Umc's transparant met NKR-data

Onder het thema ‘transparantie oncologische zorg’ hebben de umc’s in september een analyse bekendgemaakt van hun prestaties op een aantal vormen van long- en gynaecologische kanker. Dit is gedaan met behulp van bestaande data op basis van de Nederlandse Kankerregistratie. 
 

Met steeds meer cijfers proberen ziekenhuizen en umc’s duidelijk te maken waar de patiënt moet zijn voor de grootste overlevingskans en de beste zorg. In gezamenlijkheid is een analyse gemaakt van de prestaties van de umc’s op de overleving van kleincellig en niet-kleincellig longkanker, baarmoederhalskanker, eierstokkanker, baarmoederkanker en schaamlipkanker. Overleving en de allerbeste toekomstbestendige patiëntenzorg is leidend.

Tijdens de vijfde NFU Health Lecture op 9 september 2014 gaven de umc’s voor het eerst dit kijkje in de keuken. Zij presenteerden de overlevingscijfers en lieten zien hoe de ontwikkelingen in de oncologie worden vormgegeven en met welke nieuwe manier van registreren deze ontwikkelingen worden ondersteund.

De figuren en funnelplots laten zien dat de overleving in de umc’s meestal rond het Nederlands gemiddelde ligt. Dit wil niet zeggen dat de kwaliteit overal hetzelfde is. Ook als in een centrum het overlevingscijfer lager dan het Nederlands gemiddelde ligt, wil dat niet per se zeggen dat de kwaliteit van de zorg slechter is dan bij de andere centra. De gevonden verschillen zijn zeer waarschijnlijk deels verklaarbaar door verschillen in casemix. De onmogelijkheid te corrigeren voor comorbiditeit is slechts één van beperkingen.

Onder het thema ‘transparantie oncologische zorg’ op www.nfu.nl staan de uitkomsten van de analyses van de overlevingscijfers. Het gaat om patiënten waarvan de diagnose in de jaren 2010, 2011 en 2012 is gesteld. Of patiënten nog in leven zijn is bijgehouden tot 1 februari 2014.

Uit de NKR blijkt óf de patiënt overleden is, maar niet waaraan. Daarom is de overleving in de grafieken gecorrigeerd voor de sterftekans in de Nederlandse bevolking met dezelfde leeftijdsopbouw en geslacht. Deze zogenaamde relatieve overleving is een benadering van de ziekte-specifieke overleving.