Cijfers eierstokkanker

Hieronder vindt u een overzicht van de incidentie-, overlevings-, prevalentie- en sterftecijfers bij eierstokkanker, gebaseerd op data uit de Nederlandse Kankerregistratie.

Informatie over eierstokkanker voor patiënten vindt u op kanker.nl en de website van patiëntenvereniging Olijf.

IKNL bracht in 2019 het rapport 'Ovariumcarcinoom in Nederland' uit, met onder meer cijfers en (behandel)trends bij eierstokkanker. 

ovarium.png

Incidentie 

De diagnose eierstokkanker werd in 2022 bij ruim 1.400 vrouwen in gesteld. Eierstokkanker is daarmee een van de meest voorkomende vormen van gynaecologische kanker in Nederland.

Ongeveer de helft van deze patiënten is ouder dan 70 jaar. Eierstokkanker wordt vaak relatief laat ontdekt, 75% van alle patiënten heeft bij diagnose FIGO-stadium IIB of hoger. 

Overleving 

Rond de 38% van de patiënten met eierstokkanker is vijf jaar na de diagnose nog in leven. Deze 5-jaarsoverleving was in 1990 nog 32% en is sindsdien gestaag gestegen. De 5-jaarsoverleving is vergeleken met de andere kankersoorten echter nog steeds erg laag. 

De 5-jaarsoverleving van vrouwen met eierstokkanker varieerde over de periode 2006 tot en met 2018 van 89 procent voor laag stadium (I-IIA) tot 24 procent voor hoog stadium (IIB-IV). Deze relatieve overleving is gecorrigeerd voor de verwachte sterfte in de Nederlandse populatie. Hierbij wordt rekening gehouden met geslacht, leeftijd en kalenderjaar.

Ondanks verbeteringen in de behandeling en het feit dat patiënten steeds vaker volgens de richtlijn zijn behandeld blijft de stijging van de overleving gering. 

Prevalentie

De 10-jaarsprevalentie van eierstok- en eileiderkanker ligt net onder de 6.000 vrouwen in Nederland. Dat betekent dat er rond de 6.000 vrouwen in leven zijn die de afgelopen 10 jaar de diagnose eierstok- of eileiderkanker hebben gehad.

 

Sterfte

Jaarlijks overlijden rond de 1.000 vrouwen in Nederland aan eierstok- en eileiderkanker.

Eierstokkanker in 2032

Incidentie

Het risico op eierstok- en eileiderkanker daalt al jaren en blijft naar verwachting dalen in de komende tien jaar. Er is niet veel bekend over de oorzaak van deze vorm van kanker. Wel is bekend dat 5 tot 10% van de diagnoses erfelijk bepaald is en dat het aantal eisprongen dat een vrouw heeft een risicofactor is. Hoe meer eisprongen een vrouw heeft in haar leven, des te groter de kans op eierstokkanker. Beschermende factoren zijn het gebruik van orale anticonceptie en het krijgen van kinderen. Mogelijk komt de daling in het risico door een toename in het gebruik van orale anticonceptie, al neemt dit de laatste jaren weer af. Het risico daalt tot op heden voornamelijk voor vrouwen die momenteel 70 jaar of jonger zijn, waarbij het (ooit) gebruiken van de pil waarschijnlijk vaker voorkomt dan onder de vrouwen die nu 70 jaar of ouder zijn. Ondanks de daling in het risico op het krijgen van deze diagnose, blijft het aantal diagnoses in de komende tien jaar schommelen rond de 1.400 per jaar.

Sterfte

In lijn met het afnemende risico op de ontwikkeling van eierstokkanker neemt ook het risico om te overlijden de laatste dertig jaar af. Naar verwachting zet die daling de komende jaren door. Desondanks blijft door de vergrijzing het aantal sterfgevallen waarschijnlijk stabiel rond de 1.000 per jaar

Prevalentie

De 10-jaarsprevalentie van eierstok- en eileiderkanker steeg de afgelopen decennia licht. Naar verwachting blijft de prevalentie de komende tien jaar redelijk stabiel. In 2032 leven, net als in 2019, ongeveer 5.500 vrouwen in Nederland die in de tien jaar daarvoor de diagnose eierstok- of eileiderkanker hebben gekregen.

Overleving

Ondanks een lichte verbetering de afgelopen dertig jaar, is de relatieve overleving van eierstok- en eileiderkanker erg laag. Dit komt doordat deze vorm van kanker vaak pas in een laat stadium wordt ontdekt. In de periode 1990-1994 was van de vrouwen die deze diagnose kreeg 62% één jaar later nog in leven. In de periode 2015-2019 was dit 74%. De 5-jaarsoverleving was dertig jaar geleden 30% en ligt nu rond de 39%. De lichte verbetering komt door verbeteringen in behandeling en doordat patiënten steeds vaker volgens de richtlijn zijn behandeld.


Lees hier het hele rapport 'Kanker in Nederland, trends en prognoses tot en met 2032'