manier van monitoren van de tumorpositie tijdens de behandeling die tegenwoordig veel wordt gebruikt, leidt tot een extra dosis straling, doordat de patiënt tijdens meerdere fracties wordt gescand.

Risico tweede primaire tumor

KWF heeft subsidie toegekend aan een gezamenlijke project van Erasmus MC en IKNL, getiteld “Zijn moderne bestralingstechnieken veilig als het gaat om de kans op nieuwe primaire tumoren na uitwendige bestraling voor prostaatkanker”. Meer inzicht in de mogelijk late effecten van moderne radiotherapie is belangrijk voor het bepalen van de meest optimale behandeling voor patiënten met prostaatkanker, zodat eventuele risico’s zo laag mogelijk gehouden kunnen worden. Voor dit onderzoek worden in de diverse Nederlandse radiotherapiecentra data over de technische aspecten van de radiotherapie verzameld en gekoppeld aan gegevens uit de Nederlandse Kankerregistratie (NKR).

Op dit moment is er nog weinig bekend over het risico op het ontwikkelen van tweede primaire tumoren na bestraling met moderne technieken. Ongeveer vijftien tot twintig jaar geleden werden deze technieken voor het eerst op grote schaal geïntroduceerd bij patiënten met prostaatkanker. Daarom is dit een geschikte groep patiënten om het effect van moderne bestralingstechnieken op het ontwikkelen van tweede primaire tumoren te onderzoeken.

Meer inzicht over de mogelijk late effecten van moderne radiotherapie is belangrijk voor het bepalen van de meest optimale behandeling van patiënten met prostaatkanker, zodat eventuele risico’s zo laag mogelijk gehouden kunnen worden. Ook kan dit onderzoek waardevolle informatie opleveren voor andere patiëntgroepen die met moderne technieken worden behandeld.

Onderzoeksteam

Het team dat bij dit onderzoek is betrokken bestaat uit Wilma Heemsbergen (projectleider, epidemioloog, afdeling Radiotherapie Erasmus MC), Katja Aben (epidemioloog, IKNL), Luca Incrocci (radiotherapeut, Erasmus MC), en Mischa Hoogeman (klinisch fysicus, Erasmus MC). Het project is 1 juni 2019 van start gegaan. Meer informatie is verkrijgbaar bij Katja Aben.